Ultimatum
Thomas Heerma van Voss
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Uitgeverij Thomas Rap, 2014 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : MAG F 12716 |
Dirk Leyman
em/ec/03 d
Ze zijn niet weg te branden uit de Nederlandse kranten en tijdschriften. En gemakshalve worden ze vaak ook over één kam geschoren. Auteurs als Daan en Thomas Heerma van Voss, Maartje Wortel, Jamal Ouariachi, Hanna Bervoets, Franca Treur, Niña Weijers of Philip Huff mogen zich wentelen in bijna bovenmatige media-aandacht en raken ook bij Vlaamse literatuurinsiders ingeburgerd. Dat ze als vuurvliegjes om het tijdschrift Das Magazin heen cirkelen, is mooi meegenomen.
Das Magazin wordt daarmee een soort nieuwe literaire kingmaker. Maar, zo vroeg generatiegenoot en Gouden Boekenuil- winnaar Joost de Vries zich onlangs af in deze krant: "Hebben ze ook iets met elkaar gemeen?" De Vries kwam tot de vaststelling dat ze in hun boeken vaak komen aandraven met "personages die het leven op afstand duwen, die niet deelnemen aan de maatschappij". Personages "die vooral dingen níét hebben: geen relatie, geen baan, geen gevoel voor humor, ze durven niet veel - en ze vinden het allemaal prima." De Vries schreef die koud-watervrees op het conto van de almachtige 'ironie'.
Drie nieuwe boeken van Thomas Heerma van Voss, Philip Huff en Hanna Bervoets bieden de kans om na te gaan wat daarvan klopt. Vooral de eerste twee lijken aan de lakmoesproef van De Vries te voldoen, al is de ironie zeker niet hun belangrijkste harnas. Thomas Heerma van Voss toont in zijn verhalenbundel De derde persoon een voorkeur voor de aarzelende buitenstaander, terwijl Philip Huffs protagonist in Boek van de doden helemaal de pedalen kwijt is en buiten 'het ware leven' verzeilt.
Hanna Bervoets profileert zich dan weer met een boek waarin onze vrees voor liefde en emotionele diepte wordt onderzocht. Verliefdheid wordt in Efter geklasseerd als een ziekte van hetzelfde kaliber als een depressie. Maar Bervoets reflecteert op haar volatiele manier wél over de samenleving.
Heerma van Voss
Thomas Heerma van Voss (24) zoekt beduidend minder de schijnwerpers op dan zijn oudere broer Daan, maar op zijn talent kan niet worden afgepingeld. Redactrice Katrijn van Hauwermeiren stelde bij de voorstelling van de Das Magazin-bloemlezing De tien, waarin beiden zijn opgenomen, dat "zowel Daan als Thomas Heerma van Voss personages schetst die dicht bij zichzelf liggen. Maar ze plaatsen ze in groteske omstandigheden, of laten ze totaal ontsporen." Benieuwd wat dat losmaakt, nu ze hebben aangekondigd om samen een psychologische thriller te schrijven.
Over zijn nieuwe verhalenbundel De derde persoon hangt een sluier van teleurstelling. Vrolijk word je allerminst van deze zeven tranches de vie, waarin mensen hengelen naar intens contact, maar meestal rakelings langs elkaar heen scheren. Toch laat Heerma van Voss zijn personages nooit kwaadaardig op hun bek gaan. Nee, hij toont een impliciet mededogen.
In het openingsverhaal begluurt een student een massagesalon aan de overkant van de straat en verzint hij verhalen bij de dagelijkse klantenstoet. Dat interessante perspectief leidt tot verdubbeld voyeurisme: "Al die mensen, al die levens: op papier was ik er de baas over." Ook benauwende familierelaties, zoals in het prangende verhaal 'Bedankt voor uw medewerking', zijn Heerma van Voss' dada. Maar het verhaal dat erboven uitspringt, is 'Ik ben hier niet opgegroeid', een indrukwekkende monoloog van een zoon aan het sterfbed van zijn vader.
