Exodus : hoe migratie onze wereld verandert
Paul Collier
Paul Collier (Auteur)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Spectrum, 2009 |
MAGAZIJN : NON-FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : 354.7 COLL |
00/00/0000
Dit boek van Paul Collier, die een carrière achter de rug heeft bij de Wereldbank en als topadviseur in de regering Blair, geeft een ontnuchterende kijk op de ontwikkelingshulp. Zijn betoog reikt een realistische aanpak aan van een problematiek die al te vaak te emotioneel benaderd wordt. Collier verwoordt het als volgt: 'beelden van [...] nobele revolutionairen, maar ook van verhongerende kinderen, harteloze bedrijven en gewetenloze politici. Wij worden door die beelden gegijzeld. En zolang wij gegijzeld worden, worden ook onze politici gegijzeld, omdat zij doen wat wij willen. Ik daag mijn lezers uit om afstand te doen van deze beelden'. Geen geitenwollensokkenidealisme dus, maar een stevig onderbouwd verhaal dat oplossingen aanreikt.
De centrale vraag van het boek is, zoals de ondertitel aangeeft, waarom sommige ontwikkelingslanden ondanks alles achterblijven en hoe men daar vanuit de ontwikkelde wereld of de opkomende landen iets aan kan doen. Collier richt zijn blik op die landen die de laatste 35 jaar bijna niet veranderd zijn en nog steeds in een andere eeuw lijken te leven ? landen als Malawi of Afghanistan. Allemaal tezamen vormen die een getto van één miljard mensen die achterblijven en zwaar zullen wegen op onze toekomst. Een nijpend probleem dus, een tikkende tijdbom die dringend ontmanteld moet worden en waarin iedereen een rol te spelen heeft. Niet alleen de rijke industrielanden en opkomende landen, maar ook de ontwikkelingslanden zelf.
Paul Collier gaat uit van ontwikkelingsvallen, factoren die ervoor zorgen dat landen niet het proces van ontworsteling uit de armoede en daaropvolgende groei doormaken. Hij bespreekt er vier, namelijk de conflictval, de vloek van natuurlijke hulpbronnen, isolatie die gepaard gaat met slechte buren en slecht bestuur. Vanuit deze optiek kijkt hij naar de gevolgen van die vallen, waaruit het niet eenvoudig ontsnappen is.
Als oplossing voor de conflictvallen biedt hij vijf voorstellen of handvesten. Internationale richtlijnen en normen zouden bindend moeten zijn voor ontwikkelingslanden. Dit zou veel kostenefficiënter zijn dan de ontwikkelingshulp of militaire interventie, maar moet complementair zijn. Handvesten voor de opbrengst van natuurlijke rijkdommen, voor democratie, voor een transparant financieel beleid, voor postconflictsituaties en voor investeringen vormen een onderdeel van Colliers oplossing.
Centraal in zijn onderzoek staat de invloed van grondstoffen op de economische en politieke situatie in ontwikkelingslanden. Door een geheel van factoren slagen deze er immers niet in om deze aanwezigheid van grondstoffen om te zetten in een duurzame ontwikkeling. Collier is er niet van overtuigd dat dit in de toekomst gauw zal veranderen, zeker niet nu de Aziatische economieën een steeds grotere rol spelen op de ? voornamelijk ? Afrikaanse grondstoffenmarkt.
Een ander stokpaardje van Collier is dat ontwikkelingshulp op zich geen oplossing biedt voor de achterblijvers omwille van de inefficiëntie en de politieke geladenheid van die hulp. Dit argument komt in dit boek terug, samen met een kort pleidooi voor militaire interventie. Uit een kosten-batenanalyse blijkt immers dat in sommige gevallen een militair optreden doeltreffend is. Zijn kritiek op de ontwikkelingshulp, fair trade en regionale integratie is sterk onderbouwd. Hij pleit dan ook niet voor de afschaffing hiervan, maar reikt oplossingen aan om de efficiëntie ervan te verbeteren. Daarnaast doorspekt hij zijn argumenten met talrijke voorbeelden en zijn persoonlijke ervaringen als onderzoeker en adviseur, zodat de theorie toch op een concrete en begrijpelijke manier voorgesteld wordt.
Verder pleit Collier voor meer samenwerking tussen de grote landen op alle domeinen. Helaas ziet hij de G8 hiervoor als ideaal instrument, terwijl dit informele overlegforum tussen de acht grootste geïndustrialiseerde landen achterhaald is. Overleg op het niveau van een G20 of een ander forum zou veel doeltreffender zijn en even baanbrekend als zijn analyse over de blijvende armoede in een aantal van de armste landen.
Paul Collier heeft als ontwikkelingseconoom al een heel palmares op zijn naam staan met betrekking tot deze materie. Dit boek is dus een aanrader voor iedereen die een genuanceerde en kritisch goed onderbouwde kijk wil krijgen op de ontwikkelingshulp en zich niet wil laten leiden door de doorgaans verkleurde visies in verband met deze problematiek. [Pieter De Jaegher]
Dr. B.J.S. Hoetjes
De auteur, een invloedrijk Wereldbank-econoom, betoogt dat niet de gehele derde wereld, maar vooral de achterblijvers (een miljard allerarmsten in plaats van vier miljard derdewereldbewoners) aandacht vereisen van de internationale gemeenschap - vooral Afrikaanse landen. Aan de hand van internationaal-vergelijkende gegevens betoogt hij dat vooral burgeroorlogen, verkeerd gebruik van natuurlijke rijkdommen, slechte relaties met buurlanden en slecht bestuur de kernproblemen vormen. Niet alleen ontwikkelingshulp, maar ook en vooral militaire interventie ('vredeshandhaving'), handvesten en wetten, en een betere handelspolitiek (exportdiversificatie) zijn nodig. Ontwikkelingshulp moet veel beter worden gecoördineerd tussen ministeries en tussen landen. Een interessant betoog, maar nogal normatief (hoe het moet) en zwijgzaam over de binnenlandse verhoudingen in ontwikkelingslanden en over Afghanistan. Voor het Nederlandse ontwikkelingsbeleid een belangrijk boek.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.