Haaienkoorts : de kunst van het vangen van een grote haai in een rubberbootje op de Noorse zee
Morten Strøksnes (Auteur), Paula Stevens (Vertaler)
Beschikbaarheid en plaats in de bibliotheek
ARhus - De Munt
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Uitgeverij Atlas Contact, 2016 |
VERDIEPING 3 : SIBERIË : REISVERHALEN : STRO |
ARhus - afdeling Rumbeke
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Uitgeverij Atlas Contact, 2016 |
VOLWASSENEN : ROMANS : STRO |
Besprekingen
Laat de haai zich vangen?
Hans Cottyn
em/ov/10 n
De Groenlandse haai kan erg oud worden, bijzonder groot, hapt hele stukken spek uit walvissen en lust graag op tijd zijn zeehond. Het dier is zelf niet eetbaar, behalve als je het enige tijd begraaft, zoals ze in IJsland doen. Onder de grond begint de vis te rotten, waarna het aan argeloze toeristen wordt geserveerd als een lokale lekkernij. Ik proefde ooit enkele blokjes van, twee decennia later herinner ik me nog levendig de lijkengeur en -smaak.
O ja, er hangen parasitaire wormen uit zijn haaienogen. Dat maakt hem blind, maar in de diepe zeeën moet je toch met andere zintuigen navigeren, en ruiken kan deze haai als de beste.
In Haaienkoorts probeert de Noorse journalist Morten A. Strøksnes met een vriend zo'n Groenlandse haai te vangen, in een fragiel rubberbootje nota bene. Waarom ze dat willen, blijft enigszins onduidelijk. Onvermijdelijk krijgt Haaienkoorts daardoor iets van een stoutejongensboek. Hun avonturen passen maar een beetje in de visserscultuur van de Lofoten, de eilandengroep voor de Noorse kust waar voornamelijk gevist werd en wordt op commercieel interessantere soorten als kabeljauw, zalm en walvis. 'Gaat het om het bevredigen van onze nieuwsgierigheid? Om het onder ogen zien van onze angsten? Om een jagersinstinct dat ons dwingt de grootste buit om te leggen die we theoretisch gezien aankunnen?' De vraag blijf onbeantwoord.
Boeken over mariene biologie benadrukken graag hoe weinig we nog maar kennen van deze duistere wereld. De haai die zich maar niet laat zien is het symbool van die onwetendheid. Ja, we kennen de grijze garnaal en de fishstick en nog wel wat zeevruchten, maar al bij al is het mager. En terwijl we nog volop aan het leren zijn, helpen we de biotoop alweer om zeep. 'Het leven in zee zoals wij dat kennen zal verdwijnen', waarschuwt Strøksnes. 'Zelfs in gebieden vlak bij de kust waar vroeger veel leven zat, zijn nu dode en zuurstofarme zones (...) Sterft het plankton dan wordt de aarde onbewoonbaar voor ons.'
Strøksnes haalt alles uit de kast om zijn boek te stofferen: visserslatijn, mythen en legenden, historische weetjes over vuurtorens, filosofische bespiegelingen over sterrenstelsels, wereldliteratuur, meteorologische woordenschat die we aan het vergeten zijn, uitstapjes naar Sea World en de buik van de walvis... Het is al bij al een mer à boire, het betoog blijf niet altijd even pertinent.
Een gast en een vis blijven maar drie dagen fris, luidt het spreekwoord. Strøksnes is naar het einde van het boek openhartiger en persoonlijker. Uren in een kleine sloep zitten wachten tot de dobber beweegt en geen ruzie krijgen met je bootgenoot, het is weinigen gegeven. Maar het blijft een stugge Noor, al te intieme ontboezemingen komen niet.
En vangen ze die haai? Ach, wie kan dat wat schelen.
Vertaald door Paula Stevens, Atlas Contact, 288 blz., 24,99 €.
