Een gedesillusioneerde schrijver wordt door de vondst van zijn verloren adresboek gedwongen zich zijn getroebleerde jeugd in het Parijs van de jaren vijftig te herinneren.
Een hoogbegaafde scholiere van 13 ontmoet op een treinstation in Parijs een 18-jarig dakloos meisje en besluit haar te interviewen voor een spreekbeurt.
In het Parijs van de 15e eeuw wordt een mismaakte dove klokkenluider heen en weer geslingerd tussen zijn aanhankelijkheid voor zijn meester, de aartsdiaken van de kathedraal, en zijn liefde voor een beeldschone zigeunerin.
In Parijs, in de tweede helft van de 19e eeuw spelende brievenroman over een weduwe die weigert haar huis te verlaten dat in het kader van de stadsvernieuwing zal worden afgebroken.
Het gefictionaliseerde leven van de charismatische Palestijnse Midhat Kamal, overgrootvader van de auteur, tegen het decor van het einde van het Ottomaanse Rijk en het opkomend Syrisch en Palestijns nationalisme.
Een jonge man, die niets bezit dan een knap gezicht en een grote brutaliteit, weet zich in korte tijd in Parijs in de 19e eeuw een positie en fortuin te veroveren
Charles is directeur van een bedrijf in Parijs. Hij is verliefd op zijn mooie jonge collega Nathalie. Maar zij heeft net haar man verloren en wil niets van hem weten. Een Zweedse medewerker, Markus, heeft meer geluk: op een dag, wanneer Nathalie meer dan ooit gebukt gaat onder het gewicht van eenzaamheid, werpt ze zich in Markus' armen. Voor hem is het een openbaring, maar Nathalie geneert zich dood na deze ondoordachte actie. Markus zal al zijn fijngevoeligheid en humor moeten inzetten om haar voor zich te winnen. Hierbij krijgt hij hulp uit onverwachte hoek: dankzij Charles' bijtende jaloezie wordt de band tussen de aarzelende geliefden steeds sterker.
Parijs, ten tijde van de Franse Revolutie. De jonge Catho, opgegroeid in een vondelingentehuis, merkt nauwelijks iets van de opstand, tot nieuwkomer zuster Berthe, de enige die om haar geeft, haar in het geheim leert lezen en schrijven. Maar de twee verliezen elkaar uit het oog. Elk van hen is ervan overtuigd dat de ander haar verraden heeft. Intussen begint pianofortebouwer Tobias een bijzondere vriendschap met iemand die hem een zeer controversieel verzoek doet.
Een vrouw, pas gescheiden van haar man die in Afrika een krokodillenfarm runt, probeert haar evenwicht te bewaren tussen haar baan, haar twee puberdochters, haar familie en haar nieuwe liefde.
Parijs, achttiende eeuw. Louis en Camille wachten op hun vader. Hij is zijdehandelaar en zou voor de winter terug zijn uit China. Intussen is het winter en hij is nog steeds niet terug. Elk op hun eigen manier proberen Louis en Camille om te gaan met het gemis en de onzekerheid.
De Parijse schrijver Jean Bosmans raakt in de ban van zijn herinneringen aan de periode waarin hij samen was met Margaret, die net als hij achtervolgd werd: zij door een neurotische stalker en messentrekker, hij door de roodharige helleveeg die zijn moeder zou zijn. Samen droomden ze van een nieuwe horizon, die niet door spoken uit het verleden zou worden versperd. Hun relatie eindigde abrupt toen Margaret halsoverkop de nachttrein naar Berlijn nam. Jaren later probeert Bosmans haar op te sporen.
Als de jonge, aantrekkelijke Saturnine uiteindelijk een ruime kamer vindt in een appartement in een leuke Parijse wijk blijkt er iets raars aan de hand. Zij was de enige kandidate en huisbaas don Elemirio Nibal y Milcar is even bizar als zijn naam doet vermoeden. Hij spreekt met nostalgie over de inquisitie en verbiedt haar de toegang tot die ene geheimzinnige donkere kamer in het appartement. Saturnine komt te weten dat don Elemirio is getrouwd met de vorige vrouwelijke huurders, die een voor een zijn verdwenen. Zal Saturnine aan haar lot ontsnappen?