In juli 1864 reist de welgestelde Londense bankier Thomas Briggs na een etentje met de trein terug naar huis. In Hackney betreden twee mannen zijn coupé en ontdekken dat die vol bloedsporen zit. De eerste moord in een trein in Engeland is een feit. Er volgt een klopjacht op de dader. Ook de spoorwegpolitie zit in de rats: treinen, hét symbool van de vooruitgang, zijn plots 'onveilig', zoals sommige kranten hun lezers inprenten. Wanneer het erop lijkt dat de moordenaar van Thomas Briggs ook nog eens een Duitse immigrant is, ene Franz Müller, klinkt de roep om vergelding.