Jaws, koud geserveerd
Roderik Six
ob/kt/19 o
Onlangs werd een Groenlandse haai uit de zee gevist die de gezegende leeftijd van 392 jaar had bereikt. Terwijl Napoleon nog in zijn luiers van een keizerrijk droomde, zwom dat prehistorisch monster al lustig rondjes in de Noorse Zee. ‘Monster’ is wel degelijk het juiste woord: hij vreet alles op wat op zijn pad komt, in zijn ogen leven lichtgevende parasieten, hij kan vijf meter lang worden, weegt makkelijk een ton en, o ja, hij is giftig. Wie per se van zijn vlees wil eten, dat naar urine ruikt, moet het eerst begraven zodat het kan ontgiften. Rauw veroorzaakt het verlamming. Er is dus geen enkele reden om dat beest boven te halen. En net dat willen de twee vrienden Morten Strøksnes en Hugo Aasjord doen. Op een rubberbootje. Met een ordinaire vislijn. Klinkt als een strak plan.
Ieder zijn taak, dus Strøksnes mag het bos in op zoek naar een rottend kadaver van een Schotse hooglander – lekker aas – terwijl Aasjord hun zodiak in orde brengt. Hoewel beiden kunstenaars zijn, beantwoorden ze niet aan het cliché van wereldvreemde onhandigaards. Strøksnes is een schrijver die in het mondaine Berlijn woont en Aasjord is een landschapschilder die in een klein dorp in de Lofoten een oud buurthuis probeert op te knappen. Dat is nodig om de sociale cohesie te behouden want nu de olie-industrie de traditionele visserij heeft verdreven, dreigt het dorp leeg te lopen. Ook de opwarming van de zee heeft gevolgen, net als de toenemende vervuiling.
Voor Strøksnes is de vangst van een legendarische haai de ideale aanleiding om allerlei wetenschappelijke weetjes op te dissen en onze aandacht te vestigen op onze nefaste invloed op de zeeën. Dat doet hij gelukkig zonder prekerig te worden, en evenmin schetst hij apocalyptische toekomstbeelden die ons zouden moeten bekeren tot een groen gedachtegoed. Hij geeft het gewoon mee en wisselt met gemak tussen wetenschap en mythe, tussen Noorse zeemansverhalen en hedendaagse literatuur. Voor de meeste landbewoners is de zee gewoon een hele hoop water, maar het is verrassend te lezen hoe weinig de wetenschap eigenlijk van de oceaan weet en hoeveel er nog ontdekt moet worden. In een wereld die almaar kleiner en saaier lijkt te worden, vormt de zee het laatste grote mysterie, en Strøksnes licht een tipje van de zilte sluier.
Ondertussen volg je met spanning hun avontuur. Hoe in Neptunus’ naam gaan ze een spartelend dier van een ton aan boord van een opblaasboot krijgen? En wat dan?
Naast een naar Moby Dick lonkende queeste is Haaienkoorts ook het relaas van een mannenvriendschap. Ze zitten tenslotte de godganse dag op een koud rubberbootje te wachten tot die haai zich verwaardigd om in hun aas te bijten. Dat loopt wel eens uit op ruzie én ontboezemingen. Strøksnes schrijft het eerlijk op, zonder te etaleren of er een autobiografisch melodrama van te maken, op zich al een uitzonderlijke daad in deze door emotie getiranniseerde tijden.
Atlas Contact (originele titel: Havboka), 288 blz., € 24,99.
Jacolien Zwart
De Noorse auteur (historicus, journalist, schrijver) gaat in dit boek met zijn vriend een Groenlandse haai vangen. De bedoeling is vanaf Skrova (Lofoten) met een RIB (Rigid Inflatable Boat) de zee op en met een driehonderd meter lange lijn de acht meter grote haai ophalen. De lezer krijgt in het boek, met het vangen als rode draad, niet alleen de geschiedenis van het zeevissen, de walvisvaart, anekdotes van vriend Hugo die uit een vissersfamilie komt, het ontstaan van leven op Aarde, de kaarten van cartograaf Olaus Magnus, de vervuiling van de zeeën en bedreiging van het zeeleven, maar ook het geluid van de zee, de pogingen van de twee vrienden die mislukken, executies bij de Vikingen en geologische rampen beschreven. Kortom, een raamvertelling waarin de lezer steeds nieuwsgieriger wordt naar het moment dat de haai gevangen wordt. Een boek om in één keer uit te lezen, vol boeiende wetenschappelijke feiten en informatie over het prachtige land. Enkele zwart-witillustraties zijn toegevoegd. Helaas geen foto’s of kaart. Met gebruikte literatuur en dergelijke in de noten. Voor Noorwegenfans, natuurvorsers en vissers. Geen register.
Suggesties
Krijg een e-mail wanneer dit item beschikbaar is
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.