Satirische beschrijving van de meest opmerkelijke, typische, verfoeilijke en catastrofale bestuurders van een fictieve Russische stad tussen 1731 en 1825.
Zeven sprookjes waarin de auteur (1826-1889) de sociale ongelijkheid en de onverschilligheid van de rijken en de machthebbers ten opzichte van de grote massa straatarme landgenoten hekelt.