Alle gedichten tot dusver
Kees Ouwens
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Meulenhoff, 2001 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : OUWE |
31/12/2000
Kees Ouwens startte oorspronkelijk als dichter met een uitgesproken romantische poëzie in Arcadia (1977). Gaandeweg evolueerde hij echter naar een lyriek waarin het zelfbewustzijn van het ik zo toonaangevend werd dat het als het ware zichzelf begint te desintegreren Vanuit die gespleten ervaring van identiteit én fragmentering, zingeving én zinverlies ontstond een bijzonder waardevol en eigengereid poëtisch oeuvre, waarvan de bundel Van de verliezer & de lichtbron (1997) het voorlopige hoogtepunt vormde. Met Mythologieën gaat de dichter alleszins verder op de ingeslagen weg. Wij maken kennis met enkele alter ego's, die zich als het ware buiten tijd en ruimte bewegen. Die mythische beweging brengt met zich mee dat de mens als het ware kosmisch wordt verbreed en zich gaat identificeren met de geschiedenis en met de gehele schepping. Het doet enigszins denken aan de expressionistische lyriek, maar bij Ouwens heeft de transcendentie haar vanzelfsprekend karakter totaal verloren. Sterker nog, het sprekend ik stottert en stamelt, via associaties, via vragen en bezweringen in plaats van zekerheden. Die overtuigende thematiek wordt ook formeel sterk ondersteund. In de eerste plaats is er de sterk gefragmenteerde zegging, vol herhalingen en intrigerende verschuivingen. Het gedicht verbrokkelt echter niet alleen in ellipsen, maar het wordt ook ruimtelijk over de pagina's verspreid, volgens uiteenlopende typografische patronen. De gedachte van een puzzel, die de lezer inhoudelijk en formeel moet samenzoeken, krijgt zo op indringende wijze gestalte. Ouwens' recente werk is geen gemakkelijk leesvoer en het vraagt een volgehouden inspanning, maar de beloning van de lezer is er des te groter om. [Dirk De Geest]
T. van Deel
Kees Ouwens' dichtbundels volgen elkaar in steeds hoger tempo op en zijn bovendien steeds zeer omvangrijk. Bestonden 'Afdankingen' (1995) en 'Van de verliezer & de lichtbron' (1997) nog uit min of meer regelmatig gevormde gedichten, met een duidelijke strofering, in zijn nieuwste bundel 'Mythologieën' vinden allerlei experimenten met de versvorm plaats en dringt er geregeld een hoop wit in het gedicht, van alle kanten, zodat soms de woorden of zinsdelen optreden van elkaar gescheiden telkens door wit. Ook zijn er gedichten die uitsluitend uit eenregelige strofen bestaan. Deze formele verbrokkeling, dit uiteenvallen van het gedicht in onderdelen, draagt niet bij tot de ervaring van samenhang, op inhoudelijk vlak. Dat is ook al moeilijk omdat het wel lijkt of Ouwens zijn toch al idiosyncratische taalgebruik per bundel nog meer in de richting van de onverstaanbaarheid weet op te voeren. De bundel is in twee afdelingen verdeeld en maakt de indruk een lange poëtische zoektocht te zijn naar het voornoemde Arcadië, terug naar de oorsprong.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.