Confrontaties : roman
Simone Atangana Bekono
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Uitgeleend
|
Uitgeverij De Arbeiderspers, 2022 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : ROMANS : BEKO |
Dirk Leyman
em/ec/03 d
Als een stolp, als een genadeloos striemende en straffende instantie, zo hangt de hitte boven de soms unheimische gebeurtenissen in Zo hoog de zon stond. Spreekt de titel niet voor zich? In de onbehaaglijke, geraffineerd opgebouwde nieuwe novelle van Simone Atangana Bekono (°1991) is het alsof de personages vermorzeld worden. Of beter: hoe ze wegsmelten door de zon: 'Sonny ademde in, dacht aan de voegen van de wereld en hoe vloeibaar ze was, hoe makkelijk ze kon verdwijnen tussen de tegels, de aardplaten door.' Een motief dat voortdurend opduikt: verdwijnen, oplossen in de leegte, wegdrijven... Hier is meer aan de hand dan zomaar een hittegolf.
De Nederlandse dichteres en prozaschrijver, met een Nederlandse moeder en Kameroense vader, weet perfect hoe ze over geteisterde personages moet schrijven. Dat merkte je al in haar veelgeprezen (met de Anton Wachter Debuutprijs bekroonde) eerste roman Confrontaties (2020). Daarin maakten we kennis met de zestienjarige Salomé die in een jeugdinrichting terechtkomt, nadat ze twee medeleerlingen - die haar racistisch bejegenden - ernstig had mishandeld. De Volkskrant prees de manier waarop ze 'het woelige gevoelsleven' van haar hoofdpersonage weergaf.
Atangana Bekono komt nu onverwacht met haar tweede prozawerk. Zo hoog de zon stond is een kleine roman, een novelle eerder, met de lengte van een Boekenweekgeschenk. Is het in zekere zin ook, want ze schreef het voor de Noord-Brabantse Stichting Tilt, waar het in de provincieboekhandels wordt aangeboden als presentje. Maar gelukkig viste haar uitgever De Arbeiderspers het grootschaliger op. Dit is meer dan zomaar gelegenheidswerk van een begaafde schrijfster, maar een bouwsteen in haar oeuvre.
Kunstenares Sonny bevindt zich in een imbroglio. Nadat ze furore maakte met een fotografieproject over piepkleine volkse voortuintjes in Rotterdam, raakt haar carrière in het slop. Welke traumatische gebeurtenissen houdt ze onder de knoet? Een aantal buitenlandse kunstenaarsresidenties zet weinig zoden aan de dijk. Sonny 'had zich brak en in paniek door haar tijd in San Francisco geworsteld, en daarvoor ook al door haar tijd in Barcelona'. Ze raakt verlamd door faalangst. Nu keerde ze naar huis 'zonder nieuw werk, zonder nieuwe inzichten, zonder enige puf.' Had het lot haar naar de Verenigde Staten geleid 'om haar duidelijk te maken dat ze haar leven aan het verkloten was'? Bij haar terugkeer in Nederland raapt ze zich samen: 'Vechten tegen de angst. Niet meer toegeven aan het langzaam verdwijnen. Gewoon sober werk en therapie.' Maar altijd weer wordt Sonny overvallen 'door een duisternis'.
Nee, het zijn geen vrolijke openingstaferelen in Zo hoog de zon stond. Het is slechts een voorproefje van wat komen gaat. Bekono stort haar wankele hoofdpersonage - waarvoor je niet anders dan sympathie kunt opbrengen - in een vluchtroes. En wie is die lichtgevende vrouw met die verschrikkelijke lach die haar in haar dromen teistert?
Na een paar dagen in het ouderlijk rijtjeshuis in het dorp, waar ze blowt en lummelt, gaat Sonny schoorvoetend in op een invitatie-appje van voormalige basisschoolvriendin Myrthe. Telg van rijke ouders, bloedmooi, een 'onvergetelijk gezicht', geblondeerde haren, hotpants, lange, slanke bruine benen. Maar ook 'een persoon met vreemde verlangens'. Ooit waren ze besties, steeds hing er ook een broeierigheid tussen hen, 'verliefd op hun vriendschap'. Pikken ze de draad weer op in het airconditioned megahuis met zwembad van Myrthes ouders, 'gigantisch, brutaal, lelijk in zijn nieuwheid', in een chique wijk? Een virtuele bluetoothassistent leest je er voortdurend de levieten. Tot Sonny's afgrijzen.
Perfide pas de deux
Niet alleen het grillige gedrag van de hyperverwende Myrthe zorgt voor agitatie, ook de hightechwoning lijkt haar eigen wil op te leggen. 'Het huis voelt doods, maar iets aan die doodsheid is dan weer bedwelmend. (...) Dit is een verkenningsmissie in een betoverd kasteel. Achter een van de deuren ligt misschien iets kostbaars waarmee ze wat van haar gestolen is kan vervangen', denkt Sonny.
