Een actrice vertelt over haar radio-carrière. Ze is bij de radio gebleven omdat ze schuw was, omdat ze zich lelijk voelde, en omdat haar stem de illusie openliet haar wezen in te vullen naar believen. Het decor is de radio-studio met daarin de deuren die naar nergens leiden, zoals ook haar voorbije leven blijkbaar geen toegang gaf tot haar dromen.
Bij een afrit van de ring rond Brussel neemt het hoofdpersonage een verkeerde richting. Hij slaat naar links af in plaats van naar rechts, en rijdt naar de luchthaven van Brussel. Tijdens de rit beleeft hij, in verscheidene flashbacks, opnieuw herinneringen aan het verleden: een vroegere vakantie, moeilijkheden op zijn werk, allerhande kibbelpartijen met zijn vrouw. Wanneer hij dan bij de luchthaven zijn wagen verkeerd parkeert en van een politieagent hiervoor een bekeuring krijgt, komt hij tot de realiteit terug.
In dit hoorspel maken we kennis met een staatsorganisatie, waar alle macht geconcentreerd is in één administratieve organisatie. Daarvoor is het voldoende dat de bevoegdheden van de fiscus en politie verenigd worden: "Belpol" is een versmelting van de termen: belastingen en politie. Met het oog op zijn promotie komt Gussie de Krook, een controleur die deel uitmaakt van "Belpol", examen afleggen bij een hoger geplaatst ambtenaar, de inspecteur. De examinator vindt het theoretisch examen onbevredigend. Hij besluit dat het van de praktische proef zal afhangen of hij De Krook al dan niet zal doorlaten.