Boetekleed
Ian McEwan
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Uitgeleend
|
De Harmonie, 2014 |
VOLWASSENEN : ROMANS : MCEW |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
De Harmonie, 2014 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : MAG F 13793 |
Jamal Quariachi
te/ep/24 s
Een jaar of tien geleden, op een broeiend-mooie zomerdag, kocht ik voor het eerst een roman van Ian McEwan: Amsterdam (1999). Gezeten in de vensterbank van mijn Amsterdamse hok, met uitzicht op voorbijvarende bootjes, begon ik te lezen. Na hooguit drie zinnen was ik gegrepen. De wereld om me heen loste op, ik kon niets anders meer dan verder lezen. Weerloos was ik. Vergat te eten. Kon niet stoppen tot ik bij het einde was - een einde dat zo vreselijk teleurstellend was, dat ik het boek het liefst de gracht in wilde smijten.
Amsterdam is een roman over een zelfmoordpact van twee vrienden. De vrienden worden vijanden. Dankzij de pas ingevoerde Nederlandse euthanasiewetgeving weten ze elkaar uiteindelijk, in Amsterdam, toch nog om zeep te helpen. Einde.
Het was niet eens zozeer McEwans kinderachtige interpretatie van die wetgeving die me zo razend maakte - alsof iedereen in Nederland elkaar zo maar eventjes naar de andere wereld kon helpen, gesteund door de wet. Nee, wat veel erger was: dat een auteur met een sublieme stijl, een haarfijn psychologisch inzicht en een onweerstaanbare vertelkracht, zich er op het einde van zijn boek zó makkelijk vanaf maakte, als een kind dat een toren van blokken bouwt, verveeld raakt, en uit frustratie dan maar het hele bouwwerk onderuit schopt. Het was vooral zonde, een gemiste kans.
Gebrainwasht
Bijgekomen van de schok besloot ik toch ander werk van de man te proberen. Een verstandig besluit, want Atonement (2001) bleek een vlekkeloos meesterwerk te zijn. Ook maakte ik kennis met McEwans vroegere werk. Daardoor werd duidelijk waar dat rare einde van Amsterdam vandaan kwam. De vroege McEwan hield van duisternis en horror. De bizarre schokeffecten in romans als The Cement Garden (1978) en The Comfort of Strangers (1981) werkten daarom uitstekend, maar bleken niet houdbaar toen McEwan zich begon te ontwikkelen tot een meer literaire en meer psychologisch geïnteresseerde schrijver.
Gelukkig bleef zijn werk na Atonement steevast van uitzonderlijk hoog niveau, al doken nu en dan toch weer enkele hinderlijke trekjes van de oude Ian op, maar zelden zo veelvuldig en overheersend als in zijn nieuwe roman The Children Act.
The Children Act laat de lezer kennismaken met familierechter Fiona Maye, die een spoedzaak krijgt voorgelegd rondom een 17-jarige leukemiepatiënt, Adam Henry. Om zijn ziekte te overleven heeft Adam dringend een bloedtransfusie nodig, maar die weigert hij omdat hij, net als zijn ouders, Jehova's getuige is. Het ziekenhuis dat Adam behandelt, wil van de rechter toestemming om de wens van de jongen en zijn ouders te negeren, en hem een gedwongen bloedtransfusie te geven.
De morele haken en ogen zijn meteen duidelijk: weegt het leven van een minderjarige zwaarder dan zijn recht op zelfbeschikking? En: hoe handelingsbekwaam is een kind dat zijn hele jeugd lang gebrainwasht is door het gedachtegoed van een sekte?
Een lastige zaak, en McEwan maakt het rechter Fiona nog wat lastiger door haar ook op het thuisfront in moeilijkheden onder te dompelen, waar na dertig jaar huwelijk een crisis dreigt. Deze verhaallijn is zonder meer het sterkst: McEwan schetst op schrijnende wijze het beeld van een kinderloze vrouw op leeftijd die op het punt staat haar man kwijt te raken omdat hij zijn oog heeft laten vallen op een veel jongere collega.
McEwan is een duizelingwekkende verteller. Hij kan op het pijnlijke af inzoomen: als de echtelieden-in-crisis weer voorzichtig toenadering tot elkaar zoeken, is dat van een vertederende schoonheid. Achter het overhandigen van een kop koffie blijkt een wereld van emoties schuil te gaan.
