Sommerkind
Monika Held
Monika Held (Auteur), Jantsje Post (Vertaler)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Cossee, cop. 2015 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : ROMANS : HELD |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Cossee, cop. 2015 |
VOLWASSENEN : ROMANS : HELD |
Daan Heerma van Voss
2/ei/20 m
Het is misschien wel het bekendste citaat van de Duitse denker Theodor Adorno: 'Nach Auschwitz ein Gedicht zu schreiben, ist barbarisch.' De overlevering stelt dat Adorno hiermee een verbod uitvaardigde, alsof na de Tweede Wereldoorlog niemand meer een poging mocht wagen tot lichtzinnigheid. In werkelijkheid schetste hij een door hemzelf gevreesd onvermogen. Hij vreesde dat het zoeken naar schoonheid, naar woorden, naar dubbelzinnigheden, een cynische bezigheid was geworden, nu de wereld haar donkerste, woordloze zelf had laten zien.
Het morele gezag waarmee kunstenaars en cultuurcritici (niet alleen dichters) de wereld in vroeger tijden hadden geprobeerd te vatten, lag in de as. Wat ze verder ook zouden besluiten te doen, ze moesten ten minste onderkennen dat de Holocaust het denken, de cultuur, permanent had veranderd. De Holocaust groeide uit tot het grootste literaire thema van de twintigste eeuw.
Tweelingbroer
In 1997 verscheen de Italiaanse tragikomische Auschwitz-film La vita è bella van Roberto Benigni. In een interview zei de acteur-regisseur toen: 'Er is ook wel gezegd: na Auschwitz is er geen leven meer mogelijk, geen liefde, alleen maar stilte. Ik begrijp dat uitgangspunt, heb er respect voor, maar ik voel toch de noodzaak om te spreken.'
Liefde en leven, dat is nu juist de inzet van Nu de angst is verdwenen, de vijfde roman van de in 1943 geboren Duitse schrijfster en journaliste Monika Held. 'Het waargebeurde verhaal van een liefde na Auschwitz', valt op het omslag te lezen, een wat al te sensationalistische aankondiging, voor een roman die het moet hebben van subtiliteit. De hoofdpersonen: de Weense Heiner en de Duitse Lena.
Heiner is een van de vier overlevenden van een transport van omstreeks tweeduizend gevangenen. Hij komt in Auschwitz terecht, waar hij 'werk' vindt als opsteller van doodsberichten. Koortsachtig tikt hij door, valse doodsoorzaken verzinnend die de geallieerden niet op het spoor van de gaskamers zouden zetten. Nooit kijkt hij weg, alle verschrikkingen aanschouwt hij, met gevaar voor eigen leven staart hij naar de gezichten van de slachtoffers en van de daders.
Hij beschouwt het als zijn levenstaak om niets te vergeten. 'Veel later begreep hij dat hij op de divan zijn zeer persoonlijke Heiner-therapie had gevonden: vriendschap met Auschwitz. Hij adopteerde het verleden, maakte het tot zijn tweelingbroer, de schaduw die hem volgde op straat, met hem meeging naar de supermarkt, naast hem op het terras zat, hem 's nachts en in zijn dromen volgde. Wie Heiners vriend wilde zijn, kreeg zijn tweelingbroer erbij.'
Het lijkt op wat kolonel Kurtz zegt aan het slot van Apocalypse Now: de enige manier om vrede te hebben met datgene wat niet geaccepteerd kan worden, is een vriendschap ermee aangaan. Hij sluit een vriendschap met de gruwel, omdat hij er anders aan onderdoor zou zijn gegaan.
Sinds de oorlog is afgelopen, draagt Heiner een metalen blik bij zich, wachtend op iemand die hem de onvermijdelijke vraag stelt wat erin zit. As, antwoordt Heiner dan. De Auschwitz-as van mijn vrienden. Heiner geniet van de stilte die dan aanbreekt, niet omdat deze hem genoegen doet, maar omdat het betekent dat hij, tenminste voor even, zijn werk heeft gedaan: hij heeft herinnerd, en anderen laten herinneren.
Onmogelijke situatie
Twintig jaar later, in 1965, blijken al Heiners herinneringen nut te hebben; hij is een belangrijke getuige bij het Auschwitzproces. Hij ontmoet de veel jongere vertaalster Lena, die onmiddellijk vertederd raakt door deze broze, kwetsbare man. Zij begrijpt hem niet, is nieuwsgierig, maakt hem aan het lachen.