In een eerst onschuldig lijkende maar later steeds perfidere pas de deux raken Sonny en Myrthe tegen wil en dank verstrengeld - een spelletje verstoppertje met vileine weerhaakjes. De realiteit deint weg, hoewel Sonny wel weer haar fotografisch werk oppakt. De grote hoeveelheden wijn, de joints, de slapeloosheid, de oppervlakkige gesprekken, het spant allemaal samen. 'Sonny's gemoed schommelt tussen de dromerigheid van uitputting en iets anders, iets wat soms voelt als geluk en dan angstaanjagend lijkt, als een trip.' Ze voelt zich 'een geschubd en gehavend monster', gevangen in een fuik. 'Ze begrijpt nu dat Myrthe al heel lang leeg is, dat er ook niks in haar zit, dat ze daarom zo gretig is, zoveel van Sonny wil'.
Atangana Bekono schrijft over onbeheersbare trauma's, gevaarlijke liaisons en identiteitsverlies. Ze plaatst gruizige en ontvlambare binnenwerelden tegenover akelig koele huizen. Of 'klam geluk' tegenover de grijparmen van de dood, kennelijk slechts een dunne lijn. Is Sonny vooral een verdwijnkunstenares die wil opgaan in het niets? 'Maak van mij maar een graal of een talisman.' Hoe ver de personages ook wegdrijven, het huis is onverwoestbaar, ja, onberispelijk én zelfreinigend.
Maria Vlaar
em/ec/31 d
Sonny is vastgelopen als jonge kunstenares in San Francisco en gaat midden in een hete zomer terug naar haar dorp van herkomst, op het Nederlandse platteland. Haar kunstenaarsresidentie bracht haar vooral paniek en leegte, en ze besluit dat ze zich zal richten op twee dingen: werk en therapie. Omdat haar ouders met vakantie zijn, gaat ze logeren bij haar voormalige schoolvriendin Myrthe in een reusachtige villa met zwembad, waar de twee jonge vrouwen de tijd doden met drinken, blowen, bijna onzichtbaar kleine hapjes eten en afkoelen in de airco. Iedere avond party voor twee.
Ergens tussen het korte verhaal en de roman in bevindt zich het genre van de novelle: proza tot 100 pagina's, dat eenzelfde beperkingen kent als een verhaal en zich afspeelt in een korte tijd, op een begrensde plaats en met een klein aantal personages. Zo hoog de zon stond van schrijfster en dichteres Simone Atangana Bekono (31), die opgroeide op het Brabantse platteland, is in die zin een perfecte novelle: een zomerweek tijdens een hittegolf, twee jonge vrouwen op een bizarre locatie, die niet weten wat te doen met hun leven.
Sonny voelt aan alles dat haar logeerpartij geen goede keuze is, alleen al omdat ze Myrthe eigenlijk nooit echt mocht, maar keert zich toch niet af van 'de rand van dat donker, ze voelde het aan haar vingertoppen likken, fluisteren'. In de gloeiend hete zon ligt de villawijk te blikkeren - wit, glas, metaal. Binnen is de sfeer ook niet bepaald knus. Zo wordt alles wat kapot of vies is onzichtbaar opgeruimd, staan er miraculeus verse croissants klaar en keert steeds de smetteloosheid terug in het huis. Zelfs de bloedsporen lijken vanzelf te verdwijnen als Sonny ongesteld in alle inloopkasten op zoek gaat naar tampons.
Door het hele huis staan speakers waaruit Fiona klinkt, de 'virtuele assistent' die alles in de gaten lijkt te houden en commentaar levert, zelfs als Sonny een douche neemt: 'noem alstublieft uw favoriete temperatuur en straalstand'. De villawijk verandert in een surrealistisch decor van een thriller en Sonny krijgt gruwelijke nachtmerries die half in de werkelijkheid geworteld lijken - de uitgever prijst Zo hoog de zon stond aan als 'southern gothic met een vette literaire knipoog'. Kort samengevat: 'Het was verschrikkelijk. Het was fantastisch.'
Tekens van verval
Net als je denkt dat Sonny helemaal tot niets meer zal komen en de lethargie haar creativiteit heeft uitgewist, pakt ze haar camera op. De villa ligt precies tussen twee schaduwen in en staat 'op een bijna pronkzieke manier licht en hitte te vangen'. Sonny fotografeert de buurhuizen en de grote, aan elkaar grenzende achtertuinen, de geknipte hagen, de hekken met de intercoms, en de kleine tekens van verval of natuur: bladeren op een strakke oprit, een barst in het asfalt, een lekkende vuilcontainer, het karkas van een duif, een vrouw in een nachtpon met een vuilniszak in haar hand.