En op de juiste momenten komt er vaart in het verhaal. Als Fiona's kinderloosheid ter sprake komt, leidt McEwan die passage in met de woorden: 'A story best told at speed', waarna hij inderdaad in niet meer dan een pagina de hele geschiedenis uit de doeken doet, met een paar snelle maar treffende details.
Dat houdt het tempo erin, maar dat kortaffe van de passage laat tevens zien hoe Fiona haar kinderwens jarenlang, ten faveure van haar carrière, naar de achtergrond heeft gedrukt, en nu nog steeds liever niet nadenkt over deze gemiste kans.
Het is een uiterst vakkundige toepassing van de vrije indirecte rede: de vertelling is niet geheel objectief, maar krijgt de 'kleur' mee van het hoofdpersonage.
Met zoveel vakmanschap is The Children Act nog altijd een betere roman dan 95 procent van wat er zoal verschijnt. Wat gaat er dan toch mis?
Verzwijgen als strategie
Voor de London Review of Books schreef James Wood ooit een essay over het oeuvre van McEwan, waarin hij laat zien hoe het achterhouden van informatie een essentieel onderdeel is van McEwans vertelstrategie. Ook de auteur zelf is daar in interviews duidelijk over: "Narrative tension is primarily about withholding information" zei hij eens in een profiel in The New Yorker.
Misschien is het dat aspect van zijn schrijverschap dat mij tot zo'n paroxisme van ergernis dreef aan het einde van Amsterdam. Een verrassing is leuk, maar een al te grote verrassing in een roman kan de geloofwaardigheid naar de knoppen helpen.
Thomas Rosenboom noemt dit in zijn boekje Aanvallend spel het 'aap-uit-de-mouw-effect'. Hij schrijft erover: 'Ik hou er niet van als een roman verrast door een cruciaal gegeven zorgvuldig achter de hand te houden en dat dan opeens als een aas uit te spelen; ik vind dat een kinderachtig soort van verrassing en onsportief bovendien, want als je de slagen op geen enkele manier, zelfs achteraf niet, hebt kunnen zien aankomen, blijkt al je meedenken nutteloos te zijn geweest.'
Ik ben op dit punt niet zo'n extremist als Rosenboom, maar het is wel een element waarvan het slagen of falen van een roman kan afhangen, zeker bij Ian McEwan.
Driedubbel belazerd
Het wordt pas interessant als hij het achterhouden van informatie tot thema maakt, zoals in Atonement, waar een leugen van hoofdpersonage Briony Tallis dramatische gevolgen heeft voor de mensen om haar heen. Als aan het einde blijkt dat de roman die de lezer zojuist tot zich heeft genomen, door Briony is 'verzonnen', is dat weliswaar een verrassing, maar eentje die werkt, omdat het boek daar over gáát: de moraal van informatie achterhouden en verdraaien.
Een zelfde procedé voltrekt zich in McEwans spionageroman Sweet Tooth (2012). Ook daar is het achterhouden van informatie en het opwerpen van allerlei geheimen niet enkel en alleen bedoeld om de lezer een paar pagina's verder te lokken, het is vooral een thematische aangelegenheid: hoofdpersonage Serena Frome is werkzaam bij de Britse geheime dienst, een plek die per definitie bulkt van de geheimen. Het is logisch dat Serena, en met haar de lezer, zich voortdurend afvraagt wie zij wel kan vertrouwen en wie niet.
Op een heel andere manier werkt de geheimhouding in Solar (2010). In die burleske satire over de overspelige vreetzak én Nobelprijswinnaar Michael Beard is het achterhouden van informatie een perfecte techniek om de lach op te wekken. Pogingen een samenvatting te geven van 'de chips-scène in de trein' zijn gedoemd te mislukken, maar wie het boek heeft gelezen, weet waar ik het over heb: de schok van de plotselinge ontdekking kan bijzonder krachtig op de lachspieren werken.
In die hierboven aangehaalde romans is het achterhouden van informatie effectief. Maar vaak, zeker op detailniveau, bouwt McEwan geheimen in die louter tot doel lijken te hebben de lezer gaande te houden, en om terug te keren naar The Children Act: dat boek kent net iets te veel voorbeelden van dergelijke 'valse spanning', terwijl we hier toch niet met een spionageroman of een komedie van doen hebben.
