Twee vrienden (een journalist en een historicus) geven hun baan in China op om als eerste buitenlanders in de voetsporen van 'De Lange Mars' van het Rode Leger (1934-1935) te treden.
Jocelyn en MacEwan traden als eerste buitenlanders in de voetsporen van 'de Lange Mars' van het Rode Leger (1934-1935). Het boek vertelt niet alleen de reis, maar geeft een hernieuwd beeld van de uitputtende en moordende trektocht voor het communisme, die de vele Chinezen onder leiding van Mao ondergingen. De belevenissen van de schrijvers verweven met de geschiedenis, plus de verhalen van getuigen en veteranen en de citaten uit andere reisverslagen, geven een boeiend reisverhaal.
Jocelyn en MacEwan traden als eerste buitenlanders in de voetsporen van 'de Lange Mars' van het Rode Leger (1934-1935). Het boek vertelt niet alleen de reis, maar geeft een hernieuwd beeld van de uitputtende en moordende trektocht voor het communisme, die de vele Chinezen onder leiding van Mao ondergingen. De belevenissen van de schrijvers verweven met de geschiedenis, plus de verhalen van getuigen en veteranen en de citaten uit andere reisverslagen, geven een boeiend reisverhaal.