Kaia (11, ik-figuur) kan de onverwachte dood van haar broer niet verwerken. Op een dag verschijnt er een bijzondere jongen in de klas. Hij spreekt geen woord, maar blijkt de ideale vriend voor Kaia te zijn. Vanaf ca. 12 jaar.
Een pas afgestudeerde jonge vrouw verzorgt als tekstschrijver begrafenissen van mensen zonder nabestaanden. Langzaam dringt de dood ook haar eigen leven binnen.
Na de dood van haar moeder wonen Olivia en haar vader in een boot op het droge. Haar vader zit in de put, zodat vele taken op de tienjarige Olivia terecht komen.
Bennik trekt door het land en zingt op begrafenissen. Met zijn liederen vertelt hij het romantische of tragische levensverhaal van de doden. Vanaf ca. 15 jaar.
Dagmar (14, ik-figuur) verliest haar twee jaar oudere zus Femke door een verkeersongeluk. Ze probeert na Femkes dood de draad weer op te pakken, maar dat is niet gemakkelijk. Vanaf ca. 13 jaar.
De vader van Thijs verdrinkt tijdens het zwemmen. Er komt een kerkdienst en een begrafenis, mensen sturen lieve kaartjes. Maar dan? Thijs beschrijft de eerste twee jaar na zijn vaders dood.
Ervaringen van jongeren naar aanleiding van een overlijden, met adviezen aan ouders en leerkrachten om hen te helpen daarmee om te gaan en het verlies te verwerken.