Als rechter Fiona op driekwart van het boek een persoonlijk gesprek heeft met de jonge Adam Henry, staat ze op zeker moment op, verlaat de kamer en fluistert enkele instructies in het oor van haar assistent, die daar staat te wachten. Vier pagina's later blijkt dat ze een taxi heeft laten bellen voor de jonge Adam omdat ze vindt dat hij maar weer eens op huis aan moest.
De belazering is hier driedubbel: het achterhouden van informatie is volstrekt overbodig, want de lezer is geboeid genoeg door de dialoog tussen Fiona en Adam om verder te willen lezen. Daarbij is de spanning vals, want de 'geheime' informatie blijkt helemaal niet zo schokkend te zijn.
En ten slotte, misschien wel het belangrijkst: er wordt een afspraak met de lezer geschonden. Het hele boek lang mag de lezer met Fiona meekijken, in haar hoofd rondneuzen, haar gedachten lezen. Die vorm staat weliswaar geheimen toe, want er kunnen zaken buiten Fiona's medeweten bekokstoofd worden - dat zou legitiem zijn. Maar hier wordt ons op een cruciaal moment de toegang tot de gedachten én het gedrag van het hoofdpersonage ontzegd. Haar perspectief, dat vele pagina's lang vrij toegankelijk was, sluit zich hermetisch af als de grot van Ali Baba en de veertig rovers...
Tegen het einde van het boek gebeurt exact hetzelfde. Fiona, die bij wijze van liefhebberij piano speelt, staat op het punt samen met een collega een kerstconcert te geven. Opnieuw wordt daar valse spanning gekweekt, doordat zij van tevoren twee glazen champagne en nog wat witte wijn drinkt. 'It was madness to be drinking before a concert', denkt Fiona, en de lezer reageert: doe dat dan niet, blijf helder! Maar het is een gevalletje van valse spanning, want het concert verloopt uitstekend.
Erger is dat ook hier de lezer de toegang tot Fiona's perspectief wordt ontzegd. Vlak voordat zij het podium betreedt, fluistert een collega haar iets in het oor wat haar zeer van slag maakt. Uiterst ongeloofwaardig, want wie is er nu zo stom om iemand die over een paar seconden een pianoconcert moet geven, een vervelende mededeling in te fluisteren? Dat kan toch best na afloop?
Maar belangrijker is dat die gefluisterde mededeling natuurlijk de ontknoping van het boek behelst. Nog dertien slepende pagina's lang moet de lezer wachten (je moet dat hele pianoconcert uitzitten, nietwaar?) alvorens deelgenoot te worden van het Grote Geheim. Dat geheim voel je op je klompen aankomen en het was veel sterker geweest als je het tegelijk met Fiona te weten was gekomen. Want doordat de onthulling pas helemaal op het einde komt, krijg je niet te zien wat de impact ervan op Fiona is.
Ja, als je die concertscène opnieuw zou lezen, maar wie heeft daar zin in, na eerst op zo'n goedkope wijze aan het lijntje te zijn gehouden? De onthulling op het einde is ook echt het absolute eindpunt, opent geen nieuwe mogelijkheden, nodigt geenszins uit het verhaal van begin af aan opnieuw te lezen, nu met de andere bril van het nieuwe inzicht, zoals dat het geval was bij Atonement en Sweet Tooth.
Ik voelde me ge-Amsterdam-d na lezing van The Children Act. Het boek kent prachtige elementen, maar een schrijver met McEwans kapitaal - zijn boeiende onderwerpkeuze, zijn levensechte personages, zijn diamanten stijl - heeft die flauwe spanningstrucs echt niet nodig.
Krampachtig
Er is een YouTube-filmpje waarin McEwan vertelt hoe hij, na voltooiing van The Cement Garden (1978), het manuscript aan Philip Roth liet lezen. Roth was enthousiast en bracht McEwan thuis een bezoekje. Hij spreidde de manuscriptpagina's over de vloer uit en zei: "Dit deel is goed, en dat ook, maar in de tweede helft it just falls apart." Waarna Roth uitlegde hoe het dan volgens hem wél moest. McEwan: "Ik realiseerde me dat hij bezig was een briljante Philip Roth-roman te beschrijven."
