Dichterbij
Hugo Claus
Allen Ginsberg (Auteur), Simon Vinkenoog (Vertaler), Joep Bremmers (Vertaler)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
IJzer, cop. 2012 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : POEZIE : GINS |
15/06/2013
Als profeet én als activist was Allen Ginsberg (1926-1997) de stem van een generatie die in het Amerika van de jaren vijftig van de vorige eeuw een uitweg zocht uit het conservatisme en het repressieve mccartyisme en die uitweg onder andere vond in Ginsbergs rauwe, directe, profetische en epische stem. Zijn poëzie steekt boordevol met autobiografische en anekdotische verwijzingen, maar dat persoonlijke gegeven wordt overstegen in een stem die zich een eigen weg zoekt door pathos, woede en pijn heen. Daarnaast borduren Ginsbergs gedichten voort op de romantische poëzietraditie. Verder beïnvloed door de ritmes van de jazz en van de oosterse muziek, werd Ginsberg de stenograaf van het collectieve bewustzijn van een ander Amerika, dat zijn grootse humanistische idealen nog niet had verraden en waarvoor Ginsberg een nieuwe taal zocht.
De onlangs verschenen tweetalige bloemlezing Howl, Kaddisj en andere gedichten bevat gedichten van Ginsbergs eerste bundel tot zijn laatste gedicht dat hij kort voor zijn dood in 1997 schreef. Die chronologie geeft een zicht op zijn ontwikkeling als dichter en op zijn blijvend engagement bij het wereldgebeuren. De poëtische ruggengraat van de bloemlezing wordt echter gevormd door de lange gedichten Howl (1955) en Kaddisj (1959). In beide gedichten speelt zijn moeder een grote rol. Bij haar begrafenis waren er niet voldoende joodse mannen aanwezig om de kaddisj voor de rouwenden te lezen. Met zijn lange gedicht maakt Ginsberg dat alsnog goed. Op z’n best is Ginsbergs poëzie een fascinerende mengeling van taalregisters — abstract en concreet, fysiek en spiritueel, elegisch en cynisch, ingetogen en agressief, episch en lyrisch. Het is die retorische mix die zijn gedichten nog steeds een bezwerende en vitale kracht geven, die hen uittillen boven hun historische en maatschappelijke inbedding. Die mix is vooral terug te vinden in de langere gedichten, waarin een persoonlijke en lyrische dimensie een tegengewicht is voor Ginsbergs dwingende en soms verpletterende epiek.
De Nederlandse vertalingen zijn van de hand van Simon Vinkenoog (1928-2009). De poetica’s en levensvisies van beide schrijvers werden gevoed door hetzelfde tijdsgewricht van vrijheidsdrang, experimenteerzucht en maatschappelijk protest. Beide dichters deelden ook een liefde voor de publieke voordracht. Het samenbrengen en herzien van zijn Ginsberg-vertalingen was Vinkenoogs laatste literaire project voor zijn dood. Omdat hij het niet meer heeft kunnen voltooien, is het werk afgemaakt door Joep Bremmers, die ook een aantal nieuwe vertalingen maakte. De vertalingen volgen het origineel zeer nauwgezet en zijn een perfecte opstap naar de teksten van Ginsberg zelf. Ginsberg zal verbonden blijven met zijn rol als spokesman van een generatie, maar dat hij zijn maatschappelijke persona ook kon relativeren, blijkt uit een van zijn laatste gedichten, waarin hij ironisch zijn eigen begrafenis beschrijft: ‘Superfans, poëtasters, grijzende Beatniks & Deadheads, handtekeningjagers, befaamde paparazzi, intelligente marskramers / Iedereen wist dat ze deel uitmaakten van ‘Geschiedenis’ behalve de overledene / die nooit precies wist wat er gebeurde zelfs toen ik nog leefde.’
(Dit is een abstract van een artikel van Erwin Jans. De volledige tekst is verschenen in De Leeswolf 2, 2013.)
[Erwin Jans]
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.