Matilda is een hoogbegaafd kind. Voordat ze vijf was, las ze al boeken voor grote mensen. Haar ouders vinden haar alleen maar lastig en op school heeft ze het ook niet makkelijk. Maar Matilda is niet voor niets zo slim!
Tien ondeugende, vieze en grappige verhalen. Over Pieter de Peuteraar en zijn snotbal, Luuk de Luizenjongen en zijn luizenleger en over Winderige Winnie die tuba speelt met haar achterste. Voorlezen vanaf ca. 6 jaar, zelf lezen vanaf ca. 8 jaar.
Een groepje vampiers willen de wereld veroveren, maar ze zijn zo klunzig dat alles mislukt. Lucas en zijn buurmeisje Lotte gaan de strijd met hen aan. Vanaf ca. 10 jaar.
Felix gaat op kamp, een kamp waar hij niemand kent. Zijn moeder zegt dat hij wel een vriend zal maken. Maar hoe doe je dat? Hoe maak je een vriend? Felix gaat meteen aan de slag en maakt lijstjes met eigenschappen die een goede vriend moet hebben. Maar bestaat er wel een ultiem recept om een vriend te maken?
Dahl schreef zijn eigen variant op bekende sprookjes als Assepoester, Sneeuwwitje en Roodkapje. Die van hem zijn een stuk angstaanjagender. Assepoesters prins onthooft haar boze stiefzusters en Roodkapje maakt van de wolf een bontjas.
Will woont illegaal in een stacaravan met zijn broertje en manisch-depressieve moeder. Zijn vader vertrok vier jaar geleden op wereldreis. Opeens verdwijnt ook zijn moeder. Precies op het moment van haar verdwijning stierf mijnheer Richard, die net de loterij won.
Jacques is een kleine mollige hond met een baret en een trui. Met zijn beste vriendje meneer Wiebelsok beleeft Jacques spannende avonturen. Met zijn humor en na?eve kijk op alledaagse gebeurtenissen is hij onweerstaanbaar! Jacques naar de stad Vandaag gaan Jacques en meneer Wiebelsok naar de stad. Ze drinken een kopje thee in een caf?, bekijken winkeltjes en ze bezoeken een museum. Daar zien ze dat een dief een kunstwerk wil stelen. Wat moeten ze doen?
Een eik van bijna 200 jaar oud vertelt hoe hij vroeger midden in de natuur stond. Maar toen kwam er een snelweg en nu staat hij in zijn eentje in de middenberm. Maar voor hoe lang, want de snelweg moet worden verbreed. Met kleine zwart-witte pentekeningen. Vanaf ca. 9 t/m 12 jaar.
Een 8-jarige jongen (ik-figuur) gaat met zijn lekker gekke oma en zijn oudere neven en nichten een weekendje weg. Het wordt één groot avontuur. Met veel illustraties. Vanaf ca. 7 jaar.
Er is oorlog uitgebroken. Toda's vader moet weg om het land te verdedigen. Toda (ik-figuur) blijft bij oma, maar als het te gevaarlijk wordt, vlucht ze naar haar moeder die in een buurland woont. Vanaf ca. 10 jaar.
In 94 passages van zo'n twee tot vijf pagina's verhaalt hoofdpersoon Oscar Van Beuseghem over zijn leven en alles en iedereen wat hem dwars zit. Vaste elementen daarbij vormen vooral zijn weerzin jegens zwarte vluchtelingen uit Afrika en de eindeloze slechtheid van vrouwen die zich het leven vergemakkelijken door de andere sekse uit te kleden. Daar tussendoor verhaalt hij over misbruik door zijn moeder, tante en oom. Uiteindelijk brengt zijn verknipt leven hem tot het plegen van moorden, waarvoor hij in een psychiatrische inrichting belandt. De hoofdpersoon overschrijdt regelmatig alle fatsoensgrenzen en discrimineert er lustig op los. Zijn stijl is echter die van een cabaretier: door de overdrijving krijgt het gepresenteerde een waanzinnig humoristisch effect.
Floor (ik-figuur) heeft veertien regels verzonnen, zoals 'Als je je vergist en je doet je best om het goed te maken, mag niemand boos op je zijn!'. Ze vertelt in korte verhalen hoe ze tot de regels is gekomen. Vanaf ca. 8 jaar.
De 9-jarige Daantje (ik-figuur) woont met zijn vader in een woonwagen bij een benzinepomp. Als Daantjes vader hem verschillende manieren laat zien om fazanten te stropen, begint een spannend avontuur.
Een paard zoekt een plek om te overnachten en komt op de kamer van Ali terecht. Het licht absurde verhaal dat hierop volgt, is een opeenvolging van gebeurtenissen die alles en niets met mekaar schijnen te maken hebben.
James Henry Trotter heeft geen ouders meer. Door zijn tantes wordt hij erg wreed behandeld. Hij weet niet wat hem overkomt als er een reusachtige perzik groeit, waarin hij kan ontsnappen om met hele grote insecten een avontuurlijke reis te maken
De schone slaapster wordt na honderd jaar uit zichzelf wakker. Ze stuurt de prins boze postbrieven. Hij antwoordt dat hij geen zin heeft om zijn leven voor haar te riskeren. Ze speelt op zijn gevoel.