Een onberispelijke man : roman
Jane Gardam
Jane Gardam (Auteur), Gerda Baardman (Vertaler), Kitty Pouwels (Vertaler)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Cossee, © 2018 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : ROMANS : GARD |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Cossee, © 2018 |
VOLWASSENEN : ROMANS : GARD |
Marnix Verplancke
ua/an/17 j
Eind 2002 kreeg Jane Gardam van de redactie van het tijdschrift The Oldie de vraag of ze een kerstverhaal voor hen wilde schrijven. Omdat zij zich met haar 74 jaar wel kon vinden in de opzet van het blad, een luchtig alternatief bieden voor een pers die geobsedeerd lijkt door jeugdigheid en sterrendom, wilde zij dat best doen. Alleen wist ze niet waarover te schrijven. Denk er eens over na, zei de hoofdredacteur en niet veel later had ze iets: een verhaal over twee oude rechters, levenslange rivalen, zowel professioneel als in de liefde, die met de dood in zicht op Kerstmis vrede sluiten.
Het gegeven bleek zo rijk dat Gardam meteen besefte dat er een roman in zat, Een onberispelijke man. Toen die klaar was, voelde ze dat ze slechts één kant van het verhaal had verteld, dus kwam er een vervolg, Een trouwe vrouw. En nog bleek niet alles verteld, want uiteindelijk werd het een trilogie, met Laatste vrienden als sluitstuk.
Zoon van Britse expat
In Een onberispelijke man volgen we Edward Feathers, de zoon van een Britse expat. Opgegroeid tussen de lokale Maleisische kinderen en amper in staat een fatsoenlijk woord Engels te spreken, wordt hij op schoolrijpe leeftijd naar Wales gestuurd om er klaargestoomd te worden voor een goede private school.
Zodra hij die achter de rug heeft, wil hij rechten studeren in Oxford, maar daar steekt WO II een stokje voor. Hij moet terug naar zijn vader in het Verre Oosten, een reis die drie maanden zal duren en zijn leven zal veranderen. Aan boord van het schip dat hem naar Singapore zal brengen dient hij immers een brits te delen met Albert Ross, of "Albert Loss", zoals de kleine Chinees het zelf zegt omdat hij de 'r' niet kan uitspreken. Albert blijkt een kaartengoochelaar die ook weleens iets anders kan laten verdwijnen dan pijkenaas en die een levenslange sympathie opvat voor Ed.
Albert bezorgt Edward, zodra die advocaat is, zelfs een internationale carrière in Hongkong. Ed wordt een autoriteit op het vlak van bouwrecht en een gerespecteerd rechter. 'Old Filth' noemt iedereen hem, naar het oude gezegde 'Failed in London, try Hong Kong', wat in zijn geval natuurlijk niet helemaal opgaat.
Edward trouwt met Betty, een huwelijk dat kinderloos blijft. Zodra hij op pensioen is, koopt hij een oud huis in Dorset. Het koppel leeft er in peis en vree tot Betty op een namiddag tijdens het planten van bloembollen onwel wordt en sterft. Tot overmaat van ramp wordt het huis van de buren niet lang daarna ook nog eens gekocht door Terry Veneering, Edwards levenslange rivaal die, zo wordt gefluisterd, ook iets had met Betty.
Wanneer Edward zichzelf op Kerstmis buitensluit uit zijn eigen huis en ten einde raad aanklopt bij Terry, volgt de vriendschap.
In Een trouwe vrouw vertelt Gardam ditzelfde verhaal, maar nu gezien vanuit het standpunt van Betty, en dan blijkt Edward opeens een veel minder charismatische figuur te zijn. Haar vriendin waarschuwde haar al dat er iets aan hem ontbrak en zelf bekent ze dat het geen passioneel huwelijk was: 'Ik stel me tevreden met precies datgene wat mijn moeder zou hebben gewild: een rijke, veilige, goede echtgenoot en een prettig leven.'
Of Edward en zij na hun huwelijksreis ooit nog seks gehad hebben, kom je als lezer nooit te weten.