Op het randje van het emotionele is dan weer 'Schuilen', over het hoopvolle begin en het fletse uitdoven van een relatie. Dit hebben we al te vaak gelezen om nog te kunnen overtuigen. Verder toont Heerma van Voss zich een geduldig betrapper van relationele keerpunten. Dat maakt hem verwant aan Philip Huff, die ook vaak faliekant afgelopen liefdes aangrijpt als motor voor zijn dwalende personages.
Toch is het vooral de buitenstaander die in deze zeven psychologische doorlichtingen de glansrol krijgt. Twijfelende jongens blijven dankbare specimen voor de literatuur. Thomas Heerma van Voss haalt er het maximum uit. Stilistisch past hij dan weer in een traditie van minimalistische 'kaalschrijvers': geen woord te veel. Het lijkt zelfs of hij ze op een apothekersschaaltje afweegt.
Thomas Heerma van Voss, De derde persoon, Thomas Rap, 184 p., 17,90 euro.
Huff
In de nieuwe roman van Philip Huff (30) krijgen we opnieuw in hoog tempo treffende seksscènes voorgeschoteld. Morsige, tussendoorse en escapistische seks, in hoofdzaak. Bijna Houellebecqiaans, zouden we durven zeggen. Boek van de doden volgt de dwaaltochten van bijna-dertiger Felix Post. Tijdens de week voor kerst banjert de kwakkelende schrijver door Amsterdam en bestrijdt hij zijn emotionele leegte met gratuite neukpartijen, lijntjes coke en batterijen pillen. En feestjes waarop de jeunesse dorée zich onledig houdt en elkaar permanent in het vizier houdt.
Maar we zien Felix vooral voor onze ogen desintegreren. Nauwlettend kunnen we het parcours uittekenen van zijn neergang. "Voor ik het weet, voel ik me weer een lege buis in de verdomde stilte van de stad." Wat aan Felix vreet, is dat Victoria, zijn geliefde, met een ander is en zelfs zwanger is. Is hun af- en aanspelletje definitief voorbij?
Een origineel uitgangspunt voor een roman? Helemaal niet. Huff zal wellicht de eerste zijn om het toe te geven. We hadden immers al Gimmick van Joost Zwagerman; we kunnen terugvallen op de vroege Brusselmans, en de knipogen naar Reves De avonden zijn ook niet zomaar weg te denken.
De Nederlandse kritiek was niet mild en beschouwt dit boek als een doorslagje: "Philip Huff presenteert zich per boek als een slechtere schrijver. Het is tijd dat hij even een time-out neemt", vond Arie Storm in Het Parool. Maar in Vlaanderen was er bijvoorbeeld bij Humo wel lof voor Huffs poging om een naargeestig levensgevoel te 'upgraden'. Ik ben geneigd mij daarbij aan te sluiten.
Je raakt ontegensprekelijk ingesponnen door Huffs consistent aangehouden toon. Soms ergerlijk banaal, dan weer scherp geobserveerd. Tussendoor eert Huff zijn meesters, zoals J.D. Salinger, Raymond Carver en Richard Yates.
Akkoord: het is soms een lange zit, deze Amsterdamse odyssee, waarin in een verschroeiend tempo gewhatsappt, getinderd, geslikt en gesnoven wordt. Huff is bedreven in sluipende, bijna nihilistische wanhoop. Dat de afloop plots een licht elegische dimensie krijgt, is dan weer al te getelefoneerd. En kantje boord klef.
Philip Huff, Boek van de doden, De Bezige Bij, 285 p., 18,90 euro.
Bervoets
Het uitgangspunt van Efter is simpel en toch doeltreffend. Verliefdheid is een ziekte, een zinsverbijstering, een helse maar heerlijke kwaal. Dat hoor je slachtoffers wel eens zeggen. Vooral als het verkeerd afloopt. Die basisgedachte werkt Hanna Bervoets (30) met een ijzeren consequentie uit.
Stel dat verliefdheid in het officiële handboek van 'mentale stoornissen' als erkende kwaal wordt opgenomen? Wat als farmareuzen flink brood zien in een medicijn dat deze Love Addiction Disorder (LAD) bestrijdt? Kolfje naar de hand van Bervoets, die de handeling grotendeels situeert in een kliniek die de lijders aan de liefde behandelt, maar er nogal wat onheuse praktijken op nahoudt. We volgen er, vanuit nerveus wisselend perspectief, negen personages. Daar kunnen zij Efter slikken, de pil die je afhelpt van al die emotionele ellende.
