Kongo : een voorgeschiedenis
Lucas Catherine
Lucas Catherine (Auteur)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
EPO, 2009 |
Thema: diversiteit 3.3.DIV |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
EPO, 2009 |
MAGAZIJN : NON-FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : 926.2 CATH |
31/12/2009
Lucas Catherine heeft al in een flink aantal boeken een lans gebroken voor een nieuw soort geschiedschrijving. Niet alleen staan in dat historisch onderzoek telkens weer volkeren centraal die het hard te verduren kregen ? en dat is eigenlijk een eufemisme ?, maar het wedervaren van die mensen wordt ook op een 'nieuwe' manier benaderd en verteld. Catherine noemt die nieuwe methode "een truc" die hij geleerd heeft van Fatima Mernissi, een feministe en sociologe uit Rabat die hij dit boek citeert: "In plaats van uren door te brengen met research in een duistere en sombere bibliotheek, doe ik wat anders. Ik ga na wie de specialist is in een bepaald onderwerp, nodig hem uit om ergens op een terras een glas te drinken of samen te dineren en in één, twee uur weet ik alles wat ik moet weten." In dit vlot geschreven relaas heeft de lezer altijd de indruk met Catherine aan het praten te zijn en deelgenoot te worden van zijn gedetailleerde kennis van het onderwerp.
Hoewel de auteur ook studies heeft geraadpleegd, legt hij de nadruk op de 'orale' methode. Daarbij komt dat dit boek geschreven is als een soort alternatieve reisgids en dat de onderlegde auteur beklemtoont wat er van een oude cultuur nog overblijft in een hedendaagse maatschappij. Volgens Catherine zindert de cultuur van de Morisco's (moslims die na 1492 ? de val van Granada en het verdrijvingsedict tegen de joden uit Castilië en Aragón ? hun Arabische cultuur behielden, ook al waren ze verplicht bekeerde moslims) ook in het hedendaagse Spanje nog fel na. In 1264 beginnen de 'Spanjaarden' (nog niet verenigd onder de katholieke koningen) moslims en joden te verdrijven naar het emiraat Granada en Noord-Afrika. In 1449 wordt een edict over de zuiverheid van het bloed geproclameerd tegen de nieuwe christenen van moslim- of joodse origine. In 1478 wordt de inquisitie opgericht. En in 1614 worden de laatste moslims (tussen de 320.000 en 400.000) op schepen naar Noord-Afrika gezet.
Catherine neemt ideologisch stelling in de ondertitel van zijn boek ('een vergeten etnische zuivering in Andaloesië'). Vooraleer hij die stelling bewijst, boort hij twee mythes de grond in. Ten eerste is de veelgebruikte term 'joods-christelijk' om onze beschaving aan te duiden volkomen verkeerd en van heel recente datum. Ten tweede is het fout te spreken over een islam die "oorlogszuchtig van nature" zou zijn, terwijl het net het christendom is dat het geloof met het zwaard verspreidt en onnoemlijk veel slachtoffers maakt (denk maar aan de 'ontdekking' van Latijns-Amerika). Niet dat de moslims geen agressie hebben gepleegd, maar die worden stelselmatig en met welbepaalde bedoelingen overdreven. Catherines stelling is duidelijk: het is het christendom dat een etnische zuivering doorvoert onder de moslims en Morisco's op het Iberische schiereiland. De term 'etnische zuivering' is natuurlijk ook politiek gekleurd, maar kan zonder veel moeite worden toegepast op de historische realiteit.
Catherine gaat niet alleen op reis om de tekenen op te sporen van de moslimbeschaving die zo'n sterke stempel op Spanje drukte. Hij laat zich ook vergezellen door Ahmad al Hajari, een Morisco die een "soort autobiografie" schreef. Grote delen van die autobiografie kwamen in het boek terecht en geven een andere kijk op de aanwezigheid van de islam in Spanje. Terwijl Catherine van een thema vertrekt en de lezer via grote lijnen en heel wat details "lering en vermaak" wil schenken, maar soms (heel) ver van zijn thema afwijkt om nog vlug een interessante anekdote te vertellen, is het geschreven verslag van Ahmad al Hajari een leidraad, een constante die niet vertrekt vanuit de actualiteit, maar vanuit een historisch gegeven. Het verhaal vormt dan ook een tegenwicht voor het met ontelbare aanwijzingen en ontdekkingen gelardeerde relaas van Catherine, die met dit vlot leesbare boek een essentieel inzicht documenteert dat nog altijd een grote stempel blijft drukken op de cultuurgeschiedenis en het leven op het Iberisch Schiereiland. Dat Catherine daarbij vertrekt van een alternatieve en kritische historiografie is het fundamentele, maar niet het enige pluspunt van dit meanderende reisverslag. [Bart Vonck]
Redactie Vlabin-VBC
In dit boek gaat Midden-Oostenkenner Lucas Catherine na wat er vandaag nog overblijft van de cultuur van de Morisco's, Arabische moslims die eeuwenlang in Andalusië leefden en in de zeventiende eeuw werden verdreven door de Spanjaarden. Catherines stelling is duidelijk en heeft ook een politieke lading: het christendom voerde op het Iberische schiereiland een etnische zuivering door onder de moslims, die er niettemin duidelijke sporen nalieten. In een eerste deel van zijn reisverslag laat Catherine zich vergezellen door Ahmad al Hajari, een Morisco die een soort autobiografie schreef. Het tweede deel focust op de 'Morisco-erfenis'. Grote delen van de autobiografie van Al Hajari kwamen in het boek terecht en geven een andere kijk op de aanwezigheid van de islam in Spanje. Bovendien vormt de tekst een goede leidraad bij het meanderende relaas van Catherine, die van duidelijke thema's vertrekt, maar daar ook vaak van afwijkt om bijvoorbeeld een anekdote te vertellen. Een boeiend reisverslag, ondersteund met voetnoten, kaartjes, afbeeldingen, een tijdsbalk, een woordenlijst en een bronnenoverzicht.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.