Andor, een vijfendertigjarige schrijver, woont met zijn moeder Rebeka in een klein appartement. Ooit was zij een gevierd toneelspeelster in Boedapest maar nu zet ze geen voet buiten de deur. Andor kan geen weerstand bieden aan haar maniakale tirannie en ondanks het feit dat hun relatie ontaardt in een hel van haat, onderdrukking en leugens is hij niet in staat haar in de steek te laten. Maar als Andor de mooie en zorgzame Eszter ontmoet, is het liefde op het eerste gezicht. Hij besluit Eszter aan zijn moeder voor te stellen.
De beste hedendaagse Hongaarse schrijvers stellen intolerantie, xenofobie en sociale ongelijkheid aan de kaak. Ze onderzoeken de Hongaarse identiteit, grijpen terug op eigen ervaringen, met name de Jodenvervolging, en houden ons vooral een spiegel voor. Met bijdragen van o.m. Ivan Bächer, Kriszta Bódis, György Dragomán, Virág Erdõs, Péter Esterházy, András Gerevich, Krisztián Grescó, János Háy, Tibor Keresztúry, György Konrád en vele anderen.