Uiteraard - en terecht - heeft McEwan dat advies naast zich neergelegd. Maar ik vraag me soms af hoe het zou zijn: de brille van McEwan, maar dan zonder die krampachtige spanning, zonder het nodeloos achterhouden van informatie, en mét de vrijheid van een plot die niet aan alle kanten is afgehecht.
Een McRoth-roman: wat zou ik die graag eens lezen.
Ian McEwan, The Children Act, onathan Cape, 216 p.
Ian McEwan, De kinderwet, De Harmonie, 244 p., 22,50 euro.
Vertaling: Rien Verhoef.
JAMAL OUARIACHI ■
Kathy Mathys
em/ov/28 n
Kathy Mathys
Drie jaar geleden vertelde een bevriende rechter de Engelse auteur Ian McEwan over een zaak waarin een Jehovagetuige een bloedtransfusie moet krijgen om een kans te maken op overleving. McEwan wist meteen dat er een boek in zat: 'Het verhaal van mijn vriend was zo tragisch dat ik het niet kon laten liggen. Hij bezocht de jongen in het ziekenhuis, ze praatten over voetbal, en nadat hij besliste dat de jongen een bloedtransfusie moest krijgen, gingen ze zelfs nog samen naar een voetbalwedstrijd. Toch liep het slecht af. Zeven jaar later hoorde mijn vriend dat de jongen was gestorven omdat hij een tweede noodzakelijke bloedtransfusie weigerde. Wat me vooral interesseerde, was de kloof tussen de wereld van diepgelovigen en die van de rechtbank, die medeleven en ratio tracht te combineren. Compassie is rationeel, voor mij is er niets kils aan het rationele. Geloven daarentegen vind ik een irrationele reflex.'
InDe kinderwet moet rechter Fiona Maye zich uitspreken over een gelijkaardige zaak. Een zeventienjarige Jehovagetuige zal sterven als hij niet behandeld wordt. 'Rechters die zich uitspreken over minderjarigen, stellen bijna allemaal het leven van het kind boven het geloof. Terwijl ik dit boek schreef, belden er Jehovagetuigen aan, ik hoefde dus niet naar hen op zoek te gaan. Ik vroeg hen wat zij zouden doen, indien ze een kind hadden dat een bloedtransfusie nodig heeft. Ze zouden zonder uitzondering de behandeling weigeren. Voor hen eindigt het leven niet met de dood.'
De rechter in uw roman bezoekt de jongeman in het ziekenhuis. Hoe kwam u op het idee om muziek als verbindend element te gebruiken?
'Die scène in het ziekenhuis was de lastigste. Ik wou laten zien dat er een emotionele connectie is tussen de jongen en de vrouw. Daarbij was subtiliteit noodzakelijk. Fiona Maye is kinderloos, ze ziet de jongen als de zoon die ze nooit had. Tijdens het bezoek zingt zij een lied en hij speelt daarbij viool. Op die manier wordt er in zijn geest iets ontketend, de jongen beseft dat er een andere manier is om te leven, een manier die hij niet kent.'
'Muziek is een bron van schoonheid voor me. Een locatie die steeds terugkomt in mijn boeken is een Londense concertzaal, een plek waar ik een grote verbondenheid mee voel omdat ik er zo vaak geluk heb ervaren. Ik gebruik muziek weleens om in de sfeer van mijn verhaal te komen, tijdens het werk aan Aan Chesil Beach kreeg ik toegang tot de personages door te luisteren naar muziek die ik met hen associeerde. Om te schrijven wil ik stilte. In de praktijk erger ik me vaker aan muziek dan dat ze mij gelukkig maakt. Denk maar aan de vreselijke muziek in hotels en restaurants, "My way" van Frank Sinatra bij het ontbijt, dat soort dingen.'
Wat betekent religie voor u?
'Ik ben opgegroeid met de Anglicaanse Kerk, maar mijn ouders waren niet praktiserend. Op school moest ik wel elke ochtend religieuze liederen zingen en naar preken luisteren. Mijn gedachten dwaalden af, dat waren de momenten waarop ik verhalen schreef in mijn hoofd.'
