Waarom dringen bepaalde beelden en gebeurtenissen uit het verleden zich telkens opnieuw aan ons op? Waarom blijven bepaalde uitspraken in ons geheugen 'haken'? Is ons geheugen iets wat we 'hebben', of wat we 'zijn'? Hemmerechts onderzoekt deze vragen. Ze laat zich daarbij leiden door haar eigen geheugen, én door dat van de directe nabestaanden van haar buurmeisje Mischa, moeder van twee jonge kinderen, die op veertigjarige leeftijd stierf aan leukemie. Verder komt Hemmerechts verrassende echo's op het spoor tussen de oorlogsherinneringen van haar moeder en 'Het verdriet van België', de roman van Hugo Claus. En ze herleest het werk van haar overleden man, de dichter Herman de Coninck, als een daad van verzet tegen het grote vergeten.
Wanneer Maria Stepanova door de spullen van een overleden tante gaat, ontdekt ze een voor haar onbekende familiegeschiedenis. De oude postkaarten, brieven, dagboeken, foto's en souvenirs tonen haar hoe een schijnbaar gewone Russisch joodse familie erin slaagde de turbulente 20ste eeuw te overleven en te verwerken. Uit een poging tot reconstructie van de gebeurtenissen en figuren uit deze voor Stepanova weinig bekende wereld, ontstaat een omvattend filosofisch essay - deels memoire - over het geheugen. Stepanova gebruikt hierbij tal van culturele referenties: ideeën van visionairs als Barthes, Susan Sontag, Nabokov, WG Sebald - om er maar een paar te noemen, komen voortdurend naar voren in het verhaal.
Een specialiste in het opsporen van vermiste personen, die zich letterlijk alles uit haar eigen verleden herinnert, wordt ingehuurd door een man wiens vrouw is verdwenen.
Overzicht van de werking en tekortkomingen van het menselijk geheugen en van de verschillende technieken om het geheugen te trainen en feiten te onthouden, mede aan de hand van de eigen ervaringen van de Amerikaanse wetenschapsjournalist.
Een 75-jarige vrouw krijgt ongevraagd hulp in huis van een sterke vrouw die haar helpt de vermeende 'tijger' die in haar huis zou rondsluipen te verjagen.