Zorgeloos en beschermd. Zo gaan Stoffel en Bert Van Heule door het leven in het West-Vlaamse dorp Elverdinge. Moeder is huisvrouw en vader werkt als mecanicien. Elke zondag gaat het gezin plichtsgetrouw op bezoek bij grootvader Victor. Zijn gezicht is in tweeën gespleten door een litteken en het is die krijtlijn die Stoffels verbeelding voedt. Geleidelijk aan sijpelt vertwijfeling over de herkomst van dat litteken door en lastige vragen en scherpe blikken van dorpsgenoten veroorzaken een toenemend gevoel van onrust bij Stoffel. De dag voor Kerstmis wordt er een brief bezorgd die leidt tot ontzetting bij zijn ouders, en grootvader verhangt zich in de oude schuur. Als moeder ook nog door ziekte komt te sterven valt het doek voorgoed voor het onbezorgde leven van de broers.
Sylph (ik-figuur) is een eenzame, introverte tiener die worstelt met de plotselinge verdwijning van haar zus Dulci. In eenzaamheid haalt ze herinneringen op aan Dulci en haar eerder overleden vriendje Caden. Vanaf ca. 15 jaar.
In de laatste maanden voor het overlijden van zijn vader probeert een veertiger de kilte tussen hen te doorbreken, bijvoorbeeld door samen naar voetbalverslagen te luisteren.
De 12-jarige Hugo heeft de zorg voor de klokken van het treinstation in Parijs overgenomen. Hij komt in aanraking met een bittere oude man en een vreemd meisje.
Een jonge fotografe verwerkt het verdriet over de dood van haar man als ze in het vakantiehuisje van de familie een oud familiegeheim op het spoor komt.
De dertigjarige Chinees-Amerikaanse aspirant-schrijver Billi heeft een sterke band met haar oma. Wanneer de familie erachter komt dat oma terminaal ziek is, besluiten ze haar – volgens Chinese traditie – niet in te lichten. In plaats daarvan reist de hele familie naar China voor de vervroegde bruiloft van een neef.
De bewoners uit het huis zijn ondertussen allemaal hun eigen weg gegaan. Maar als Appie vervloekt is door een Germaanse Orde, is er maar één mogelijkheid om hem te helpen en dat is De Club van de Oude Wilg weer bij elkaar brengen.