'Ik heb van mijn hoofdpersonage geen woordvoerder van het atheïsme gemaakt. Fiona heeft geen uitgesproken oordelen. Enkele strengreligieuze critici zijn beledigd door mijn boek, ze vinden dat ik niet diep genoeg inga op de religieuze thematiek. Ik snap dat wel, maar ik wou geen boek over religie schrijven.'
'Wat me vooral boeit aan religie, is de kracht van haar hoopvolle vertelling. Dat is religie: een verhaal dat verwachtingen laat ontstaan bij gelovigen. Op die manier kijk ik ernaar, bijna zoals een antropoloog, van een afstand. Over de vraag of er zoiets is als de hemel of de hel heb ik nooit moeten nadenken. Ik was altijd een overtuigd atheïst, heb religie nooit gezien als de enige basis voor een maatschappij gestoeld op ethische principes. Veel Noord-Europese landen zijn niet bepaald religieus en toch is er weinig misdaad, hebben de burgers er een goede morele code. In veel strengreligieuze landen is er dan weer veel misdaad en oorlog, kijk maar naar het nieuws. Dan heb ik het niet alleen over de ontwikkelingen met IS maar ook over India waar het hindoeïstische kastensysteem een vorm van sociale apartheid onderhoudt, die volgens mij erger is dan wat we ooit in Zuid-Afrika zagen. Dat we dit gedogen omdat het een religieus systeem betreft, vind ik onvergeeflijk.'
Vindt u de houding van het Westen te laks?
'Ik heb in elk geval de indruk dat Europese waarden als redelijkheid bedreigd worden. Je vraag is moeilijk te beantwoorden. Kijk naar Irak, onze intenties waren redelijk, toch werd het een afschuwelijke oorlog. In Syrië zijn we niet tussenbeide gekomen en dat resulteerde net zo goed in een grote ramp. Soms probeer ik me voor te stellen wat er was gebeurd als we niet hadden ingegrepen in Irak. Stel je voor dat de Arabische lente zich in Saddam Hoesseins achtertuin had voltrokken. Hij had misschien wel een alliantie gesloten met Assad. Ingrijpen is geen optie, niet ingrijpen is het evenmin.'
'Ik gruwel van wat er momenteel gebeurt, volg maniakaal de nieuwsberichten. Soms heb ik het gevoel dat we ons in een afschuwelijke nachtmerrie bevinden. Dat er tien miljoen Syriërs op de vlucht zijn, kan ik niet bevatten. Vroeger had ik meer uitgesproken meningen en ideeën over politiek, nu ben ik sprakeloos.'
'Ik ben vergevingsgezinder, bereid om te zeggen dat ik het antwoord niet ken. Dat merk je aan mijn boeken en aan de manier waarop ik mijn personages vormgeef. Ik ben opener dan ooit. Onlangs dineerde ik met een bisschop die vond dat een Siamese tweeling niet gescheiden mocht worden door middel van chirurgie. De rechter die de kinderen liet behandelen, waardoor een het overleefde, zat ook aan tafel. Twintig jaar geleden had ik nooit met die bisschop willen eten, nu heb ik naar hem geluisterd.'
In hoeverre is 'De kinderwet' een boek dat enkel door u kon worden geschreven. Op welke manier bent u aanwezig in de tekst?
'Het is niet autobiografisch. Met het hoofdpersonage Fiona heb ik niet veel gemeen, al ben ik net als zij ontzet over de manier waarop veel moderne ouders hun eigen plezier en ambities boven hun kinderen plaatsen. Misschien is dit een randverschijnsel van onze consumptiemaatschappij waarin velen gewend zijn te krijgen wat ze willen, inclusief een echtscheiding. In sommige gevallen is een scheiding niet de juiste oplossing. Tenminste, dat denk ik afgaande op wat ik zie gebeuren in mijn vriendenkring.'
