Marc Maet : ik woon in de schilderkunst
Karina Blanchar (Auteur), Patrick Allegaert (Auteur), Bart Marius (Auteur)
Beschikbaarheid en plaats in de bibliotheek
ARhus - De Munt magazijn
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Lannoo, 2008 |
MAGAZIJN : NON-FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : 700 MAET |
Besprekingen
31/12/2008
Schilder Marc Maet (geb. 1955) was in de jaren '80 en '90 een rijzende ster aan het firmament van de hedendaagse schilderkunst. In 2000 maakte hij een einde aan zijn leven. Ter gelegenheid van een retrospectieve tentoonstelling in het Museum Dr. Guislain in Gent (zomer 2008) verscheen een door Dooreman heel mooi vormgegeven boek over hem, dat het midden houdt tussen een vriendenboek en een catalogus. Het boek bevat herinneringsteksten van zijn weduwe en een van zijn zonen en een paar bijdragen van bevriende kunstenaars. Pjeroo Roobjee borstelt in zijn kenmerkende barokke stijl een navrant portret van de mens achter het masker Marc Maet: "de droevigste van ons allen, de eeuwig aan het leven lijdende, neerslachtigste eenling op aarde. Zijn onvergelijkelijke, zeer broze binnenkant moest het ontgelden en zo een grauwelijk zwarte situatie van het gemoed wenste hij niet te tonen." Philippe Vandenberg bewijst in de indrukwekkende poëtisch-narratieve tekst 'toen ik een tuin schilderde voor St John's Millbrook' zijn zielsverwantschap met Maet. Dat Maet zelf ook literair talent had, blijkt uit zijn grimmige parabel over de schilderkunst onder de titel 'Zwarte sneeuw & Gossip'. Mede door de korte biografie achterin, een lijst van individuele en collectieve tentoonstellingen, een beknopte bibliografie en een aantal foto's krijg je een genuanceerd en vrij diepgaand beeld van de persoon. Helaas kan dat niet worden gezegd met betrekking tot het werk. Een ouder interview (uit 1985) door Roland Patteeuw geeft vooral informatie over de werkwijze van de schilder en tekenaar. De inleiding van Patrick Allegaert en Bart Marius is te algemeen, de karakteristiek door Bernard Dewulf te literair om goed te zijn. Wouter Coolens bespreekt twee schilderijen en een tekening die alledrie de titel '102 jaar schilderkunst' dragen. De formele analyse is knap, maar de interpretatie oppervlakkig en bevreemdend vooringenomen, bijna moraliserend. Alle teksten zijn achteraan ook in Franse vertaling opgenomen.
Gelukkig bevat het boek tientallen degelijke kleurenreproducties van schilderijen en werken op papier, waarin je de opmerkelijke ontwikkeling van de kunstenaar kunt volgen. Die loopt van een sterk gestuele, abstract-expressionistische beginperiode, over het binnenhalen van archetypische motieven naar een soberder, bijna monochrome compositie met hermetische evocaties van maan, nacht, kruis en passie, tot al even mysterieuze woord-en-beeldschilderijen, met woordspelingen en rebusachtige elementen die aan Magritte en Picabia herinneren. Die laatste, soms baldadig-sarcastische schilderijen evenaren overigens niet het veel originelere en indringender werk uit de jaren '80 en begin jaren '90. Wonderlijk zijn de werken in gemengde techniek op papier, nu eens spaarzaam, op de rand van het verdwijnen, dan weer ironisch spelend met lichaamsmotieven en woorden. Het is fascinerend kijken naar dit werk, ook al ontbreken in dit boek de aanzetten om er dieper in door te dringen. Het rijke en inventieve oeuvre van Marc Maet zou een wat grondiger behandeling nochtans best doorstaan. [Erik de Smedt]
Redactie Vlabin-VBC
Dit boek verschijnt naar aanleiding van een retrospectieve in het Gentse Museum Dr. Guislain over de Vlaamse schilder Marc Maet (geb. 1955), die in 2000 zelfmoord pleegde. De uitgave houdt het midden tussen een vriendenboek en een catalogus. Naast herinneringsteksten van o.m. Maets weduwe en zijn vriend Pjeroo Roobjee, bevat het boek ook een grimmige parabel over de schilderkunst door Maet zelf. Samen met de biografie, de lijst van tentoonstellingen, de bibliografie en enkele foto's geven die teksten een goed beeld van de persoon. Helaas kan dat niet worden gezegd met betrekking tot het werk. Zo leert de lezer weinig bij uit het interview uit 1985, de te literaire karakteristiek door Bernard Dewulf, en de oppervlakkige interpretatie van drie werken door Wouter Coolens. Gelukkig bevat het boek tientallen degelijke kleurenreproducties, waarop je de opmerkelijke ontwikkeling van de kunstenaar kunt volgen. Het is fascinerend kijken naar dit geheimzinnige en originele werk, ook al ontbreken hier de aanzetten om er dieper in door te dringen. Met achteraan Franse vertalingen van alle teksten.
Suggesties
Krijg een e-mail wanneer dit item beschikbaar is
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.