Ik woon in twee huizen
Marian De Smet
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Moon, cop. 2012 |
VERDIEPING 3 : STAMPKOT : YOUNG ADULT : DESM |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Moon, cop. 2012 |
YOUNG ADULT : DESM |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Moon, cop. 2012 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : MAG F 8136 |
30/11/2012
De flaptekst van Rotmoevie doet een standaard boy meets girl-verhaal vermoeden: een Nederlandse lifter wordt opgepikt door een Vlaamse wildebras in een Volkswagen Golf en samen zetten ze koers richting Parijs. Maar zoals de woordspeling op 'roadmovie' in de titel al aangeeft, betreft het geen gelukkig verhaal. De hoofdpersonen gaan beiden op in hun eigen problemen, die ze koste wat kost voor de ander verborgen willen houden. Tot een romance komt het niet en de cité de l’amour bereiken ze evenmin.
Het verhaal wordt verteld door Eppo, die afwisselend verslag doet van de gebeurtenissen on the road en terugblikt op zijn leven daarvoor. Dit gebeurt steeds volgens een vast stramien. Een gebeurtenis in het heden herinnert Eppo aan zijn verleden, waarna er een flashback volgt die iets prijsgeeft over de reden van zijn vertrek uit Nederland.
Voor de alerte lezer is die flashback vaak een bevestiging van een vermoeden dat al eerder werd gewek. Marian De Smets hints zijn vaak net iets té duidelijk: al na één zinnetje kan de lezer een flink stuk van de puzzel invullen, waardoor 'verrassende plotwendingen’ (op de achterflap vermeld) helemaal niet zo verrassend blijken. Erg jammer vooral omdat De Smet zo’n origineel verhaal bedacht heeft. Tussen alle clichéverhalen over een ontluikende romance is deze realistische schets van een moeizaam opgebouwde, kortstondige vriendschap tussen twee zeer verschillende types een verademing. Doordat de auteur te expliciet hint naar de ware toedracht, wordt ook dit niet-standaardverhaal al gauw voorspelbaar.
Dit ontraditionele verhaal was bovendien gebaat geweest met een sterke vrouw. Helaas houdt De Smet hier toch enigszins vast aan het Hollywoodcliché van de manic pixie dream girl, het inspirerende, onbezonnen vrouwelijke personage dat vooral functioneert om de mannelijke protagonist zijn levensgeluk te helpen hervinden. Tabby’s moeilijkheden worden overschaduwd door die van Eppo — en bovendien wel érg gemakkelijk opgelost. Haar probleem lijkt in het leven geroepen om haar personage wat diepte te geven, maar toch ontstijgt ze de positie van bijfiguur niet echt.
Wat overblijft, is Eppo’s probleem en zijn emoties. De Smet maakt zijn gevoelens tastbaar door te focussen op de fysieke aspecten van zijn leed. De last op zijn schouders verdwijnt niet wanneer hij zijn rugzak afneemt en zijn verdriet vecht zich telkens een weg naar buiten — in de vorm van braken, want zelfs huilen volstaat niet voor zo’n verdriet: ‘Het voel alsof mijn arm eraf gerukt is. Ik mis hem op elk moment, bij alles wat ik doe en elke ochtend als ik wakker word, denk ik voor één seconde dat het een droom is geweest. Het besef dat erop volgt, slaat me weer knock-out voor de rest van de dag.’
Die treffende verwoording van dergelijke emoties maakt van Rotmoevie een geloofwaardige probleemroman, maar het is meer dan spijtig dat de clou zo gemakkelijk weggegeven wordt. Iets meer mysterie had de impact van dit onconventionele verhaal zeker vergroot. [Kyra Fastenau]
Veerle Willaert
De Nederlandse Eppo (ik-figuur) is al liftend op reis naar het zuiden. Onderweg ontmoet hij Tabby, een Vlaams meisje van 18. Tabby neemt Eppo mee in haar oude Volkswagen Golf. Al snel blijkt dat Eppo en Tabby met nogal wat problemen worstelen. Aanvankelijk proberen ze die voor elkaar te verbergen, maar dit lukt steeds minder goed naarmate hun reis vordert. Via flashbacks komt de lezer te weten wat Eppo heeft meegemaakt. Maarten, zijn pleegbroer die in het weekend bij Eppo en zijn ouders verbleef, is onlangs gestorven. Eppo koesterde gevoelens voor Maarten die verder gingen dan de liefde tussen broers. Zijn dood laat bij Eppo een enorme leegte achter. De reis en de vriendschap die ontstaat tussen Eppo en Tabby, twee erg verschillende mensen, helpen hen om hun problemen onder ogen te zien. Met een poëtische, uitgepuurde stijl vertelt de schrijfster het intense verhaal van Tabby, Eppo en hun roadtrip. Deze prachtige roman is niet meteen spannend zoals het omslag belooft, maar is wel een ontroerend mooi, aangrijpend en authentiek verhaal over liefde, vriendschap, verdriet en gemis. Vanaf ca. 15 jaar.
Elke Verhulst
ua/an/22 j
Eppo is een jongen die liftend naar het zuiden van Frankrijk wil reizen. Een idee van zijn vrijdenkende ouders. Zelf ziet hij de zin er niet van in. Hij wordt opgepikt door de achttienjarige Tabby. Een losse meid die niet echt een doel lijkt te hebben. Haar rijgedrag is eigenzinnig en vrijgevochten. Wat ze vrij snel van mekaar aanvoelen is dat ze beiden hun eigen problemen hebben. Door te zwijgen en te vertellen laten ze elkaar elke kilometer een beetje dichterbij komen.
Het is een boeiend reisverhaal. Op elke pagina, elke alinea kom je via flashbacks meer te weten over de sympathieke road-trippers. Het boek leest zeer vlot en is ontroerend mooi. Niet echt een spannend verhaal, maar de wijze van schrijven houd je alert. Je wil het boek niet neerleggen en het nodigt uit om in één ruk uit te lezen.
Het begin doet wat denken aan Midzomernachtzee van Jan De Leeuw. Tieners die dit boek apprecieerden, zullen hier ook wel van genieten.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.