Ironie
Nee, passie voelde Betty alleen voor Terry Veneering, de brutale en onstuitbare Engelsman die getrouwd was met de steenrijke Chinese Elsie, maar in feite nooit thuis was. Hij had een boon voor Betty en zij voor hem. Wanneer plichtsgetrouwe Edward Betty tijdens hun verlovingsnacht verlaat omdat een of andere rechtszaak nog voorbereid moet worden, blijkt Terry maar al te bereid om zijn plaats in te nemen.
Gardam, die dit jaar 90 wordt, schrijft heel erg Brits. Haar boeken staan vol understatements en ingehouden ironie, en class blijkt, hoewel nooit expliciet, toch een van de grote onderwerpen te zijn. Zowel Old Filth als Veneering wordt geridderd en zijn best tevreden met de 'Sir' die ze voor hun naam mogen plaatsen. Al blijven ze natuurlijk van eenvoudige komaf. Tot de echte adel zullen ze nooit behoren, laat Gardam meermaals voelen, daarvoor zijn ze te eendimensionaal juridisch en ontbreekt het hen aan culturele bagage. Muziek, kunst en literatuur zeggen hen weinig tot niets, ook al laat Gardam de jonge Veneering er in een ironische bui van dromen om criticus te worden bij The New Statesman.
Nee, in een Bentley zullen Old Filth en Veneering nooit rijden. Ze zijn tevreden met een taxi en een plaats in eerste klasse in de trein: gedistingeerd, maar met klasse. En zo schrijft Gardam dus ook. Haar Old Filth-trilogie is geen Rolls en nog veel minder een hippe McLaren. Wanneer ze een auto zou zijn, dan was het ongetwijfeld een Jaguar XJ, het type waarin Theresa May zich laat rondrijden.
Met dat Britse klassebewustzijn komt natuurlijk ook een flinke portie nostalgie mee. Naarmate de overdracht van Hongkong aan China (in 1997) dichterbij komt, merken Edward en Betty dat de lokale bevolking steeds minder respect toont voor de Britten. Edwards auto wordt op straat bespuwd en wanneer Betty naar de juwelier gaat, kijken de meisjes die jade aan elkaar rijgen zelfs niet meer op.
Eens terug in Groot-Brittannië, is het al niet veel beter. Het Lake District wordt overspoeld door toeristen en wanneer Betty in Dorset aan het hek van een boerderij een eierkastje ziet hangen waar je eieren uit kunt nemen in ruil voor een paar pond, blijkt dit leeg te zijn, op een briefje na: 'Opgelicht, kent u die uitdrukking?'
Hoe knap Gardam haar trilogie wel uitgedacht heeft, blijkt uit het derde deel, Laatste vrienden, waarin het verhaal van Betty, Edward en Veneering door externe ogen wordt bekeken, die van Dulcie, de wat dommige weduwe van een collega van de twee rechters, en Fiscal-Smith, de raadselachtige ex-asistent van Veneering. In dit boek worden de gaatjes opgevuld die achtergebleven waren na het lezen van de eerste twee delen.
Zo krijgen we het levensverhaal van Veneering te lezen, de zoon van een Russische circusartiest en een naïef Noord-Engels meisje. Venetski bleek hij in feite te heten en het was Edwards leraar die hem de naam Veneering gaf, naar een personage uit Onze wederzijdse vriend van Charles Dickens. In dat boek is Veneering een onaangenaam personage, zegt hij erbij, en het is aan jou om die naam van iedere blaam te zuiveren. Wanneer de jongen dan ook nog eens financieel geholpen wordt door een rijke vrek, blijkt Dickens wel heel erg aanwezig.
