Mooi doodliggen
A.F.Th. van der Heijden
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
De Bezige Bij, 2015 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : ROMANS : VAND |
Dirk Leyman
em/ec/09 d
Het kan niet anders of A.F.Th. Van der Heijden drijft zijn redacteuren bij De Bezige Bij weleens tot redeloze wanhoop of een geniepige burn-out. Dat heb je met een auteur die er zo'n merkwaardig schrijfdebiet op nahoudt en er telkens weer in slaagt de boekenplanning van zijn uitgever door elkaar te husselen. Aanvankelijk zou dit najaar Kwaadschiks verschijnen, het zesde deel in zijn cyclus De tandeloze tijd, waarvan hij in 2013 met De helleveeg de draad weer opnam. Maar op stel en sprong kwam er weer een wijziging in het publicatieschema en kondigde De Bezige Bij de verschijning van De ochtendgave aan, een historische roman, een genre waaraan hij zich niet eerder waagde.
Het boek had een merkwaardige ontstaansgeschiedenis. Het kwam er na een opdracht van de stad Nijmegen, die al in 2009 30.000 euro veil had voor een novelle waarin de Vrede van Nijmegen (1678) werd herdacht. Van der Heijden ging op het verzoek in. Maar na de dood van Tonio raakte het ettelijke keren aangekondigde project volkomen in het slop: hij moest en zou eerst zijn requiem voor zijn overleden zoon schrijven. Even overwoog Van der Heijden zijn missie zelfs te retourneren. Toch was de novelle intussen uitgedijd tot een forse roman van 640 pagina's, geheel volgens de grillen van zijn boulimische schrijfnatuur. Die is nu - volgens het harmonicaprincipe - in de finale versie gereduceerd tot 300 pagina's.
In De ochtendgave worden we drieënhalve eeuw terug in de tijd geslingerd, naar een belegering van de fiere Nederlandse stad Nijmegen door Franse musketiers en troepen. Zes jaar lang zullen de strijdende partijen elkaar naar het leven staan, tot een vredesverdrag in 1678 de rust stilaan doet weerkeren en Nijmegen niet langer de speelbal is van de toenmalige grote mogendheden.
Tableaus met schalkse ondertoon
Maar intussen gaat het leven zijn gezapige gangetje. Van der Heijden spitst zijn vernuftig vertelde verhaal toe op de belevenissen van de arts en lijkschouwer Caspar Sonmans, die zich later in politiek vaarwater begeeft en zich opwerkt tot stadssecretaris. Hij is vol vuur in de lendenen getrouwd met de flamboyante Sara Stermont. Maar na hun met seks besprenkelde huwelijksnacht tijdens het beleg van 1672 (in zeer smakelijke bewoordingen weergegeven) verliest hij de onstuimige Sara al bij het ontwaken uit het vizier.
In korte hoofdstukken en via gewiekste tijdsprongen ontvouwt zich een speurtocht die zich over zes jaar zal uitstrekken. Ze blijkt een 'verspiedster' die zich ophoudt in de tijdelijke Franse ambassade als maîtresse van de markies Caloyanni en zich door haar handschrift aan Caspar verraadt. Of is ze ook een dubbelspionne voor de Hollandse Staten-Generaal? Het perfide is dat Caspar haar boodschappen - als secretaris van de Nederlandse ambassade - moet ontcijferen en zo de geschiedenis en vrede in een andere plooi kan leggen.
'Mijn ziel was een januskop, waarvan het redelijke gezicht de vrede stralend tegemoet zag, omdat die Sara bij me terug zou brengen. Zijn duistere gezicht schudde nee - nee, de vrede zou Sara juist definitief voor me verloren doen gaan. (...) Ik moest de tijd bekorten om hem te kunnen rekken.' Maar als de vrede dan toch haar beslag krijgt, wil Sara weg uit de ambassade. Kan ze haar minnaar om de tuin leiden? En hoe driest is zijn wraak? En wat zijn de gevolgen van Caspars 'morgengave' op de huwelijksdag?
Wie er spoorslags van uitgaat dat een historische roman volgepropt zit met loodzware beschrijvingen of een optocht van kostuums en gewaden presenteert, verkijkt zich schielijk op De ochtendgave. Haast achteloos verwerkt Van der Heijden het decor van de door de belegering vermoeide stad ('De stad wilde eindelijk wel eens in slaap sukkelen en vergeten raken'), net als de geschiedkundige achtergronden. Alweer is hij meesterlijk in het boetseren van levendige tableaus met een vaak schalkse ondertoon.