'Mijn boeken reflecteren mijn interesses en ik sta steeds meer open voor de wereld rond mij. NaDe troost van vreemden, mijn tweede roman uit de jaren 80, had ik al het gevoel dat ik een andere weg diende in te slaan. Dat verhaal voelde veel te claustrofobisch, te existentieel, los van elke historische context. Het lijkt alsof mijn eerste verhalen autobiografischer zijn maar ik voelde me vervreemd van de verhaalstof, mijn interesses kwamen in die tijd nauwelijks aan bod in mijn werk. Nu zijn mijn interesses de motor van mijn schrijven. Voorts probeer ik onderwerpen aan te kaarten waarover nog niet te veel is geschreven. InDe kinderwet komt het familierecht aan bod. Hoe vaak gebeurt dat nu in hedendaagse fictie? Romans spelen dikwijls in rechtszalen, maar het gaat meestal om moordzaken.'
Hoe kijkt u aan tegen ouder worden?
'Ik ben nu zesenzestig. Bang om ouder te worden, ben ik niet. Wel vind ik het ontgoochelend. Het leven is zo interessant, het is zonde om het allemaal te moeten achterlaten. Ik ben heel nieuwsgierig van nature en het idee dat er aan het einde niets is dan vergetelheid, vind ik onverdraaglijk. Onlangs ging ik wandelen met twee vrienden van dezelfde leeftijd en ik vroeg hun hoeveel ze zouden betalen om twintig jaar jonger te zijn. Alle drie hadden we er veel voor over.'
'Ik moet altijd denken aan mijn moeder, die ooit zei "Was ik maar opnieuw vijfenveertig!". Zelf was ik toen in de twintig. Toen begreep ik haar niet. Nu wel, o wat begrijp ik haar nu goed. Op je vijfenveertigste ben je fysiek nog in staat om veel te doen en je weet een en ander over het leven, het is de allerbeste leeftijd. Nu heb ik enkel de ochtendillusie: elke dag voor ik mijn ogen open, denk ik twee seconden dat ik twintig jaar jonger ben. Sinds enkele jaren vraag ik me af hoeveel romans ik nog zal schrijven en toch lig ik daar niet wakker van. "We shall find out", zoals Philip Larkin schreef in zijn gedicht over de dood.'
IAN MCEWAN
De kinderwet.
Vertaald door Rien Verhoef, De Harmonie, 244 blz., 22,50 ?. Oorspronkelijke titel: 'The children act'.
¨¨¨èè
Kathy Mathys ■
Kathy Mathys
ob/kt/03 o
Een kamer vol bedaarde beschaving: chaise longue, foto's in zilveren lijsten op de piano, een litho van Renoir. In zijn dertiende roman glipt Ian McEwan binnen in het huis van familierechter Fiona Maye. Ze woont in Gray's Inn, het majestueuze juridische hart van Londen - Dickens schreef erover.
Ondanks alle beschaving is er net een bom ontploft: Fiona's echtgenoot Jack, professor in de oude geschiedenis, kondigde aan dat hij op het punt staat om een verhouding te beginnen met een jonge collega. Fiona heeft hem in geen tijden aangeraakt en hij wil nog een laatste keer het vuur voelen branden voor de tijd greep op hem krijgt.
Redelijkheid: Fiona heeft altijd geloofd dat ze met dit ingrediënt ogenschijnlijk uitzichtloze situaties kon rechttrekken. Rede en orde zijn de wijze raadgevers in haar werk. Haar vonnissen zijn doorspekt met citaten van Adam Smith en John Stuart Mill. 'Het soort beschaafde vergezicht dat elk goed vonnis nodig heeft', schrijft McEwan. Maar is diezelfde redelijkheid ook een wijze gids in het woelige vaarwater van haar huwelijk?
De familierechter schuift de confrontatie met Jack voor zich uit, ze heeft andere dingen aan het hoofd. Net als in verscheidene van zijn eerdere romans combineert McEwan een huiselijke crisis met een werelds probleem. Adam Henry, een zeventienjarige Jehovagetuige, lijdt aan een zeldzame vorm van leukemie. Zonder bloedtransfusies sterft hij. Het is niet Fiona's taak om hem te redden, wel om te 'beslissen wat redelijk en wettig was'. Zij dient te oordelen of hij in staat is een doordachte beslissing te nemen. In de kinderwet staat bepaald dat het belang van het kind voorop staat, maar Fiona wikt en weegt. Ze heeft veel ervaring met strengreligieuze gezinnen waar ouders en kinderen lijnrecht tegenover elkaar staan. Ze tracht altijd met respect voor beide partijen te vonnissen.
