Solenoïde
Mircea Cǎrtǎrescu
Mircea Cǎrtǎrescu (Auteur), Jan Willem Bos (Vertaler)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
De Bezige Bij, 2015 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : MAG F 11800 |
Maria Vlaar
i /ul/24 j
'Gisteren Timisoara, vandaag het hele land!' Dat was de strijdkreet waarmee in 1989 de Revolutie uitbarstte in wat gold als het meest absurde communistische regime in de invloedssfeer van de Sovjet-Unie. In de Roemeense stad Timisoara ging het hard tegen hard. Geruchten gingen dat er 40.000 doden waren gevallen door het hardhandige ingrijpen van de militairen; later bleken er 70 doden te zijn. Maar de maiskolf was uit de fles, de revolutie sloeg over naar Boekarest en eindigde in de dood van dictator Ceausescu. Iedereen die in 1989 televisie keek heeft op zijn netvlies de beelden van hem en zijn vrouw Elena, ofwel de Schoenlapper en de Wetenschapper, ofwel Nicu en Lena, twee oude mensjes, de een met een astrakan bontmuts en de ander met een hoofddoekje als een boerin, dood op de grond, standrechtelijk geëxecuteerd door een groep revolutionairen.
Dit hoogtepunt (of dieptepunt) van de Roemeense Revolutie wordt door Mircea Cartarescu in Het onmetelijke mausoleum virtuoos opgeroepen. Het is het derde en laatste deel van zijn hallucinerende trilogie Orbitor ( Verblindend) en tegelijk ook het meest toegankelijke deel. Het is zelfs goed te lezen zonder de eerdere delen te kennen, al mis je dan veel van de verdubbelingen en symboliek.
Misschien brood te koop
Tegelijk verheldert deel drie een en ander van de soms duistere visioenen uit de eerdere delen. Veel van de herinneringen, circusfiguren, drugshallucinaties en religieuze extase (de sekte 'De wetenden') komt opnieuw voorbij, maar nu in heldere, primaire kleuren geschilderd. Mircea's val als jongetje bijvoorbeeld, in de liftschacht van het communistische flatgebouw aan de rand van het oude Boekarest. In een ander leven, in een parallelle geschiedenis, was hij dood gevallen - maar in dit boek, dat voortdurend aangeeft de werkelijkheid te verdubbelen, wordt hij op het laatste moment gered door buurman Herman, die in een razendsnelle reactie het touw weet te grijpen en de val weet te remmen. Deze redding geeft hem in de ogen van de kleine Mircea een Jezusachtig aureool, en als Herman dan ook nog de visioenen van Ezechiël uit het hoofd citeert, uit dat geheime boek, is de bewondering compleet. De Bijbel was onder het communisme een verboden boek, en daarmee uiterst aantrekkelijk voor een onderzoekende geest. De raadselachtigheid van de teksten en de beschreven rituelen is precies waarnaar de fantasievolle geest van het jongetje Mircea, en van de latere schrijver Mircea, op zoek is om de absurditeit van de wereld te bevatten.
De taalwereld van de bezeten, filosofische en alcoholische Herman steekt ongekend schril en kleurrijk af tegen de grauwe werkelijkheid onder het bewind van Ceausescu. Cartarescu neemt je mee naar de lange rijen voor de winkels waar misschien, misschien brood te koop zal zijn vandaag, en waar men fluistert over de onvrede en de opstand, maar tegelijk op zijn hoede is: iedereen naast je in de rij kan een verklikker zijn, een geheim agent van de Securitate. Mircea, tijdens de Revolutie 'drieëndertig jaar oud en zonder vrienden', stort zich in de demonstraties en belandt zelfs even in de gevangenis.
Fantasiekronkels
Het slotdeel van de trilogie is verrassend humoristisch. Zo introduceert Cartarescu twee nieuwe figuren, de Securitate-agent in ruste Ionel, die vermomd als oud vrouwtje met een bochel de demonstranten fotografeert, en zijn vrouw Emilia, die altijd geil is en in haar fantasie verkracht wordt door Sandinisten, de vrijheidsstrijders in Nicaragua, waar in die jaren ook een dictator het veld moest ruimen. Het zijn karikaturen, maar geweldig grappig - net als het portret dat Mircea van zijn vader maakt, immer met een nylonkous over zijn hoofd om zijn zwarte brilliantine-haren in model te houden. De scène waarin hij gewapend met de lindaanpomp de insecten in huis te lijf gaat is hilarisch. De beschrijving van Mircea's kleuterjaren in de wijk Floreasca, 'reeds in de jaren vijftig afgedekt met een grote glazen stolp' waarop de Tijd geen vat heeft, zijn van een mythische kinderboekachtige allure, met de schrijver-in-de-dop als middelpunt. Dat er van de taal in Het onmetelijke mausoleum zo te genieten valt, is de formidabele verdienste van vertaler Jan Willem Bos, die het Nederlands doet zinderen en zingen.
Het slot van het boek is, opnieuw, een visioen, van de Apocalys, de toekomstige opstanding van de mens. Van de lezer wordt gevraagd zijn scepsis opzij te zetten en de fantasiekronkels van de schrijver te aanvaarden. Maar voor wie tot het einde van deel drie gekomen is, is dat allang geen vraag meer. Die heeft zich definitief laten meesleuren in het verleden, het heden en de toekomst van Mircea, dat kleine jongetje, die god, dat zeikerdje, die schepper van hemel en aarde, die gek, die ziener - en die vertoeft graag in de fantasie, zonder welke de wereld immers niet zou bestaan.
MIRCEA CARTARESCU
Het onmetelijke mausoleum.
Vertaald door Jan Willem Bos, De Bezige Bij, 622 blz., 29,90 euro (e-boek 14,99 euro).
De auteur: de bekendste Roemeense schrijver van dit moment. Zijn driedelige magnum opus Orbitor, waarvan Het onmetelijke mausoleum het slotdeel is, is wereldwijd vertaald en bekroond. Eerder verschenen in Nederlandse vertaling deel 1 De wetenden en deel 2 De trofee.
Het boek: een naar alle kanten uitdijend verhaal om in te verdwalen, vol werkelijkheid en fantasie, mythes en geschiedenis van communistisch Roemenië en de familie Cartarescu.
ONS OORDEEL: zinderend, ook in de Nederlandse vertaling.
¨¨¨¨¨
Maria Vlaar ■
Dr. E. Agoston-Nikolova
Mircea Cãrtãrescu (1956) is de grootste Roemeense postmoderne schrijver. Hij doceert Roemeense literatuur aan de Universiteit van Boekarest en heeft al negentien werken op zijn naam staan: poëzie, proza, literaire kritiek. Hij is te zien als de erfgenaam van Kafka, met de ondoorgrondelijke kijk op de wereld van Thomas Pinchon en Don DeLillo. Dit derde deel van de Orbitor-trilogie (eerder verschenen 'De wetenden'* en 'De trofee'**), verwijzend naar de baan van een planeet, die hier graviteert tussen werkelijkheid, verleden en droom (toekomst). Het verhaal begint in een besneeuwd Boekarest in 1989. Buiten speelt zich het geweld van de revolutie af, binnen bevindt de jonge Mircea zich in een onwerkelijke droomachtige wereld. Cãrtãrescu vraagt veel inspanning van de lezer (1500 bladzijden voor de totale trilogie), maar de beloning is een fascinerend caleidoscopisch beeld van het Europa van de twintigste eeuw. Geschikt voor een lezerspubliek dat is geïnteresseerd in postmoderne literatuur en de geschiedenis van Roemenië.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.