De Franse Leliedragers en volgelingen van de opkomende Zonnekoning worden pittig in hun blootje gezet, soms met een occasioneel flauw grapje. De onderhandelingen over de Vrede van Nijmegen tussen de ambassadeurs en gezanten hebben bij momenten de allure van een onschuldig tijdverdrijf, besprenkeld met veel roemers wijn. Oorlog is nog lang niet het pandemonium dat het later zou worden. Toch vergeet Van der Heijden niet zijn verhaal tijdig onder stroom te zetten. Met brede armgebaren lokt hij ons mee in een spionage-, misdaad-, overspel- en liefdesroman.
Sensualiteit
Verwantschap met voorganger De helleveeg is er uiteraard niet. Maar wat je wél meteen herkent, is die roezige, fijngeslepen taal, dat talent om situaties uit te vergroten en sprekende details bij te kleuren. Voeg daarbij ook nog die sensualiteit wanneer het over lichamelijk genot gaat - van drinken en eten tot seks. Het leest allemaal zo soepel, alsof het in het hier en nu plaatsvindt, al ontneemt Van der Heijdens voorkeur voor welluidende archaïsche woorden je meermaals die illusie.
Ten overvloede bewijst Van der Heijden met De ochtendgave welk een complete schrijver hij is, voor zover we dat al niet wisten. Tenslotte kreeg hij voor zijn gehele oeuvre al de P.C. Hooftprijs en Christiaan Huygensprijs. Niets staat nog in de weg om hem binnen een paar jaar ook de Prijs der Nederlandse Letteren te bezorgen.
De stedelijke bonzen van Nijmegen mogen zich in de handen wrijven met deze alsnog ingewilligde opdracht, die een luid kanonsalvo en eresaluut op het middaguur verdient.
DIRK LEYMAN ■
Jeroenn Overstijns
em/ec/11 d
Beloftes zijn er om in te lossen, zelfs in de onvoorspelbare wereld van de kunsten. De uitgeverij van A.F.Th. Van der Heijden kondigde enkele jaren geleden een eerste historische boek aan van haar coryfee: een novelle in opdracht van de stad Nijmegen. Maar toen Van der Heijdens zoon Tonio verongelukte, verdween de opdrachtroman op de achtergrond. Hij beweerde in die dagen zelfs nooit nog een nieuwe roman te zullen schrijven. Die ban herriep hij later weer. In 2013 verscheen De helleveeg - waarvan volgend jaar de verfilming uitkomt. Aan het eind van zijn nieuwe boek, De ochtendgave, jaagt Van der Heijden zichzelf weer op met een ambitieuze planning: vier nieuwe titels worden in het vooruitzicht gesteld, waaronder twee delen van zijn meest roemruchte cyclus De tandeloze tijd. Of die er effectief allemaal komen, valt nog te bezien. De auteur heeft een indrukwekkend trackrecord van romanbeloftes die in het ijle bleven zweven. Maar met De ochtendgave lost Van der Heijden zijn belofte aan de stad Nijmegen alsnog in.
Een hemd met gouden knopen
Dat doet hij met verve. De gruwelijke openingsscène is een huiveringwekkend hoogtepunt: de kop is er meteen af. Letterlijk: de roman start in Nijmegen, in 1705, met een onthoofding. Vervolgens keert Van der Heijden terug naar 1672, het jaar waarin de stad belegerd werd, om daarna naar 1678 te springen, toen in Nijmegen de vrede werd getekend tussen de Verenigde Provinciën en de Franse koning Lodewijk XIV, die vond dat de Nederlanden hem eigenlijk toekwamen. Op het einde springt de verhaallijn naar 1705. Je kunt een schaar zien in die structuur: via het midden langs het ene been naar beneden en vervolgens langs het andere been weer naar boven. Lezers van A.F.Th. Van der Heijden kennen die structuur van zijn andere romans, en ook hier werkt het feilloos. Hij is niet in de val getrapt om de lezer te overspoelen met een overvloed aan gebeurtenissen. Hij concentreert zijn verhaal heel gebalanceerd rond de bezetting en de Vrede van Nijmegen.
