Het dorp van de zwaluwen : Oradour-sur-Glane
Marc de Bel
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Abimo, 2009 |
MAGAZIJN : SCHOOLCOLLECTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : BEL |
00/00/0000
Ping is een kleine rotspinguïn die graag de wereld om zich heen verkent. Stilzitten vindt hij oersaai en daarom muist hij er geregeld vanonder. In het walvisdorp aan de voet van de Grote Rots is er immers veel meer te beleven. Maar er loert ook gevaar, want er leven skua's die heel graag een kleine pinguïn lusten. In een poging om aan zo'n gevaarlijke skua te ontsnappen, ontmoet Ping de koningspinguïn Punky. Er ontstaat een mooie vriendschap tussen de twee jonge pinguïns, maar de kolonie van Ping is niet zo opgezet met de nieuweling.
Ping en Punky van Marc de Bel leent zich uitstekend tot voorlezen. De keuze om twee jonge pinguïns de hoofdrol te laten spelen, is erg goed. Jonge kinderen zullen zeker vertederd zijn door beide figuren. Toch is het opvallend dat er gebruik wordt gemaakt van het ik-standpunt. We beleven en volgen het hele verhaal door de ogen van Ping. Dit komt niet altijd sterk over, omdat het verhaal naar het einde toe evolueert naar een meer beschrijvende vertelstijl. Hierdoor lijkt het alsof een onbekende verteller het verhaal heeft overgenomen.
Dit boek kwam tot stand i.s.m. het WWF. Dat is duidelijk te merken aan het logo op de kaft en de vele informatie die in het boek terug te vinden is, bv. over de klimaatverandering en de Zuidpool die in gevaar verkeert. Leerkrachten en opvoeders die hierrond willen werken met kinderen vinden op de site downloadbaar lesmateriaal. Ook zijn er voor de allerkleinsten aparte blaadjes te vinden met kleurplaten en spelletjes. Op deze manier krijgt het boek een extra educatieve toets. Gelukkig is het verhaal rijk genoeg om ook nog andere thema's aan bod te laten komen. Zo krijgen we de boodschap mee dat het helemaal niet uitmaakt wie of wat je bent. Een opmerkelijke passage hierbij is het moment waarop Ping met Punky bij de kolonie rotspinguïns aankomt en leider Bark hen toesnauwt: "Hij is geen van ons. Wij hebben al meer dan genoeg hongerige buiken te vullen. [...] Eigen kuikens eerst." Dit laatste zinnetje is in een groter lettertype gedrukt om het onderliggende thema van vreemdelingenhaat extra kracht bij te zetten.
De illustraties zijn vrij donker van kleur en doen wat wazig aan. Er worden veel blauwe en grijze tinten gebruikt. Vooral wanneer Ping aangevallen wordt door skua's is het kleurgebruik dreigend en donker. Enkel op de laatste illustratie die bij het verhaal hoort, zijn de kleuren wat heller en feller. Zo ontstaat er een mooi contrast tussen het dreigende deel van het verhaal en de speelse afloop. De illustraties bevatten soms leuke details. Zo zien we Ping 'ontsnappen' uit de pinguïncrèche, terwijl (bijna) alle pinguïns slapen. Slechts één pinguïn opent stiekem een oogje. [Kristof Sas]
Gonny Smeulders-Veltman
Ping (ik-figuur), een jonge rotsspringpinguïn, gaat spelen op de vuilnisbelt van een verlaten walvisjagersdorp. Daar ontmoet hij Punky, een koningspinguïn. De ijsberg waarop Punky zat, is gesmolten. Ping neemt zijn nieuwe vriend mee naar de kolonie. Maar daar wordt hij pas geaccepteerd als hij het dochtertje van de leider heeft gered van een aanval van grote skua's (vogels). Dit milieubewuste prentenboek in oblong formaat bevat gekleurde illustraties over dubbele pagina's; ze ogen als bevroren scènes uit een animatiefilm met dieren van pluche. Mimiek, afsnijdingen, inzoomen en vogelperspectief verhogen de betrokkenheid van de lezer. De tekstblokken zijn weergegeven binnen de illustraties en bestaan uit enkelvoudige en samengestelde zinnen. Er is gewerkt met hoofdletters en leestekens, dialogen en tegenwoordige tijdsvorm. Verhalende schrijfstijl; de gehanteerde uitdrukkingen zijn vaak moeilijk. Uitgave in samenwerking met het WWF, dat zich ondermeer ten doel stelt de polen te beschermen door de klimaatverandering aan te pakken. Het boek bevat achtergrondinformatie over de genoemde dierstoorten en de Zuidpool alsook een internetverwijzing, waarmee lesmateriaal voor 6 tot 8-jarigen te downloaden is. Vanaf ca. 6 jaar; het informatieve deel achterin vanaf ca. 8 jaar.
Nicole Verbeke
ua/an/22 j
Ping, een kleine rotsspringer-pinguïn, woont met mama en papa en een hele kolonie pinguïns aan de Zuidpool. Soms gaat hij aan de rand van het spookdorp op een vuilnisbelt spelen. Daar ontmoet hij Punky, een kleine koningspinguïn. Ze worden vriendjes, maar Punky wordt niet aanvaard door de leider. Punky druipt ontgoocheld af, maar als de kolonie door skua's - grote roofvogels - wordt aangevallen, komt hij hen redden.
Een voorspelbaar verhaal over de acceptatie van vreemdelingen, met een link naar de milieuproblematiek. Achteraan vind je nog wat info over de Zuidpool, de pinguïn, de skua en het WWF. De uitgave kwam tot stand in samenwerking met het WWF.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.