Een eigenzinnige, eenzame Française herinnert zich haar moeilijk verlopen jeugd tijdens de Tweede Wereldoorlog aan de hand van het receptenboek van haar moeder; vooral de vraag wat goed of fout zijn in de oorlog betekent, houdt haar bezig.
Hoe reageren gewone mensen in een erg ongewone tijd? Dat is de kapitale vraag in dit boek over de Tweede Wereldoorlog. Het antwoord op die vraag is anders dan vaak gedacht geen kwestie van wit of zwart, maar van vele nuances. De aangrijpende getuigenissen van landgenoten laten daarover geen twijfel bestaan. Bruno De Wever, Rudi Van Doorslaer en andere historici gaan dieper in op thema's als voedselvoorziening en verplichte tewerkstelling en op de complexiteit van verzet en collaboratie in Vlaanderen.
Vlak voor de Tweede Wereldoorlog besluit de 17-jarige Mimi Jongbloed uit Gent voor de Britse geheime dienst te gaan werken en krijgt opdracht om Herman Note, de leider van de Zwarte brigade, een organisatie die collaboreert met de nazi-Duitsland, geheimen te ontfutselen door hem te verleiden.
Jan (14) steelt vlak na het einde van de Tweede Wereldoorlog een pistool om wraak te nemen op de verraders in zijn dorp die zijn vader hebben uitgeleverd aan de Duitsers. Vanaf ca. 15 jaar.
De jonge zeeman Gustave en de vrome Julia worden als tieners verliefd op elkaar, hij maakt haar echter meteen duidelijk dat de zee altijd voorgaat; als er kinderen komen valt haar dat steeds zwaarder.
Na de Tweede Wereldoorlog komt Arnie Springer in november 1945 uit het jappenkamp berooid terug in Den Haag waar hij verstrikt raakt in talloze intriges.