De liefdesgeschiedenis in Nu de angst is verdwenen is buitengewoon schrijnend, omdat ze Heiner in een onmogelijke situatie plaatst. Wil hij echt van Lena kunnen houden, dan zal hij zich moeten committeren aan het heden, wat hij zou beschouwen als een verraad aan de gestorvenen. En wat moet Lena doen? Ze houdt van Heiner - hun liefde is zuiver beschreven, vol details, en niet-sentimenteel van toon - ook al weet ze dat elke toekomst met hem problematisch zal zijn. Maar aan de andere kant: met de permanente aanwezigheid van Heiners schaduw, zijn tweelingbroer, valt moeilijk te leven. Heiner voelt haar verdriet, maar kan niet anders leven dan hij doet.
In een brief aan een vriend met wie hij het kamp heeft overleefd (een vriendschap sluiten met een buitenstaander lukt hem niet) schrijft Heiner: 'Beste vriend, wat bepaalt ons denken, voelen en handelen sterker: het heden of het verleden? Zijn daar inzichten, artikelen, boeken over bekend of is het een beslissing die ieder voor zichzelf moet nemen? Ik heb de indruk dat jij voor ons verleden een fatsoenlijk graf hebt gedolven dat je kunt bezoeken, onderhouden en weer verlaten. Terwijl ik gearmd met een spook rondloop waar ik mensen mee op de vlucht jaag. Ik vind geen graf voor dit spook en om eerlijk te zijn, ik wil het ook niet begraven.'
Heiner kan niet zonder zijn schaduw, en juist daarom zal hij altijd eenzaam blijven.
De door Heiner herinnerde oorlogsverschrikkingen zijn krachtig beschreven, zonder effectbejag, een moeilijke opgave voor een schrijver, zo bleek ook weer in 2014, in Martin Amis' liefde-in-Auschwitz-boek Het interessegebied: het is kennelijk moeilijk om je als schrijver niet te laten meeslepen door het groteske karakter van Auschwitz. In Amis' gruwelijke beschrijvingen klinkt soms een merkwaardig genoegen door; alsof hij boven alles niet afgeschrikt wilde worden, een jongetje dat schreeuwt om maar niet bang gevonden te worden.
Angst die blijft
Monika Held is niet bang, zelfs niet voor angst. Angst is een deel van het leven na Auschwitz. Ze durft gevoel toe te staan, ze durft twee bange mensen elkaar te laten liefhebben. De boektitel is daarom wrang. Angst is nu juist wat Heiner op de been heeft gehouden, angst om te sterven, angst om te vergeten. De angst verdwijnt pas werkelijk wanneer alle herinneringen aan toen zijn vervlogen, wanneer Heiner sterft.
Nu de angst is verdwenen laat ons zien dat liefhebben, leven, getuigen en schrijven na Auschwitz handelingen zijn die niets barbaars in zich hebben. Ze vertegenwoordigen het enige juiste antwoord op Adorno's vrees. Het zou pas werkelijk barbaars zijn om na Auschwitz ook het dichten te laten sterven.
DAAN HEERMA VAN VOSS ■
Geert Vandamme
Het is na een onooglijk krantenberichtje dat auteur Monika Held (1943) Hermann Reineck ontmoet die in 1942 gedeporteerd werd. Reineck zoekt steun voor zijn opgerichte Auschwitzvereniging. De journalist die alles wil weten, en de man die als therapie, en om zijn gezondheid te behouden erover moest praten, het is een goede aanzet voor een beklijvende roman. De auteur brengt het verhaal over de relatie van Heiner en Lena. Ze ontmoeten elkaar voor het eerst op het grote Auschwitztribunaal van 1965. Het diep ingeslepen trauma en het schuldgevoel dat Heiner meedraagt, de hel van Auschwitz gezien én overleefd te hebben. De eeuwige twijfel of hij gedaan heeft wat in zijn mogelijkheden lag om het leven van die zovele andere mensen te kunnen waarborgen. Een leven leiden met een gevoel dat weinig mensen begrijpen, en dat je de rest van je gegeven dagen alles in het werk zult stellen om te doorgronden en de wereld nooit te laten vergeten. In deze context dragen twee mensen elkaar een andere toekomst in. Magistraal geschreven roman over de relatie met een overlevende van Auschwitz.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.