Een andere val die hij in De ochtendgave vermijdt: overdadig laten blijken dat hij een hele historische bibliografie achter de kiezen heeft. Heel wat historische romans gaan gebukt onder deze redenering: ik heb al die verdomde moeite gedaan om me door die stofferige naslagwerken te ploegen en ik zal dat mijn lezer nu eens even bewijzen ook.De ochtendgave focust veeleer op thema's als trouw en de onmogelijkheid van de liefde, als vanouds bij A.F.Th. Van der Heijden verbeeld via een hoofdpersonage met een sterke fabuleringsdrang. Caspar Sonmans is in 1705 secretaris van het Nijmeegse gemeentebestuur, en beleeft vanop het schavot de onthoofding van de leider van een opstand tegen het nieuwe regime. In meesterlijk aangezette details laat Van der Heijden zijn lezer de gruwel voelen: hoe de veroordeelde zijn hemdsknopen losmaakt en in de handen drukt van een verbaasde Caspar (wat te doen met het publieke geschenk van een verrader?), hoe even later zijn hoofd niet wegstuitert, maar rolt, en hoe pas seconden later uit beide lichaamsdelen het bloed begint te vloeien.
Bruid, courtisane, spionne
De verhaallijn van De ochtendgave is het zwakkere element van de roman. In 1672 trouwt Caspar met de mooie Sara. Ze verdwijnt spoorloos na de huwelijksnacht - samenvallend met de intocht in de stad van de belegerende Fransen, om jaren later weer op te duiken als spionne. Het blijft iets te vaag hoe ze exact verdwijnt en als courtisane in de armen van een Frans edelman belandt. De dramatische ontwikkelingen zes jaar later, in de nacht van de ondertekening van de Vrede, zijn me ook iets te dun. Van der Heijden moet het fabuleervermogen van Caspar net iets te hard laten werken om dat centrale moment van de roman genoeg inhoudelijke diepgang te verlenen. Hoe tragisch het ook is wat Caspar die nacht meemaakt, door zijn drang tot overdrijven krijgt hij in die scène iets potsierlijks.
Al kun je in die opgeblazen Caspar evengoed een voorbode zien van de tijd die na de Vrede van Nijmegen zou aanbreken. De Nederlanden hadden decennia van ongekende economische bloei en internationale expansie achter de rug, die later de Gouden Eeuw werden genoemd. Na het door oorlog en economische crisis geteisterde rampjaar 1672 was de fut eruit. De economie verloor haar veerkracht, de jaren die volgden, werden later gelabeld als de pruikentijd. Wanneer Caspar in 1705, als vertegenwoordiger van het zelfvoldane bestuur, mee op het schavot staat en de beul zijn zwaard laat vallen, is de Gouden Eeuw al echt voorbij. Al wat rest, is nostalgie over een verleden dat niet valt terug te draaien.
A.F.Th. VAN DER HEIJDEN
De ochtendgave.
De Bezige Bij, 296 blz., 18,90 euro, (e-book 12,99 euro).
De auteur: heeft een ruim oeuvre op zijn naam, werd befaamd met zijn romancyclus 'De tandeloze tijd'.
Het boek: trouw en de onmogelijkheid van de liefde in het decor van het belegerde 17de-eeuwse Nijmegen.
ONS OORDEEL: een zinderend historisch tableau.
Jeroen Overstijns ■
F. Hockx
In 1672 trouwt de Nijmeegse arts en lijkschouwer Casper Sonmans, ik-figuur in deze roman, met de mooie Sara Stermont. De ochtend na hun huwelijksnacht is Sara verdwenen en hebben de Fransen de stad ingenomen. Zes jaar later is Casper als ambassadesecretaris betrokken bij de totstandkoming van de Vrede van Nijmegen. Sara heeft in de tussenliggende jaren als (dubbel)spionne en minnares van een Franse markies geleefd. Na het sluiten van de vrede is hen weer slechts korte tijd samen gegund. In 1705 vertelt de oude Casper over de gebeurtenissen aan de zoon die, negen maanden na zijn huwelijk, bij hem werd bezorgd. Deze eerste historische roman van Van der Heijden, voortkomend uit een opdracht van de gemeente Nijmegen, vertelt een verhaal over liefde en overspel, spionage en verraad tegen de achtergrond van bekende historische gebeurtenissen. Die setting wordt smeuïg en niet zonder humor beschreven. De cyclische structuur maakt nieuwsgierig naar de oorzaken van beschreven situaties, al is de plot wat mager. Een sfeervol geheel, dat overigens losstaat van Van der Heijdens grote romancycli.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.