Jazz Bilzen : tijd voor muziek (en veel meer ...) 1965-1981
Koenraad Nijssen (Auteur), Johan Sauwens (Inleider), Maike Meijers (Inleider)
Beschikbaarheid en plaats in de bibliotheek
ARhus - De Munt magazijn
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Davidsfonds, 2009 |
MAGAZIJN : NON-FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : 785.6 NIJS XXL |
Besprekingen
31/12/2010
In 1965 wil Fons Coch, leraar Frans en nieuwe voorzitter van het Davidsfonds, de 11 juli-viering eens anders aanpakken. Met verstrekkende gevolgen: Jazz Bilzen is geboren. Bijna dertig jaar hebben we moeten wachten op een boek over de 'moeder aller Belgische rockfestivals'. Historicus-leraar en Bilzenaar Koenraad Nijssen heeft meteen een meer dan vierhonderd pagina's dik standaardwerk neergepend, in opdracht van ? jawel ? het Davidsfonds. Nijssen werkte drieënhalf jaar aan dit boek. Hij ploegde zich door zo'n zeven meter archief, waaronder twintig jaar Humo.
Dat grondige bronnenonderzoek van de historicus pur sang loont. Nadat hij eerst de naoorlogse geschiedenis van Bilzen in kaart brengt, die het blijvende provincialistische karakter van het festival verklaart, beschrijft hij hoe Jazz Bilzen midden jaren zestig ontstaat, bijna als het gevolg van een historische denkfout: laat ons het jonge volkje op de been brengen door ? en hier zit de fout ? jazz aan te bieden. Jazz was in die jaren al lang niet meer de vooroorlogse populaire muziek, maar had zich sinds de revolutie van de bebop steeds meer gemarginaliseerd. Het is dan ook logisch dat de anarchistische folk van Ferre Grignard dé grote publiekstrekker is op de eerste edities, en dat pop en rock vlug het programma gaan overheersen. Het festival komt onder vuur begin jaren zeventig, bloeit vervolgens kortstondig met een hoogtepunt in de punkperiode, zakt in mekaar na misschien wel de meest geslaagde editie en blaast in 1981 definitief zijn laatste adem uit.
Nijssen besteedt één hoofdstuk per festivaljaar, dat hij telkens afsluit met concrete festivalinfo als het programma, de nevenactiviteiten, de toegangsprijzen, het budget, tot zelfs het weer. Naast die chronologische aanpak werkt hij met boxteksten die randcommentaar en -informatie geven zonder de verhaallijn in de weg te lopen. Zo gaat hij ook uitgebreid in op hoe de organisatie sjoemelt met bezoekersaantallen, de gebrekkige elektriciteits- en podiumvoorzieningen, de breuk met Humo, de interne problemen bij de organisatie, en de steeds sluimerende sfeer van geweld op het podium en de weide en in de binnenstad. Voor wie festivals associeert met het Rock Werchter-gevoel, staat het boek vol verrassingen. Zo is Bilzen letterlijk een festival onder de kerktoren: in de schaduw van de kapel van de Begijnhofkerk begint de laatste festivaldag steevast met een ? door jazzmuzikanten opgeluisterde ? eucharistieviering die de toenmalige BRT in 1975 live uitzendt. In de eerste jaren controleert een zedenmeester het terrein zelfs. Een andere rode draad is het blijvende amateurisme waaraan het festival uiteindelijk ten onder gaat. Het is een raadsel hoe de organisatoren elk jaar te elfder ure een affiche bij elkaar krijgen en logistieke problemen improviserend oplossen. Bovendien zou het huidige publiek nooit de lange wachttijden en de massa's onaangekondigde afzeggingen pikken. Ook verrassend: als je de lijst van namen bekijkt die het festival in de loop der jaren hebben aangedaan ? waaronder absolute kleppers als Ike & Tina Turner, AC/DC, The Police, Deep Purple of Van Morrison ? begrijp je niet waarom het festival systematisch wordt neergesabeld in de pers.
Koenraad Nijssen is een historicus, maar geen rockcriticus. Over de muzikale merites van de optredens zelf komen we niet echt veel te weten. Ook de steile opgang van Rock Werchter die deels de ondergang van het festival veroorzaakt, wordt maar terloops vermeld. Daar staat tegenover dat Nijssen zijn bronnenmateriaal meticuleus heeft uitgekamd en verwerkt. Het boek bulkt bovendien van de prachtige illustraties ? waaronder uitgebreid fotomateriaal, briefwisseling van de organisatoren en festivalaffiches ? wat het boek in één klap dé definitieve studie over Jazz Bilzen maakt. [Wouter Bulckaert]
Redactie Vlabin-VBC
Met deze dikke hardcover levert historicus Koenraad Nijssen een standaardwerk over Jazz Bilzen, "de moeder aller Belgische rockfestivals". Eerst beschrijft Nijssen de naoorlogse geschiedenis van Bilzen en het ontstaan van het festival in 1965. Aanvankelijk had jazz een centrale plaats, maar algauw zouden pop en rock het programma overheersen, met o.m. optredens van Ike & Tina Turner, AC/DC, The Police, Deep Purple of Van Morrison. Het festival komt onder vuur begin jaren zeventig, bloeit kortstondig op in de punkperiode, en wordt in 1981 definitief opgedoekt. Per hoofdstuk beschrijft de auteur een festivaljaar, dat hij telkens afsluit met informatie over het programma, toegangsprijzen… In kaderteksten krijg je aanvullende informatie. Rode draden zijn het provincialisme en aanhoudende amateurisme. Over de muzikale merites of de opgang van Rock Werchter komen we niet veel te weten. Daar tegenover staat dat Nijssen zijn bronnenmateriaal nauwkeurig heeft verwerkt, en dat het boek bulkt van de veelzeggende foto's en affiches. Achteraan o.m. een bibliografie en interviews.
Suggesties
Krijg een e-mail wanneer dit item beschikbaar is
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.