Das Kapital : een biografie
Francis Wheen
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
De Bezige Bij, 2000 |
VERDIEPING 4 : BLAUWE TOREN : SOCIALE WETENSCHAPPEN : 331.55 WHEE |
31/12/2000
Sinds de val van de Muur in 1989 wordt het marxisme als politiek-economisch systeem nauwelijks nog als een valabel alternatief voor het kapitalisme beschouwd. Zelfs communistische staten als China en Cuba glijden weg van het orthodoxe marxisme en schuiven zachtjes op naar het liberale eenheidssysteem. Het imago van het marxisme is slecht in het Westen: de hopeloze achterstand van de ex-Oostbloklanden, de bloeddorstigheid van Stalin en Mao, de invasies in Hongarije en Tsjechoslowakije, de slachting op het Plein van de Hemelse Vrede... Al die feiten worden met de marxistische leer en met de grondlegger ervan Karl Marx (1818-1883) in verband gebracht.
De Britse biograaf en journalist van 'The Guardian', Francis Wheen, kon de verkeerde interpretatie van Karl Marx' bedoelingen niet meer aanzien en besloot een grootscheepse en respectvolle biografie van Karl Marx te schrijven, de eerste sinds de val van de Muur. Daarbij vertrekt hij van de stelling dat filosofen niet schuldig zijn aan latere vervormingen van hun ideeën en de uitwassen daarvan. De verdienste van Wheen is niet dat hij veel nieuwe elementen over het leven van Marx uit de archieven heeft opgediept. Hij gebruikte hoofdzakelijk bekend materiaal uit het Amsterdamse Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis, dat de brieven en manuscripten van Marx bezit, naast vele andere socialistische archieven uit die tijd. In die zin is deze biografie niet echt nieuw en kan men even goed terugvallen op die van Isaiah Berlin uit 1963. Wel nieuw is de benadering van Wheen van Marx' geschriften. Hij verlaat het beeld van de in diskrediet geraakte, ouderwets geworden, irrelevante Marx en ontdekt heel wat actualiteitswaarde in zijn geschriften. Zo hield Marx zich reeds in 1848 met globalisering bezig. Hij voorspelde ook de verschuiving van de financiële macht van de landen rond de Atlantische Oceaan naar de landen rond de Stille Oceaan. Nog belangrijker is Wheens focus op de mens Karl Marx. Volgens Wheen zijn er duizenden boeken over het marxisme gepubliceerd, maar nauwelijks over Karl Marx zelf. Nu de koude oorlog al een tijdje voorbij is, is het hoog tijd "om ons te ontdoen van de mythologie rond zijn persoon en te proberen Karl Marx als mens te herontdekken".
Wheen bouwt zijn Marx-biografie niet rechtlijnig-chronologisch op. Hij kan het niet laten sprongetjes in de tijd te maken, lange citaten uit brieven in de tekst te smokkelen, eigen meningen te verkondigen en schijnbaar uit te weiden volgens wat hem te binnenschiet. Na een korte schets van zijn familiale achtergrond vat Wheen aan: "Karl Marx werd geboren in een kamer op de bovenverdieping van het huis op Brückergrasse 664 (in Trier)..." Dan volgt een stuk over de verdere geschiedenis van dat huis met wat persoonlijke kanttekeningen van Wheen bij het gebrek aan steun van de Britse Labour Party voor de restauratie van dat huis na de Tweede Wereldoorlog. Vervolgens wordt het verhaal weer op gang getrokken met de hilarische zin: "Buiten zijn gewoonte om zijn zussen te dwingen moddertaarten op te eten, is er weinig bekend over de vroege jeugd van Karl Marx."
Bij het construeren van zijn meanderende tekst had de auteur duidelijk een publiek met een zekere voorkennis voor ogen. De voornaamste headlines van Marx' levensverhaal zitten weliswaar in de tekst, maar vaak verborgen tussen details en bij de bespreking van werken van Marx zoals Das Kapital en Misère de la philosophie (1847) gaat hij ervan uit dat de samenhang en hoofdlijnen door de lezers zijn gekend. Wheen vat de geschriften nauwelijks samen en gaat onmiddellijk over tot de zeer persoonlijke, maar interessante bespreking ervan. Daarbij ridiculiseert hij sommige passages en prijst hij andere de hemel in. Wheen doet ook geen moeite de 19e-eeuwse maatschappelijke context te schetsen. Die tekortkomingen hadden kunnen worden verholpen door een schematisch tijdskader, een simpele tijdsbalk en door een chronologisch overzicht van Marx' voornaamste geschriften met een korte samenvatting. Ook een plaatsnamenregister ontbreekt, waardoor het bv. niet mogelijk is snel Marx' Brusselse avonturen (1845-1848) in het boek terug te vinden.
Het nadeel van het gebrek aan encyclopedische duidelijkheid wordt echter ruimschoots gecompenseerd door Wheens onvoorstelbare historische verbeeldingskracht, meeslepende schrijfstijl en superieure ironie. Van deze biografie kan werkelijk worden gezegd dat ze "leest als een roman" met als aangenaam surplus dat alle feiten gecheckt zijn. Toch heeft Wheens beklemtoning van "le petit detail" in Marx' levensverhaal enkele Britse recensenten geërgerd. Ze hebben ten dele gelijk. Hoewel moeilijk kan worden ontkend dat persoonlijke gebeurtenissen een grote invloed hebben op iemands gedachten en geschriften, heeft Wheen soms overdreven. Het bewijs dat Marx in se een burgerlijke man was, gehecht aan de adelbrieven van zijn echtgenote en aan mooi zilverwerk en meubilair, is zeer relevant. Dat geldt ook voor het feit dat hij als aartsvijand van het grootkapitaal op de beurs speculeerde en dat hij een onwettig kind verwekte bij zijn huishoudster. Over de relevantie van een uitweiding over de lekkere confituurtaarten van die huishoudster kunnen echter vragen worden gesteld.
In ieder geval is Wheen in zijn opzet geslaagd. Door het gekende feitenmateriaal over Marx anders te ordenen en door persoonlijke gebeurtenissen te benadrukken krijgen we een ander, menselijker, sympathieker beeld van de God (voor de enen) of de Duivel (voor de anderen) Marx. Niemand kan onbewogen blijven bij het verhaal van de vroegtijdige dood van vier van zijn zes kinderen (de twee andere kinderen pleegden na Marx' overlijden zelfmoord). Ook de gevoelige beschrijving van de vriendschap Marx-Engels grijpt naar de keel. [Gunter Bousset]
G.J. Verrips
De visies van Karl Marx (1818-1883) op maatschappelijke ontwikkelingen zijn in de twintigste eeuw overal ter wereld onderwerp van wetenschappelijke studie en politiek debat geweest. Er is een onoverzienbare berg ontstaan van publicaties over de zeer uiteenlopende interpretaties, voors en tegens van wat tot 'het marxisme' werd verklaard. De man met wiens gedachtegoed het allemaal begon, raakte er onder bedolven. De Britse schrijver en journalist Francis Wheen is erin geslaagd hem weer tot leven te wekken en Marx' persoonlijkheid in een kleurrijk en overtuigend levensverhaal in beeld te brengen. Licht noch donker worden weggelaten of overdreven aangezet. Een zeer leesbaar boek dat in serieuze verzamelingen biografieën niet zou mogen ontbreken. Mt notenapparaat en register, maar zonder illustraties.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.