Verlof
Céline Curiol
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Ambo, cop. 2006 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : MAG F 8296 |
31/12/2006
Een jonge vrouw, naamloos, is verliefd op een al even naamloze jonge man. Een onmogelijk liefdesverhaal van aantrekken, afstoten, toegeven en ten slotte verwerpen. Dat is de rode draad van deze eersteling van Céline Curiol (geb. 1975) die, bewierookt door Paul Auster, meteen in het Nederlands werd vertaald. "Een van de mooiste debuten van de afgelopen jaren", heette het.
We volgen de jongedame op haar doelloze wandelingen door Parijs. Ze ontmoet de hele tijd onbekenden, of liever, ze laat zich altijd meeslepen door toevallige ontmoetingen. Zo gaat ze willoos in op een verzoek van een travestiet om de koffer in te duiken, om koffie te gaan drinken met een "Fransman van Maghrebijnse origine" of poseert ze voor een dubieuze fotograaf. Toch wordt niet alles bepaald door het toeval. Zo is er een traumatische ervaring geweest met een familielid, waarover ze nooit het achterste van haar tong laat zien. Hoe onduidelijk het ook blijft, het trauma is duidelijk in zijn gevolgen: het bemoeilijkt haar sociale omgang, ze ziet zichzelf als een niet-persoon, een soort Parijzenaar zonder eigenschappen. Ze is onzichtbaar aanwezig -- geen toeval dat haar job die van stationsomroepster is, een stem, geen gezicht. Maar door haar onzichtbaarheid worden anderen zichtbaar, en dat is meteen de charme van de roman. Door haar wandeltochten krijg je niet zozeer een portret van Parijs, maar van passanten, heren meestal, die in haar verhaal opduiken en die onbevangen, gedetailleerd en mild worden geportretteerd. Een portretteerkunst overigens die in zijn beste momenten doet denken aan Elias Canetti.
Is dit dan louter loze beschrijfkunst? Nee, daarvoor is haar zoektocht naar de Liefde te schrijnend, de confrontatie tussen haar eigen dagdromen en de realiteit te pijnlijk. En het observeren verandert: ondanks al haar apathie veranderen de ontmoetingen haar zicht op de werkelijkheid. Met name de afwezige blik van haar object van verlangen verandert haarzelf: "ze herkent zichzelf niet meer [...] ze heeft zin om zichzelf gedag te zeggen". En het is het objectieve najagen van deze blik, van deze man, die haar ten slotte zichzelf doet verliezen, haar naar de afgrond drijft. Hier is een intelligente schrijfster aan het werk, die een zeer coherente, fijnzinnige en ondanks de sombere inhoud heldere roman aflevert. [Kris Lauwerys]
C.H.M. Beijer
Een anonieme jonge vrouw, werkzaam als omroepster bij de Franse spoorwegen (SNCF), woont alleen op kamers in Parijs. Om de eenzaamheid in haar monotone leven te verdrijven bezoekt zij bars en cafés. Zij laat er zich door allerlei mannen verleiden, wat haar geregeld in gevaarlijke situaties brengt. Ondertussen wacht zij met smart en vaak vergeefs op telefoontjes van haar minnaar, een getrouwde man, die zij af en toe heimelijk ontmoet. Haar verlangen naar zijn liefde wordt niet ingelost. Met deze roman debuteert de Franse auteur (1975), die als journaliste werkzaam is in New York. Niet zo overtuigend is de psychologische tekening van het in haar kinderjaren getraumatiseerde hoofdpersonage. Haar zelfverlies manifesteert zich in permanent slachtofferschap: lijden onder een niet in te lossen verlangen naar liefde. Meer indruk maken haar scherp verwoorde observaties, waarin genadeloos de absurditeit van het leven in een moderne metropool zichtbaar wordt. Op het zwarte omslag een portretfoto in pasteltinten van een jonge vrouw; belettering in oranje, beige, wit. Gebonden uitgave, kleine letter.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.