Tegen de achtergrond van de naderende revolutie van 1917 voeren in Rusland een kille wetenschapper en zijn zoon, een bevlogen revolutionair, hun eigen gevecht om erkenning.
Reisverslag van een amateur-cellist in navolging van Lise Cristiani (1827-1853) door Europa, Rusland en Siberie͏̈, aangevuld met een levensbeschrijving van deze eerste vrouwelijke cellist.
Autobiografisch relaas over de tragikomische ervaringen van een Russische soldaat in het laatste jaar van de Tweede Wereldoorlog en de tijd van de demobilisatie.
1941. De Sovjetpolitie pakt de vijftienjarige Litouwse Lina op en deporteert haar samen met haar moeder en broertje naar Siberië. Haar vader is opgesloten in de gevangenis. Voor Lina en ontelbare andere mensen begint een uitzichtloze lijdensweg langs werkkampen waarbij iedereen dikwijls letterlijk moet vechten om te overleven. Lina begint de mensen en hun situatie te tekenen om er voor te zorgen dat dit gebeuren niet vergeten raakt. Ze smokkelt de tekeningen de kampen uit.
Na de dood van Stalin schrijft Chroesjtsjov een brief waarin hij verklaart dat er fouten zijn begaan en onschuldige mensen zijn veroordeeld, hetgeen een opstand van de slachtoffers veroorzaakt.
Jelle Brandt Corstius onderneemt met Aldo van den Broek en Fabian Hahne een treinreis langs de spoorlijn met de magische naam ‘Bajkal-Amoer Magistrale’: de BAM. Samen leggen ze 4287 kilometer af door een sterk veranderd – en ijskoud – Rusland.