Het Achterhuis : dagboekbrieven 12 juni 1942-1 augustus 1944
Anne Frank
Mirjam Pressler (Auteur), Gerti Elias (Medewerker), Pim Lukkenaer (Vertaler)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Bakker, 2010 |
MAGAZIJN : NON-FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : NEDERLAND 945.3 |
31/12/2011
Bij Bert Bakker verscheen in 2009 de vijftigste druk van de complete editie van Anne Franks wereldberoemde dagboek. Onlangs publiceerde de uitgeverij ook het 'verhaal' van haar familie. Daarvoor werden een groot aantal familiedocumenten (brieven, foto's e.d.) gebruikt die op de zolder van het familiehuis gevonden werden en die overvloedig en exhaustief geciteerd worden. Een behoorlijk aantal reproducties is trouwens in het boek overgenomen. Auteur van Groeten en liefs aan allen is Mirjam Pressler, tevens redactrice van de twee vorige versies van Anne Franks dagboek. Het bewuste verhaal inGroeten en liefs aan allen is opgebouwd rond drie figuren van de familie, die elk een generatie vertegenwoordigen: Alice Frank-Stern (1865-1953), Helene Elias-Frank (1893-1986) en Buddy Elias (1925).
Raken aan het erfgoed van Anne Franks dagboek is geen lichtzinnige opdracht, maar Presslers boek bezit onmiskenbare verdiensten. Ten eerste wordt er recht gedaan aan de rol die sommige familieleden gespeeld hebben in de bekendmaking van het dagboek en de lessen die eruit kunnen worden getrokken. Dat zijn uiteraard Annes vader Otto Frank, maar ook Otto's tweede vrouw Fritzi, en Buddy Elias, Annes neef. De tweede verdienste van het boek is dat het de cultuurhistorische context van Het achterhuis verheldert. Het laat bv. zien dat de Jodenhaat in Europa een eeuwenoud fenomeen was toen het nationaalsocialisme de macht overnam in het geruïneerde Duitsland. Ook wordt meer inzicht geboden over de omstandigheden waarin de bewoners van het achterhuis in concentratiekampen terechtkwamen, en er, met uitzondering van Otto, stierven.
Er werd echter over het hoofd gezien hoezeer dit boek moeilijk anders gelezen kan worden dan met Anne Franks dagboek in het achterhoofd. Gevolg is ten eerste dat, aangezien het verhaal van de andere familieleden niet bijzonder meeslepend is, het vaak wachten is tot het bewuste dagboek weer aan bod komt. Het tweede gevolg is van ethische aard: de kracht van Het achterhuis schuilt in de brute authenticiteit waarmee het als tekst doorverwijst naar een realiteit waar de woorden nog steeds zo weinig vat op hebben, en uiteraard zal de lezer ook de neiging vertonen om Presslers boek met een gelijksoortige bril te interpreteren. Maar mag dat wel voor een boek dat nu eens gepresenteerd wordt als 'verhaal', dan weer als 'geschiedenis' en iets verder met een 'familieroman' wordt vergeleken? Deze generische vrijpostigheid uit zich ook in het boek, dat naast de geciteerde brieven, verwoordingen van getuigenissen -- die uit zorgvuldigheid aldus aangeduid hadden moeten staan -- te vaak de indruk geeft van ruime interpretaties, speculaties, of zelfs pure fictie wat het incipit van het eerste deel en nog andere passages betreft. Het was bijzonder onhandig om niet precies te melden welk statuut dit boek toegekend moet worden. Door dit gebrek aan generische accuratesse weet de lezer niet waar de fictie ophoudt, en daarmee wordt onrecht gedaan aan Anne Franks getuigenis. [Matthieu Sergier]
Astrid Dekkers
In het huis van een Zwitsere neef van Anne Frank werden onlangs op zolder brieven en documenten van de familie gevonden. Aan de hand van deze vondst (èn oude gegevens) werd de familiegeschiedenis van Anne Frank opgetekend. Mirjam Pressler, vertaalster en kinderboekenschrijfster, schetst op een verhalende manier het leven van de (over)grootouders van Anne Frank. Over de familieleden werd al veel gepubliceerd, zo kwam het leven van de vader van Anne Frank onder andere al aan bod in 'Het verborgen leven van Otto Frank' door Carol Ann Lee (2002)* en 'Liefs, Otto' van Cara Wilson (1995). De vele brieffragmenten die Pressler aanhaalt, ontroeren. Zoals die van de jonge Otto die vanaf het front in de Eerste Wereldoorlog naar huis schrijft. Erg aangrijpend zijn de hoofdstukken over de periode na de Tweede Wereldoorlog waarin de familie in Bazel wacht op nieuws van Otto en zijn gezin, van wie ze sinds de onderduik niets meer vernomen hebben. De toon van het boek is vol respect en de schrijfstijl zeer toegankelijk (soms bijna kinderlijk). Het boek is ruim geïllustreerd met scherp afgedrukte familiefoto's in zwart-wit en brieven. Met register en stamboom.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.