Efter is op subtiele wijze ook een soort toekomstroman. Iedereen is in de weer met toestellen als een Seos, waarmee je 'meekt' in een 'realm'. Maar toch beland je niet in de richting van onversneden scifi.
Bervoets probeert het verhaal een spannend aureool te verlenen, maar dat lukt slechts ten dele. Op een bepaald moment wordt het een rommeltje. Paradoxaal genoeg overtuigt Efter het meest in de 'kleinere' verhalen, de momenten waarop je de chemie van de liefde kunt betrappen. Maar kun je nog wel verliefd worden in een wereld waarin we als beheksten naar onze smartphone zitten te staren en zovelen het Tinder-heil verwachten?
Toch laat Bervoets ook zien dat liefde zich niet in de pas laat dwingen, zelfs niet door medicijnen. Ze schrijft modieus en flitsend, met veel strakke tempowissels. Net als Huff en Van Voss is er die afgemeten taal. Fiorituren en tierelantijnen zijn aan de Nederlandse jonge generatie duidelijk niet besteed.
Maar dat de eigengereide Bervoets een begenadigd talent heeft om mild én toch trefzeker maatschappelijke kwesties aan te snijden, bewijst ze met het originele Efter.
Jammer wel van dat foeilelijke omslag.
Hanna Bervoets, Efter, Atlas/Contact, 315 p., 19,99 euro.
DIRK LEYMAN ■
Mark Cloostermans
em/ov/28 n
In het titelverhaal van Rob van Essens verhalenbundelHier wonen ook mensen, komt de hoofdpersoon in een West-Vlaams dorp terecht. 'Alle huizen waren lelijk, en er was niemand op straat. Als we op onze fietstochten door dergelijke stadjes kwamen, zei oom Evert altijd: "Kijk, hier wonen ook mensen."'
Je kunt de titel van verhaal en bundel dus parafraseren als: hoe is het in vredesnaam mogelijk? Raar maar waar - zoiets.
En dat is geen slechte karakterisering van deze verhalen. Van Essen beschrijft gebeurtenissen die te klein zijn om bizar te mogen heten. Ze zijn, heel lichtjes, raar. Je verwachtte nét iets anders. Zo ontstaat een spanning: tussen de alledaagsheid van de levens die Van Essen beschrijft, en de rare dingen die zich niettemin in deze levens voordoen. Die uitstap naar West-Vlaanderen, bijvoorbeeld, is een zoektocht naar een jeugdherinnering, maar het enige wat de hoofdpersoon zal vinden, is een absurd tafereel: een razende, papier etende Hollander.
Soms legt Van Essen de klemtoon op het absurde element (zoals in het openingsverhaal 'Richard Dawkins krijgt bezoekt van God', waarin het opperwezen en de virulente atheïst van plaats wisselen), soms op het wonderlijke (zoals in het droomachtige verhaal 'Terug naar huis'). In dat verhaal schrijft Van Essen: 'Hij voelt betekenis groeien, nog even en hij zal het weten.' Het is iets wat wel meer personages in dit boek overkomt: de indruk dat iets betekenis zal krijgen, de indruk van een samenhang. De hoofdpersoon van 'Dit is wat ik je beloof' leidt er zelfs uit af dat hij slechts hoeft te wachten: hij heeft een samenhang gevonden en verwacht, op basis daarvan, dat het mooie meisje vanzelf in zijn schoot zal landen - maar hij wacht tevergeefs en verspilt jaren.
Van Essen is zelf niet 'aanwezig' in zijn fictie. Geen dunnetjes vermomde autobiografie voor hem. En toch, wetend dat hij recensent is, vermoed ik achter deze verhalen een totaal verliteratuurde geest. Iemand die gewend is te denken in verbanden, motieven en betekenis... en die zichzelf er in zijn eigen verhalen aan herinnert dat het leven juist níet zo werkt. Dat banaliteit en vreemdheid hand in hand gaan, zonder dat we er iets uit kunnen afleiden. Onze beste strategie is ervoor openstaan. Met verbazing kennisnemen. En dan denken: hoe is het in vredesnaam mogelijk?
