Het schrijfproces verloopt niet bij elk kind probleemloos. Sommige kinderen komen, ondanks een goede inzet, nooit tot een leesbaar schrijfproduct. Deze leerlingen hebben mogelijk een motorische schrijfstoornis (dysgrafie). 10% van de leerlingen in het gewoon lager onderwijs heeft dysgerafie: 1 à 2 kindern per klas. Hoe sneller deze kinderen opgespoord worden, hoe sneller ze geholpen kunnen worden. Daarover gaat deze brochure: ze zet op een rijtje hoe eventuele schrijfstoornissen opgemerkt kunnen worden en hoe ze verholpen kunnen worden, of wanneer een kind doorverwezen moet worden naar kine of logo. Er wordt ook ingegaan op linkshandigheid. Deze brochure mag in de basisschoolbibliotheek niet ontbreken, maar geeft ook voor ouders interessante tips en aandachtspunten.