Gedurende het jaar na haar scheiding analyseert de ik-persoon uitvoerig iedere zich voordoende situatie, met name haar verhouding tot haar kind en haar man.
Elsa, een succesvol psychologe, is stervende. Nadat ze de diagnose heeft gekregen wordt ze thuis verzorgd door haar man Martti, haar dochter Eleonoora en kleindochter Anna. Die komt per toeval op het spoor van 'de andere vrouw' in het huwelijk van haar grootouders, de jonge gouvernante Eeva.
Als een jonge actrice de hoofdrol krijgt in een toneelstuk over de val van de muur in Berlijn, wordt ze geconfronteerd met een tragedie uit haar jeugd.