De heen-en-weerbrief
Gerda Dendooven
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Niet beschikbaar |
Querido, 2012 |
KLEUTER : MENS - LICHAAM
Gezinsuitbreiding |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Querido, 2012 |
Woord Jeugd Verhalen : DEND |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Querido, 2012 |
MAGAZIJN : SCHOOLCOLLECTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE :
Gezinsuitbreiding |
31/01/2013
Gerda Dendooven werkt frequent samen met auteurs als Bart Moeyaert, Edward Van de Vendel en Michaël De Cock, maar daarnaast werkt ze ook steeds verder aan haar eigen oeuvre. Haar nieuwste soloproject heet Takkenkind. Het prentenboek, naar een gelijknamige toneeltekst die ze eerder al schreef voor het jeugdtheatercollectief Laika (opgevoerd in 2009 door Lucas Van Den Eynde en Tine Embrechts, in een regie van Jo Roets), past als gegoten binnen de Dendooven-traditie zoals we ze kennen uit Mijn mama (2001), Soepkinders (2005), Het verhaal van Slimme Krol (2006), De wonderbaarlijke reis van Roosje Rood (2007) en Hoe het varken aan zijn krulstaart kwam (2009).
'Op een koude winternacht, zo'n nacht waarin het ijs op dekens groeit en voeten naar warmte zoeken', besluit een vrouw dat ze een kind wil: 'ik wacht al zo lang, ik wil het nu en wel meteen'. [...] 'Niet morgen. Nu.' [...] 'Nu!!' Waar Dendooven in Soepkinders de zoektocht van twee zusjes naar een moeder beschreef, krijgt de lezer hier het omgekeerde: het relaas van een koppel dat een kind wenst voor 'het wiegje dat al maanden, misschien zelfs al jaren klaarstond'. Een klassiek uitgangspunt dat we kennen uit veel sprookjes en volksverhalen en waar Dendooven hier zoals altijd op haar eigen eigenzinnige wijze mee omgaat.
De tekst laat zich lezen als een bonte mix tussen verschillende registers en stijlen. Van mooie beelden ('straks bevriezen je tranen en glijd je uit over je eigen verdriet') tot verhitte ruzies in spreektaal. Dendooven speelt zichtbaar genietend met de spanning tussen wat kinderen niet en volwassenen wél weten, als ze de man en de vrouw laat kijven: '”Wat ben je van plan?”, riep zijn vrouw. “Jij wilt toch een kind?” “Waarom trek je dan je broek en schoenen aan? [...] Kom terug in bed, man!” “Onder de wol zal ik er geen vinden, dus moet ik naar buiten om er een te zoeken.” “Jezus, Maria, Jozef!!!! Wie heeft die idioot toch in mijn bed gelegd?”'
De man gaat met zijn boodschappentas de nacht in, maar beseft al snel de moeilijkheid van zijn opdracht. Wat voor kind wil hij halen? 'Een blond of een bruin, een zwart of een blank, een Chineesje of een Mexicaantje, een dik of een dun, met krulletjes of stekeltjes, een muzikaal kind of liever een sportief... een kind kan zoveel zijn.' Op zijn pad wordt hij geconfronteerd met een aantal kinderen, maar het stugge, ruwhouten takkenkind (een stuk hout in de vorm van een kindje) dat hij uiteindelijk naar huis meebrengt, lijkt in niets op de lobbige, bolle, kleurige babyfiguren die Dendooven daarvoor in de fantasieën van de vrouw heeft geschetst. Het takkenkind (niet toevallig associaties oproepend met het bekendere takkewijf?) wordt door de vrouw niet enthousiast onthaald. Ze kaffert haar man opnieuw uit voor idioot en gaat het hout met een bijl te lijf, zodat ze 'er ten minste nog warmte van' hebben, maar de man neemt het houten kindje in bescherming en raakt zo zelf per ongeluk verwond. Van zijn bloed dat op de vrouw en de stronk drupt, wordt gesuggereerd dat het het hout tot leven brengt en de vrouw haar liefde opnieuw aanwakkert. De man en vrouw, het takkenkind en zijn nieuwe ouders vinden elkaar. Het takkenkind krijgt een naam, 'Sweetie', en de drie leven warm en harmonieus samen in het kleine huisje. En dan, twee lentes later, gebeurt er iets moois, dat het sprookjesachtige van dit verhaal nog meer luister bijzet...