Pantser
De kinderwet is een roman van tegenstellingen: de rede tegenover het irrationele, het vrije tegenover het afgebakende. Londen staat voor het gerechtelijke apparaat, voor Fiona is het een stad die haar comfortabele beperkingen oplegt. Haar pad is vertrouwd: lunches met andere welgestelden, klassieke concerten, bezoeken aan de stomerij. In vergelijking met Newcastle, de stad die een rol speelt in het tweede deel, is het een oord van onvrijheid. In Newcastle logeerde de jonge Fiona bij familie, ze had er haar eerste minnaar.
De zieke jongen en Fiona herkennen iets in elkaar; hun reactie op die herkenning is heel anders en zal leiden tot het dramatische orgelpunt.
Fiona heeft iets afstandelijks, het is haar pantser. Enkel op gecontroleerde momenten staat ze zich toe een andere kant van zichzelf te tonen, met name tijdens het musiceren. Fiona is een succesvolle amateurpianiste en muziek geeft haar een gevoel van tijdelijke bevrijding. De psychologie van het zorgvuldig uitgewerkte en geloofwaardige hoofdpersonage wordt weerspiegeld in de verteltoon, die licht afstandelijk is, heel lucide, met af en toe een warmbloedig interludium.
Te bleek
McEwan is altijd goed in de verbeelding van echtelijke kilte, ook nu weer. Hij schrijft helder met af en toe een beeld als een dolksteek. Over Jacks minnares schrijft hij dat ze naaldhakken heeft die een eiken vloer konden vernielen.
De manier waarop de verschillende thema's zich met elkaar verweven overtuigt behoorlijk. En toch dit geen roman van het kaliber vanBoetekleed ofAan Chesil Beach. Het probleem ligt niet bij Adam Henry, die niet meer is dan een vampierbleke schim, een gegeven dat past in Fiona's psychologische profiel. Ze is bang om hem echt te doorgronden. Evenmin valt er iets af te dingen op de plot die wel degelijk iets onvermijdelijks, voorspelbaars zelfs, heeft, zoals alle noodlotdrama's dit hebben.
Het probleem ligt bij de intensiteit van het verhaal - die is niet hoog genoeg. McEwan handelt het keurig af, stap voor stap, maar het pakt wat bleek uit allemaal. Sommige scènes zijn te snel voorbij, blijven te schematisch. Daardoor blijft deze degelijke roman toch te weinig hangen, al is het aangenaam vertoeven tussen de eerste en de laatste bladzijde.
IAN MCEWAN
De kinderwet.
Vertaald door Rien Verhoef, De Harmonie, 244 blz., 22,50 ?. Oorspronkelijke titel: 'The children act'.
De auteur: Brit van wie zes romans voor de Booker Prize werden genomineerd. Hij won metAmsterdam in 1998.
Het boek: gerechtelijke expertise en echtelijke kilte met een dramatisch hoogtepunt.
ONS OORDEEL: keurig afgewerkt, maar blijft niet hangen.
¨¨¨èè
Kathy Mathys ■
F. Hockx
De 59-jarige familierechter Fiona Maye krijgt te maken met een huwelijkscrisis als haar man nog een keer de passie van een nieuwe verhouding wil ervaren. Ze verdringt een en ander omdat haar aandacht gevraagd wordt door een bijzondere zaak: de bijna meerderjarige Adam Henry en zijn ouders, Jehova’s getuigen, weigeren een noodzakelijke, levensreddende bloedtransfusie voor de aan leukemie lijdende Adam. Fiona’s uitspraak komt tot stand na een bezoek aan de jongen in het ziekenhuis - waar ze elkaar vinden in een uitvoering op muziek van een gedicht van Yeats - en heeft grote gevolgen. Scherpzinnig en genuanceerd analyseert McEwan (1948) in prachtig proza de huwelijkscrisis, de tegenstellingen in het proces en Fiona’s door deze zaak aangewakkerde verdriet om wat ze gemist heeft in het leven. Tegenover ratio en religie plaatst hij, niet voor het eerst, een geloof in de kracht van de kunst, met name klassieke muziek. Twee cruciale scènes balanceren op de grens van het geloofwaardige, maar de lezer accepteert ze binnen het kader van deze roman. Mooie roman, zeer geschikt voor leesclubs. Normale druk.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.