Ik heet Reinier en ons huis is afgebrand
Joke van Leeuwen
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Em. Querido's Uitgeverij BV, 2022 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : POEZIE : VANL |
Jeroen Dera
em/ov/12 n
Er is geen genre dat Joke van Leeuwen niet beheerst. Ze is een gelauwerd auteur van zowel jeugdboeken als romans voor volwassenen, en ook haar poëzie is meerdere malen bekroond. Als dichter blijft ze zich opnieuw uitvinden, want sinds 2019 - toen haar lange gedicht Levenslust verscheen - wijdt ze zich ook aan epische poëzie.
Haar nieuwe hedendaagse epos Aan tafels leest haast als een vervolg op Levenslust, waarin Van Leeuwen al optekende: 'en achter de rolluiken en de gesloten / gordijnen het blote verdwijnen in / woorden voorbij'. Het 'blote verdwijnen' in een afgesloten huis: anno 2022 lees je er onbedoeld meteen de pandemische situatie in. Natuurlijk is dat een anachronisme, maar het hoeft met Levenslust in het achterhoofd niet te verbazen dat juist de coronacrisis in Van Leeuwens nieuwe poëzie niet onbesproken blijft. Aan tafels grossiert in verwijzingen naar het leven in coronatijd, van 'aerosolen plakten aan de ellebogen' tot 'openheid proberen met een grote pixeldichtheid' (over Zoom of Teams), en van de 'intelligent genoemde / grendeltijd' tot de prachtige regels 'dat willoos wiegen toen, dat / achter ruiten smachten naar / de buitengeuren, naar dichtbij'.
Van Leeuwen tekent haar epische commentaar op in soepele versregels van meestal acht of negen lettergrepen. Een zuiver metrum gebruikt ze niet, maar Aan tafels heeft een dwingende cadans, die je ook goed hoort als je Van Leeuwen het gedicht hoort voordragen (achterin het boekje staat een QR-code). Bijzonder aan de vorm zijn ook de vele illustraties van stoelen die de dichter toevoegde. Op elke linkerpagina staat het meubelstuk afgebeeld, steeds in een andere positie, waardoor de stoelen bij het doorbladeren van het gedicht letterlijk over de pagina's dansen.
Diepmenselijk
Dat is des te fraaier, omdat Van Leeuwen ook in haar tekst naar een stoelendans verwijst, die nota bene vergeleken wordt met 'het bouwen aan beleving'. Het onderstreept hoezeer je als lezer en als mens zelf aangewezen bent op het perspectief dat je aanneemt - een belangrijke premisse met het oog op de thematiek van het gedicht. Want buiten dat het gedicht - door Van Leeuwen bescheiden aangeduid als 'nichegepraat dat mooi over veel lelijks gaat' - een reflectie op een actuele maatschappelijke crisis is, gaat het ook over de tijdloze existentiële vraag hoe we omgaan met eenzaamheid en sterfelijkheid, met het missen van dierbaren - aan tafels met hartverscheurend lege stoelen van degenen die er niet meer zitten, maar evengoed met tafelgenoten om persoonlijke verhalen mee te delen. In deze poëzie gaat het zowel om contact als om gemis, een uitgangspunt dat de dichter misschien wel het fraaist verwoordt in de regels 'weer leg ik mijn afwezigen om mijn / aanwezigheid en kruip tegen mij aan'.
Het heeft iets diepmenselijks, zoals ook Van Leeuwens maatschappijkritiek continu de vraag oproept wat er nu écht toe doet in het leven. Zo hekelt ze de zorg, die steeds kostenefficiënter en dus onpersoonlijker wordt, maar ook de houdgreep van de markt en het gedrag van consumenten. Als de winkels na de 'grendeltijd' weer open mogen, haast 'de kudde naar de koopjes' zich naar het ontbijtschap in de supermarkt, want 'er is nieuw broodbeleg / bedacht dat iedereen moet hebben / het is ook langer houdbaar'. Met die laatste toevoeging toont Van Leeuwen haar vileine subtiliteit, want 'langer houdbaar' betekent ook dat we minder vaak achter de ruiten vandaan hoeven te komen - tenzij om te kopen.
De hippocampus
Beeldend is Van Leeuwen sterk als vanouds, zowel qua klank als inhoudelijk. Een frase als 'hinnikten te veel herinneringen in zijn hippocampus' vloeit van het papier door de alliteraties, maar is ook buitengewoon treffend omdat de hippocampus een zeepaardvormig onderdeel van de hersenen is (in 'hinnikten' resoneert het paard). En over zeedieren gesproken: de vrouwtjesdolfijnen die elkaars clitoris beroeren, voorzien van het gortdroge commentaar 'dolfijnen hebben zoiets nooit / verzwegen of eraf gesneden', zullen menig poëzielezer lang bijblijven.
Werkt dan alles, in Aan tafels? Dat ook weer niet, met name niet als Van Leeuwen al te droogkomisch Engelse termen naar het Nederlands vertaalt ('smoelenboek'). Toch weet Aan tafels pagina voor pagina te overtuigen, een lang gedicht lang - een gedicht, kortom, om subiet mee aan tafel te nemen.
Querido, 80 blz., 18,99 €.
Bookarang
Een dichtbundel van Joke van Leeuwen bestaande uit één lang, doorlopend gedicht over de sporen die mensen in dingen achterlaten, en over ouder zijn in de jongste jaren. Tafels zijn uitgelezen plaatsen van samenkomst, maar laten ook de lege plekken zien van wie gemist wordt. Van overledenen of van wie op een andere manier vertrokken is, voor wie zijn tafel een schuilplaats was en heeft moeten vluchten. ‘Aan tafels’ bestaat uit strofen van telkens eenentwintig regels en is ritmisch en klankrijk geschreven, een doorlopende cadans van levendige gedachten en ideeën over (onder meer) ouder worden, verandering, verlies en leven in de turbulente wereld van vandaag. Met speelse zwart-wittekeningen van de auteur van stoelen die, als vluchtelingen, op zoek zijn naar een nieuw thuis. Voor poëzieliefhebbers en geoefende lezers. Joke van Leeuwen (1952) is een bekende Nederlandse schrijver voor kinderen en volwassenen, dichter, illustrator en performer. Haar werk is veelvuldig bekroond, onder meer met de Theo Thijssenprijs en de Constantijn Huygens-prijs.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.