Slechte vader
Het is logisch dat uit de verhalen van Thomas Heerma van Voss een heel andere levensvisie spreekt - alleen al door het leeftijdsverschil tussen de auteurs. Heerma van Voss is een schrijftalent op zoek naar een onderwerp. In die zin valt hij samen met verschillende personages uit zijn bundelDe derde persoon. In 'De massagesalon', bijvoorbeeld: een jongeman brengt zijn dagen door met fantaseren over wat er allemaal zou kunnen gebeuren in het erotische-massagesalon aan de overkant van de straat. 'Als ik naar buiten ga, zal ik zien wat er allemaal niet klopt, ik zal ontdekken hoeveel van mijn notities nergens op slaan, (...) maar zolang ik blijf liggen bepaal ik de waarheid.' Stuurloze twintigers in fictie: volgens mij moet je een stuurloze twintiger zijn om daar nog iets in te zien. In andere verhalen stoort het minder. In 'Schuilen', bijvoorbeeld, lift weer zo'n stuurloze jongen mee op de energie van zijn vriendin. Hij schuilt bij haar, eerst voor de regen, daarna voor het nemen van zijn eigen beslissingen. Het enorme verlangen dat uit de tekst spreekt, maakt van dit verhaal iets bijzonders.
Je zou Heerma van Voss willen aanraden om, zoals Rob van Essen, wat meer afstand te nemen van zijn personages. Meer fantasie te injecteren in zijn proza. Dat hij dat kan, is te merken aan 'Bedankt voor uw medewerking'. In dit verhaal laat een vijftiger zich naar een televisiestudio lokken voor een dubbelinterview met zijn zoon. Hij heeft de jongen amper gekend en zijn zoon heeft nu een boek geschreven over de relatie met zijn vader. Natuurlijk heeft dat interview maar één bedoeling: de 'slechte vader' het vuur aan de schenen leggen. In een cultuur die geobsedeerd is door het geluk van kinderen, moet Egbert op de brandstapel. Hijzelf ziet echt niet waar hij in de fout is gegaan: 'Terugdenkend aan de afgelopen vijfentwintig jaar (...) ziet hij geen grote fouten of sleutelmomenten waarop hij zich nu anders zou hebben gedragen. Hij ziet alleen een reeks gebeurtenissen die niet anders kon, simpelweg omdat het niet anders is gegaan.' Egbert is de oudere versie van de twintigers uit die andere verhalen: zij hebben nog geen beslissingen genomen, Egbert heeft al ondervonden dat het leven die beslissingen dan wel voor jou neemt.
Het is een zwaard van Damocles dat in beide bundels de personages boven het hoofd hangt. Het verschil zit 'm in de reactie: een zekere opgejaagdheid bij Thomas Heerma van Voss, een zen-achtige verbazing bij Rob van Essen. Kiest u maar welke houding u het beste ligt.
ROB VAN ESSEN
Hier wonen ook mensen.
Atlas Contact, 221 blz., 21,99 ? (e-boek 8,99 ?).
¨¨¨¨è
THOMAS HEERMA VAN VOSS
De derde persoon.
Thomas Rap, 185 blz., 17,90 ? (e-boek 12,99 ?).
¨¨¨èè
Mark Cloostermans ■
C.C. Oliemans
De titel van deze verhalenbundel verwijst naar de buitenstaander die steeds de hoofdpersoon vormt van elk der zeven verhalen. Zo observeert een student de klanten van een massagesalon, begeleidt een cipier een lijdzame terdoodveroordeelde, ontmoet een vader zijn lang niet geziene zoon pas weer bij een interview op televisie en denkt een jongen terug aan een relatie die lang geleden stukliep maar waar hij nog altijd om treurt. Het sterkste verhaal betreft een zoon die aan het sterfbed van zijn oude vader nadenkt over hun gemeenschappelijke verleden; zijn vader vond het altijd moeilijk om met hem te communiceren en zijn genegenheid te uiten, maar nu het laatste afscheid voor de deur staat probeert de zoon nog één keer contact met hem te krijgen. Een redelijk tot zeer sterke bundel met goed uitgewerkte personages die dikwijls weerstand moeten bieden aan een altijd op de loer liggende melancholie. Vrij kleine druk.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.