Alle remmen los! : een afdaling in de riolen van pulpcinema uit de wilde jaren '70
Jan Verheyen
Jan Verheyen (Auteur), Annelies Roebben (Redacteur)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Borgerhoff & Lamberigts, 2011 |
VERDIEPING 3 : FEESTPALEIS : OVER MUZIEK-FILM : 798.4 VERH |
15/08/2012
Zoals de titel al aangeeft moet je Alles wat je eigenlijk zou moeten weten over film volgens Jan Verheyen met een korreltje zout nemen. Om te beginnen is de geloofwaardigheid van Verheyen, wiens professionele loopbaan zich uitstrekt van filmregisseur (Team Spirit, Zot van A, Alles moet weg) over auteur (Jan in Wonderland), presentator (Aan tafel) en programmadirecteur bij VTM, wellicht niet bij iedereen even groot. Bovendien is het medium film een uiterst subjectief gegeven. In zijn voorwoord geeft Verheyen dan ook zeer duidelijk aan dat zijn boek geen objectiviteit en volledigheid nastreeft. Maar als je kunt aanvaarden dat je eigen smaak wellicht meermaals zal botsen met die van Verheyen, biedt het boek een aangename kennismaking voor leken met de wondere wereld der filmkunst.
Verheyen gaat van start met het obligate geschiedenislesje waarbij hij heel snel door meer dan honderd jaar filmgeschiedenis fietst. In tien bedrijven gaan we van de pioniersjaren over de eerste geluidsfilm naar de opkomst en neergang van Hollywood, de bedreiging van de televisie en video naar het nieuwste snufje: de 3D-film. Deze hoofdstukken zijn volgestouwd met bekende namen en titels waardoor het eerder een rondje namen noemen lijkt. Vervolgens gaat Verheyen aan de slag met een abc van de Vlaamse film, een hoofdstuk dat hij waarschijnlijk correct benaderd heeft vanuit zijn talrijke connecties in diezelfde Vlaamse filmwereld. Zo staan collega’s Stijn Coninx, Robbe De Hert en Erik Van Looy uiteraard netjes vermeld, maar is er dan weer geen plaats voor bijvoorbeeld documentairemaker Henri Storck of Lieven Debrauwer (die met Pauline & Paulette de juryprijs kreeg in Cannes). En zo worden wel Koen De Bouw en Koen De Graeve genoemd als belangrijke acteurs, maar missen we bijvoorbeeld Julien en Matthias Schoenaerts.
Na dit abc van de Vlaamse film begeeft Verheyen zich op veiliger terrein en presenteert hij enkele onwaarschijnlijke filmclichés die door de bekende Amerikaanse criticus Roger Ebert werden opgelijst. Daarna is het tijd voor de grote iconen uit de filmgeschiedenis zoals Marlon Brando, Walt Disney of Greta Garbo, ook hier ontbreken weer enkele bekendere namen. Een hoofdstuk met enkele frappante filmquotes zorgt tussendoor weer even voor verluchting, waarna Verheyen zich waagt aan enkele lijstjes met de beste films aller tijden. Hij speelt hier op veilig door enkele top 10’s van bekende filminstanties te geven, zoals het AFI, het Britse vakblad Empire of de website imdb. Ten slotte volgt een lijstje met Verheyens collega-regisseurs die hun stempel hebben gedrukt op de ontwikkeling van de film. Verheyen splitst de regisseurs op in een hoofdstuk met ronkende namen als Alfred Hitchcock, Stanley Kubrick en Steven Spielberg en een hoofdstuk met de titel ‘verplichte leerstof’ met namen als Ingmar Bergman, Michael Moore, Pedro Almodovar, David Lynch en zijn Waalse collega’s de broers Dardenne. Al deze laatste regisseurs worden veel te serieus genomen in Verheyens ogen — dat geeft hij wel eerlijk toe —, maar daarmee geeft hij ook aan hoe mainstream zijn eigen smaak is. Voor de films van de meeste van de hierboven genoemde regisseurs hoef je immers niet eens naar een arthouse bioscoop.
Alles wat je eigenlijk zou moeten weten over film volgens Jan Verheyen is gericht op mensen die amper kennis hebben van het medium film en zijn geschiedenis. Voor hen kan dit een aangename, vlot geschreven en prettig gelay-oute inleiding zijn tot de zevende kunst. Mensen die al vertrouwd zijn met de filmwereld zullen waarschijnlijk meermaals de wenkbrauwen fronsen, want Verheyen heeft soms toch wel een erg discutabele smaak. Maar over smaken valt uiteraard niet te twisten.
[Karen Vandyck]
Redactie Vlabin-VBC
In dit boek presenteert een Vlaamse filmregisseur zijn kijk op het medium film. Al in het voorwoord waarschuwt hij de lezer dat het boek geen objectiviteit en volledigheid nastreeft. Na een obligaat geschiedenislesje presenteert de auteur een abc van de Vlaamse film. Opvallend is de vermelding van bepaalde collega’s en acteurs (Robbe De Hert, Erik Van Looy) terwijl anderen doodgezwegen worden (Henri Storck, Julien en Matthias Schoenaerts). Hierna bespreekt hij enkele onwaarschijnlijke filmclichés, iconen uit de filmgeschiedenis (ook hier ontbreken enkele bekendere namen), frappante filmquotes en top tienlijstjes van bekende filminstanties. Het boek besluit met een reeks belangrijke regisseurs. Dit boek is gericht op mensen die amper kennis hebben van het medium film en de geschiedenis ervan. Voor hen kan dit een aangename, vlot geschreven en prettig gelay-oute inleiding zijn tot de zevende kunst. Mensen die vertrouwd zijn met de filmwereld zullen waarschijnlijk meermaals de wenkbrauwen fronsen, want de auteur heeft vaak een toch wel heel discutabele smaak. Hardcover, kleurendruk met foto’s. Hoofdzakelijk tweekolommendruk.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.