Warmte
Wat blijft hangen na het lezen van de Old Filth-trilogie is een gevoel van menselijk begrip en warmte. Net zo min als Edward de onberispelijke man uit de titel van het eerste boek was, blijkt Betty die trouwe vrouw uit de titel van het tweede boek te zijn. Edward wordt zijn leven lang gekweld door het idee dat hij als kind iemand heeft vermoord, en ook Betty's geweten blijft schrijnen na die nacht met Veneering. Maar meer dan dat is het nooit geworden. Mensen maken fouten, maar betekent dit dat we hen daarom over de hele lijn moeten veroordelen? Nee, aldus Gardam, die benadrukt dat Edward de advocatuur niet in ging omdat hij de waarheid wilde kennen, maar wel omdat hij op zoek was naar gerechtigheid. Soms doet de waarheid er gewoon niet toe, en is het belangrijker om het verleden te laten rusten, beseffen ook Edward en Veneering, wanneer ze op het einde van hun leven samen bij het haardvuur in stilte een goed glas whisky drinken.
Jane Gardam, Een onberispelijke man, Cossee, 320 p., 22,99 euro. Vertaald door Joost Poort.
Jane Gardam, Een trouwe vrouw, Cossee, 256 p., 22,99 euro. Vertaald door Gerda Baardman en Kitty Pouwels.
Jane Gardam, Laatste vrienden, Cossee, 221 p., 22,99 euro. Vertaald door Gerda Baardman en Kitty Pouwels.
Vivian de Gier
ua/an/12 j
'Een onberispelijke man', 'Een trouwe vrouw' en 'Laatste vrienden' zijn verschenen bij Cossee.
Hans Bouman
rt/aa/24 m
De twee juristen maakten carrière in Hongkong en groeiden uit tot elkaars grootste concurrenten. Na hun loopbaan eindigden ze, o ironie, als elkaars buren in Dorset.
Wat klinkt als een wat stoffig verhaal, wordt in handen van Gardam een afwisselend hilarisch en diep tragisch relaas van mensen die de langzame teloorgang van het ooit zo trotse Britse rijk belichamen.
Een van de beste bewijzen van Gardams grote vakmanschap is het feit dat ze driemaal hetzelfde verhaal vertelt, maar dat dat boek na boek spannend en intrigerend blijft. Heen en weer springend in de tijd vertelt ze in het eerste deel, Een onberispelijke man, het verhaal van Feathers. In Een trouwe vrouw staat Betty centraal.
Het thans verschenen slotdeel, Laatste vrienden (Old Friends), is gewijd aan Veneering, maar ook aan een aantal vrienden rond de drie hoofdpersonages. Veneerings achtergronden blijken fascinerend. Waar Feathers werd geboren met een gouden lepel in zijn mond, groeide Terry op in een mistroostig stadje.
Het verhaal van Terry's ongewone ouders, zijn wonderbaarlijke dubbele ontsnapping aan oorlogsgeweld, de ontmoeting met een weldoener en een kwestie met een erfenis lijken rechtstreeks uit Dickens te komen. Natuurlijk is dat geen toeval. Gardam kent haar klassiekers. Belangrijker: ze heeft er zelf een geschreven.
****
Uit het Engels vertaald door Gerda Baardman en Kitty Pouwels.
Cossee; 224 pagina's; € 22,99.
Naar gegevens van Drs. Madelon de Swart
Na de herdenkingsdienst voor de overleden rechter Sir Edward Feathers, bijgenaamd Old Filth, in een dorp in Dorset, kijken mensen terug op zijn leven, dat van zijn vrouw Betty en zijn even briljante collega Terry Veneering, aan wie hij een grote hekel had en met wie Betty mogelijk een relatie had. In de herinneringen van onder anderen de minder briljante rechter Fred Fiscal-Smith en de weduwe van een andere rechter, staat vooral Veneering centraal. Als zoon van een kolensjouwster en een kreupel geworden Russische danser groeide hij in armoede op, maar door een reeks toevalligheden kon hij naar een goede school gaan en studeren. De belangrijke Engelse auteur (1928) van fictie voor kinderen en volwassenen publiceerde negen romans, waarvan twee zijn bekroond met de Whitbread Award. Dit slot van de trilogie over ‘Old Filth’* (na ‘Een trouwe vrouw’*) werd genomineerd voor Folio Prize 2014 en beschrijft raak en ontroerend, met lichte ironie en subtiele humor de veranderende wereld van Britse mensen met ‘stiff upper lip’, waarbij je niet praat over eigen emoties en wat daarachter ligt.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.