Voor het open einde, dat een goede afloop insinueert, komt er echter flink wat dreiging, gruwel en angst aan te pas. Het is typisch voor Dendooven dat ze daarbij zowel de volwassenen als de kinderen met hun mindere kantjes portretteert. Wie zijn hoofd schudt bij de harde aanpak die de volwassenen in het verhaal erop nahouden – een moeder van twaalf kinderen die een van hen ('kleine aap, stuk verdriet') het huis uitgooit terwijl het buiten sneeuwt; de man die in de speurtocht naar een kind de vijf magere weesmeisjes afwijst ('mijn vrouw wil geen dom kind, dus helaas. Ik neem niemand mee) –, wordt met de neus op de feiten gedrukt dat ook die bloedjes van kinderen niet geheel en al onschuldig zijn. Als de man immers een kartonnen doos vindt met daarin twee dunne, vuile kinderen, klinkt het meteen uit de kindermonden: 'Hebben jullie ook een bad? Met schuim van een duur merk? Hebben jullie een ijskast met ijsblokjes? Een tv?' De warme kachel waarmee de man denkt de kinderen te overtuigen, maakt geen indruk. '”Dat is dan jammer,” zeiden de kinderen. “We willen tv-kijken.” Ze kropen terug in hun doos.'
De sfeer wordt treffend weergegeven in de illustraties, waarin de man – gekleed in een jas en met een muts en baard van donkerbruine blaadjes – de donkere nacht vol babyschimmen intrekt. De kleurrijke fantasiebaby's worden in de prenten achteruitdeinzend weggeblazen als de vrouw woest haar ongeduld uitbrult. Als het bloed eenmaal gevloeid is, krijgt het takkenkind groene blaadjes en wordt het in een rood deken gewikkeld dat veel weg heeft van een menselijk hart. De kleuren die bij de klassieke voorstelling van een getekend menselijk hart gebruikt worden – rood en blauw – voeren in prenten die zich binnenshuis afspelen en de vormgeving vaak de boventoon. De kleuren maken het onderkoelde van de relatie tussen de man en de vrouw invoelbaar, maar tonen ook hoe het aanvankelijk (ongewenste) kind een bron van liefde kan zijn. 'Een kind kan zoveel zijn', stelt de man vast. Dat heeft Dendooven met dit nieuwe, betekenisvolle prentenboek alvast goed duidelijk gemaakt. Het verhaal weet in al zijn absurditeit op een ontroerende manier een niet eens zo vergezochte werkelijkheid te raken.
[An-Sofie Bessemans]
Ingeborg Hendriks
Midden in de nacht geeft een vrouw haar man te kennen dat ze een kind wil, nu! Daarop gaat de man op zoek. Geen van de kinderen die zijn pad kruisen, zullen echter aan de strenge eisen van zijn vrouw kunnen voldoen. Daarom legt hij uiteindelijk een boomstronk in de wieg. Eerst wil de vrouw niets van dit kind weten, maar als het na een dag liefdevolle verzorging van de man groene blaadjes krijgt, smelt het hart van de vrouw en is de adoptie een feit. Absurd en komisch verhaal dat de veeleisendheid van de moderne mens op de hak neemt. Ontroerend is hoe het 'takkenkind' de vrouw uiteindelijk leert om lief te hebben en het leven te nemen zoals het komt. Prentvertelling met illustraties in gemengde techniek met collage, in de grafische eigenzinnige stijl van Dendooven, die voor haar werk al diverse prijzen ontving. De vrij uitgebreide tekst staat, gedrukt in donkerblauw, in de illustraties. De groteske figuren met hun hoekige vormen en vreemde lichaamsverhoudingen passen goed bij het verhaal. Boekenwelp 2013. Vanaf ca. 6 jaar.
Magali Haesendonck
ua/an/22 j
Tja, hoe gaat dat? Een vrouw wil een kind, haar man gaat ernaar op zoek. In plaats van in bed te blijven liggen, duikt de man de koude winternacht in en zoekt. Bij gebrek aan beter komt hij thuis met een tak. Na een aarzelend begin krijgt de tak toch een warme ontvangst. Maar hoe komt het toch dat de huid van dit takkenkind zo ruw is?. Het takkenkind groeit en bloeit en algauw groeit er ook een kind in de buik van de vrouw.
Een soort van sprookje zou je kunnen zeggen, een - letterlijk - ruw sprookje, echt op het lijf van Dendooven geschreven. Ook hier ging ze aan de slag met die typische onpedagogische, weinig subtiele humor van haar. En wat een leuk resultaat, vol verrassingselementen. De prenten zijn samengesteld uit knipsels en spreken tot de verbeelding.
Een verhaal over liefde en geduld, ook op de planken gebracht door theatergezelschap Laika. Een winterse aanrader.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.