Een verschrikkelijke schoonheid
Libba Bray
Libba Bray (Auteur), Sandra van de Ven (Vertaler)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Moon, cop. 2010 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : BRAY |
15/04/2012
1896: Victoria is koningin van Groot-Brittannië en Ierland, en keizerin van India; Londen is het centrum van een wereldrijk. Ver buiten die stad, in een landelijk gebied, ligt de Spence Academie voor jongedames uit de betere kringen. Op het moment dat het verhaal begint, zijn zij bezig met een activiteit die voor hen van levensbelang is: ze worden voorbereid op het moment dat ze hun ‘debuut’ zullen maken, voorgesteld zullen worden aan de koningin en dan wordt van hen een perfecte revérence verwacht. Het maken van zo’n revérence vereist een welhaast Spartaanse training. Die beginsituatie is typerend voor het gedeelte van het boek waarin de dagelijkse beslommeringen van de meisjes beschreven worden.
Een element komt daarbij duidelijk en voortdurend naar voren: het enorme besef van de sociale status van de meisjes. Niet alleen de afstand tot het gewone volk, maar ook binnen hun eigen kring. Zelfs het groepje vriendinnen waartoe de zeventienjarige Gemma, Felicity en Ann behoren, is niet helemaal vrij van onderlinge spanningen. De passages waarin het sociale leven van de meisjes ter sprake komt, behoren tot de meest aansprekende van het boek: theaterbezoek, visites afleggen en picknicks staan messcherp op papier. De lezer maakt kennis met de laatste jaren van het Victoriaanse tijdperk dat werd gekenmerkt door schone schijn, hypocrisie, etiquette en taboes.
Naast deze wereld bestaat nog een andere, onvindbaar op een geografische kaart, slechts bereikbaar via magie en imaginaire deuren. Ook in deze wereld is voor de drie vriendinnen een belangrijke rol weggelegd. Het meest voor Gemma, want zij beschikt over magie, die ze desgewenst kan doorgeven aan anderen. Zij heeft in die andere wereld als Hoogste een cruciale taak te vervullen, die te maken lijkt te hebben met kwesties van strijd en vrede, en waarvoor het vinden van de Boom Allerzielen van het grootste belang is. Het leven van de drie meisjes speelt zich afwisselend af in de victoriaanse en de magische wereld en het is dan ook niet zo verwonderlijk dat Gemma op een gegeven ogenblik vertwijfeld uitroept: ‘Niemand kent me’, verscheurd als ze is tussen die twee werelden. De magische wereld wordt onder andere bevolkt door elfjes, centauren, de laatste Gorgone en waternimfen. Er heerst vijandigheid tussen verschillende stammen en duistere figuren trachten zich meester te maken van Gemma’s magie. In de twee eerdere delen van deze trilogie zal ongetwijfeld de voorgeschiedenis van een en ander verklaard zijn. Zelfs dit derde deel, 3A, is niet voldoende gebleken om een oplossing te presenteren, daarvoor is deel 3B nodig. Voor de lezer die onvoorbereid in dit deel is gestapt is, het op z’n minst verwarrend zich een helder beeld te vormen van het hoe en waarom van tal van de gebeurtenissen. Wellicht is in de controverse tussen de nogal conservatieve opvattingen van de lerares miss McCleethy en de radicale mening van Gemma een aanzet tot de oplossing te lezen. In het verhaal komt de lezer tal van personages tegen die al dan niet betrokken zijn bij de strijd om de magie: miss McCleethy, de jonge Kartik op wie Gemma verliefd is, de duivelse mister Fowlsom die Gemma’s broer Tom voor zijn karretje weet te spannen, de bouwvakkers die de oostvleugel restaureren, de zigeuners, de mysterieuze illusionist en bedrieger dr. Van Ripple, de vriendin Pippa die in de andere wereld vertoeft. Al deze en de vele niet genoemde personen en de mysterieuze gebeurtenissen doen de lezer zo nu en dan het spoor bijster raken. Maar fans van een mengeling van fictie en fantasy, die bovendien enigszins thuis zijn in de Engelse geschiedenis en weg weten met de vele verwijzingen naar Engelse literatuur, zullen ongetwijfeld aan hun trekken komen. [Herman Kakebeeke]
Anne Vriens-van Dijk
Waar Gemma Doyle in het eerste deel van de gelijknamige trilogie haar magische kracht ontdekte en ze in het tweede deel** haar grootste vijand moest trotseren, krijgen Gemma (ik-figuur) en haar vriendinnen Felicity en Ann in dit laatste deel de zware last op hun schouders om het magische rijk (en de rest van de wereld) van de ondergang te behoeden. Wederom snijdt de auteur grote onderwerpen aan, zoals chaos en orde, waarheid en leugen. Niets is zeker in Gemma’s leven: zowel in de ‘gewone’ wereld als in het rijk moet ze vechten voor een plek, voor erkenning. En dat terwijl ze ondertussen ook gewoon verliefd is op Kartik, slecht is in Frans en jaloers op haar vriendinnen. De combinatie van deze gelaagdheid en thematiek, een succesfactor in de eerdere delen, zorgt hier voor een wat overvolle leeservaring. Zoals de titel al doet vermoeden, werpt de auteur wel erg veel (overigens interessante) rookgordijnen op, die pas in deel 3B opgehelderd zullen worden. Gelukkig zijn er nog steeds die prachtige metaforen, terzijdes en intertekstuele verwijzingen waar de fans van zullen smullen. Vanaf ca. 14 jaar.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.