Dat met Leo
Stefan Boonen
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Clavis, 2001 |
MAGAZIJN : SCHOOLCOLLECTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : BOON |
31/12/2001
Zelden heb ik zo'n geforceerd maakwerk gelezen. Zowel de opbouw van dit boek als de verwerking van de thematiek en de stijl gaan ten onder in een verkrampte poging van de auteur om iets bijzonders te maken. Het boek telt af, het begint met hoofdstuk 18. Er is een jongen met een rugzak, het rennen moe, bijna aan de rand van de wereld, "op een stronk vol gele maden" die "onbeschaamd glibberen" over zijn voeten. Het laatste hoofdstukje begint met "Nog zes zinnen". Nadat de ik met blote handen een graf heeft gegraven, trapt hij zijn schoenen uit, ademt zachtjes en besluit met "Het spijt me". Intussen is de lezer te weten gekomen hoe de jongen zich verantwoordelijk voelt voor de dood van zijn vader, zijn moeder, zijn zus, zijn hond en zijn enige vriend in het tehuis waar hij verblijft. Hij voelt zichzelf het "aas van de hel".
Alles wordt verteld in korte hoofdstukjes met dito zinnetjes waarmee de auteur allicht veel wil oproepen maar die nu eens te veel en dan weer te weinig suggereren. Alsof er nog geen zwartheid genoeg is, wordt nog duidelijk gesuggereerd dat zijn vriend Kevin het slachtoffer is van incest en kindermishandeling. Dit wordt in een paar zinnetjes gesteld en hangt er qua thematiek te los bij. De talrijke alliteraties en beelden zijn vaak gezocht: "Een aansteker met hikkende vlam en handenvol stro", "Fijne straaltjes licht dropen langs het zwarte hout naar beneden", "Het hijgende water greep mijn enkels, omhelsde mijn billen", enz. Op de talrijke illustraties binnenin staat de hoofdfiguur afgebeeld in een gestreept pak dat je met een gevangenisoutfit associeert. De gezichtsuitdrukkingen zijn vaak te vaag, maar de houdingen maken veel goed. De kaft is mislukt. De twee jongens op het dak in combinatie met de titel doet een spannend, avontuurlijk verhaal vermoeden, wat Spookrijder/i> helemaal niet is.
[Jan Van Coillie]
O. Middelink
Een naamloze jongen voelt zich een spookrijder. Net als een echte spookrijder brengt hij andere mensen in gevaar. In zijn directe omgeving gebeuren er met de hond van zijn oom, zijn ouders en zusje en zijn vriendje dodelijke ongelukken. Maar het is meer een samenloop van omstandigheden, dan dat hij daar echt debet aan is. Hij gaat echter zo onder de gebeurtenissen gebukt, dat hij besluit om naar het einde van de wereld te gaan (een stille plek in een maisveld). De suggestie wordt gewekt dat hij daar dan zelfmoord pleegt, maar of dat inderdaad gebeurt? Het treurige verhaal, in korte, bondige zinnen, wordt verteld in 18 hoofdstukjes. Daarbij wordt het verhaal van achter naar voren verteld, van hoofdstuk 18 naar 1, waarbij begin en einde naadloos op elkaar aansluiten. De zwart-wittekeningen geven goed de somberheid van de hoofdpersoon weer. De titel zal kinderen snel op het verkeerde been zetten. Geschikt voor een beperkte groep vanaf ca. 11 jaar.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.