In een klein Amerikaans stadje zit een jongeman in de cel: een soort afgeschotte ruimte in het kantoor van de sheriff. Bewakers zijn er niet en hij is er alleen, zoals hij eigenlijk zijn hele leven alleen geweest is. "Foto-finish" noemen ze hem, want bij alles wat hij doet of onderneemt, verliest hij met neuslengte. Hij is een zwerver, een paria, maar zijn fantasie houdt hem staande. En nu zit hij daar: een vrouw, die hij weigerde geld te geven voor wat hij voor liefde hield, heeft hem beschuldigd van aanranding. Hij is bang, want hij weet, dat haar man en vrienden zullen trachten hem te lynchen voor hij naar de gevangenis wordt overgebracht. In zijn eenzaamheid en angst roept hij: "Hallo, is daar iemand?" Het meisje dat het kantoor schoon houdt, verschijnt dan. Ook zij is eenzaam en het leven heeft haar nog weinig geluk gebracht. Ze praten wat, begrijpen elkaar en gaandeweg fantaseren ze een nieuwe toekomst: samen in San Francisco. Het meisje verdwijnt om een revolver te halen, zodat ze kunnen vluchten. In haar afwezigheid verschijnen de beledigde echtgenoot en zijn trawanten. Als de jongeman hem de waarheid in het gezicht slingert, wordt hij neergeschoten. Dodelijk gewond tracht hij het terugkerende meisje te bewegen alleen weg te gaan en te ontvluchten aan een wereld van onrecht en geweld. Hij sterft, de mannen nemen zijn lichaam mee en het meisje blijft achter. (cop. NVA)
