Dit boek richt zich zowel tot beginnende taalleerkrachten als tot ervaren taalleerkrachten met belangstelling voor onderwijsvernieuwing en eigenlijk tot iedereen met interesse in tweedetaalverwerving en vreemdetalenonderwijs. In dit boek stelt Frank Boers veertien stellingen en gewoontes in het vreemdetalenonderwijs in vraag zoals het toetsen van grammaticaregels, het aanbieden van idioom en het corrigeren van fouten. Bovendien pleit de auteur voor een beter geïnformeerde en doordachte taaldidactiek, geënt op wetenschappelijk onderzoek.