Bekono beschrijft het zo goed dat de hele wijk je haarscherp voor ogen komt te staan. De foto's zijn de tegenpolen van het werk waarop Sonny jaren eerder afstudeerde, toen ze nog veelbelovend was: foto's van piepkleine voortuintjes vol beeldjes in de volkswijk waar ze is opgegroeid, en waarvan haar klasgenoten denken dat ze ironisch waren bedoeld. 'Sonny had ze stuk voor stuk veracht.' Zo laat Bekono subtiel het thema van maatschappelijke ongelijkheid haar novelle in stromen, het engagement dat in haar veelgeprezen debuutroman Confrontaties (2020) sterk aanwezig was. Myrthe staat voor het geld en de consumptie, en daardoor ook voor de leegte en donkerte. In haar universum is de schoonmaakster die alles poetst als de bewoners slapen onzichtbaar. Verdwaalt ook Sonny in de tijdloosheid van het 'betoverde kasteel' en blijft er niets meer van haar over dan 'een rookglazen vrouw'? Of is de fotocamera haar reddende buffer? Zo hoog de zon stond is een sterk verhaal dat smaakt naar meer.
Arbeiderspers/Tilt, 96 blz., € 16,99 (e-boek € 9,99).
Bo Van Houwelingen
em/ec/10 d
Wie zo succesvol debuteert als Simone Atangana Bekono deed in 2020 met de roman Confrontaties (ze werd door deze krant benoemd tot literair talent, won de Anton Wachterprijs en de Hebban Debuutprijs, was winnaar van het Beste Boek voor Jongeren en kwam op de shortlist van de Librisprijs en de Bronzen Uil) moet haast wel bezwijken onder de druk voor het tweede boek. Daarom is het zo slim dat Atangana Bekono de hooggespannen verwachtingen pareert met een kleine novelle. Geen groot en serieus boek dat weer moet meedingen naar al die prijzen, maar een fijn boekje waarin de schrijver frank en vrij speelt met het gothic genre.
Griezelen geblazen dus, in Zo hoog de zon stond. Sonny, een geflopte kunstenaar, brengt tijdens een hittegolf een aantal dagen door met Myrthe, een vriendin van vroeger. In 't huuske, heet de villa waar ze verblijven. Een misleidend knusse naam voor het grote, kille huis waarin alles geautomatiseerd is. Natuurlijk blijkt al snel dat het er niet pluis is. Atangana Bekono weet de landerige sfeer van hete zomerdagen goed af te zetten tegen allerlei huiveringwekkende zaken (de virtuele assistent in elke kamer, met haar blauwe licht en blikkerige stem, bijvoorbeeld). Gooi er wat drank, sluimerende erotiek en een identiteitscrisis tegenaan en je hebt een verhaal dat net wat méér is dan alleen maar eng. Het is een heerlijk opwarmertje voor dat grote serieuze boek dat vast ook nog een keer komt.
De Arbeiderspers; 96 pagina's; € 16,99.
(fe)
ua/an/17 j
Simone Atangana Bekono, een Nederlands talent dat eerder een dichtbundel en de geprezen debuutroman ‘Confrontaties’ heeft geschreven, haalt het genre van de southern gothic – over slavernij en racisme in het zuiden van de VS – helemaal naar Brabant. Met vertrouwde middelen als het irrationele, het onderbewuste en seks, geweld en waanzin drijft ze de spanning tussen Sonny en Myrthe, twee oude schoolvriendinnen, danig op de spits. Sonny, dochter van een Kaapverdische vader, leidt een rommelig kunstenaarsleven, draagt kistjes en doet het met vrouwen. Het klassenverschil is groot. In de onwerkelijk luxueuze villa van Myrthes vader, waar Sonny terechtkomt, slaat de vervreemding die ze ervaart meteen over op de lezer: elektrische ramen, bebloede lakens en glasscherven die zichzelf lijken op te ruimen. Terwijl Sonny er niet per se van gediend lijkt, maakt Myrthe steeds opdringeriger avances. Net als in haar debuutroman maakt Atangana Bekono scherp inzichtelijk op hoeveel manieren vrouwen wreed kunnen zijn tegen elkaar. Na het zoveelste teken van verval – lekkende containers, dode dieren op de weg – wordt de literaire knipoog wat flauw. Toch zet Atangana Bekono de conventies van het genre beheerst naar haar hand in deze intrigerende novelle.
Bookarang
Een novelle van Simone Atangane Bekono over isolatie, vriendschap en identiteit. Als kunstenares Sonny in de zomer naar haar geboortedorp terugkeert, nodigt basisschoolvriendin Myrthe haar uit om samen op haar ouderlijk huis te passen. In de hypermoderne villa In ’t huuske schuilen ze voor de hittegolf die het land teistert. De vraag is of het buiten aangenamer is dan binnen in de huiveringwekkende koelte. Langzaam raakt Sonny de grip op de realiteit kwijt – door de vele wijn, de slapeloze zomernachten, Myrthes onvoorspelbare gedrag en die unheimische villa die een eigen wil lijkt te hebben en die weigert Sonny te laten vertrekken.‘Zo hoog de zon stond’ is in beeldende, toegankelijke stijl geschreven. Geschikt voor een brede tot literaire lezersgroep.Simone Atangana Bekono (1991) debuteerde met de dichtbundel 'hoe de eerste vonken zichtbaar waren' (2017). Haar roman ‘Confrontaties' (2020) haalde de shortlist van de Libris Literatuurprijs en werd bekroond met de Hebban Debuutprijs, de prijs Beste Boek voor Jongeren en de Anton Wachterprijs 2022.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.