Godelieve van Amerika
Johan De Vos
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Mets en Schilt, cop. 2009 |
MAGAZIJN : NON-FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : 760 VOS |
31/12/2009
Als fotografierecensent voor o.m. 'De Standaard' en 'Knack' heeft Johan de Vos zijn volk naar foto's leren kijken. Het ging hem niet zozeer om de fotografie zelf, als wel om de band tussen de foto's en het leven. In zijn, zoals hij zelf schrijft, "vijfde en laatste" boek is het niet anders. De ondertitel is 'fotografie sinds 1999', het jaar waarin de auteur zijn eerste goedkope digitale cameraatje kocht. Wat de digitale fotografie bij professionele en amateurfotografen teweeg heeft gebracht en vooral hoe ze onze omgang met foto's heeft gewijzigd, is het verbindende thema van de 14 hoofdstukken. Volgens De Vos veranderde sinds tien jaar "zowat alles bij de fotografie". Hij meende dat zijn ervaring en kennis een zekere eeuwigheidswaarde hadden. "Deze theorie bleek onhoudbaar en uiteindelijk begon ik te genieten van de nieuwe chaos." Dat heeft zeker te maken met het feit dat de nieuwe fotografie nog meer dan vroeger in ieders handbereik ligt. Door het wegvallen van het ontwikkelproces in een lab kunnen mensen letterlijk veel intiemere foto's maken en die ook snel wissen. Je hoeft niet op een foto meer of minder te kijken, je kunt leren fotograferen door honderduit te gissen en te missen. Je kunt met je fototoestel zelfs korte video's maken. Wat fout blijkt (ook aan jezelf!) kan je zonder al te veel moeite digitaal bewerken. Het onderscheid tussen de amateur- en de professionele fotograaf vervaagt. Er zitten echter ook nadelen aan het populaire digitale fototoestel. Een van de belangrijkste vindt De Vos dat je het moment van de foto niet meer zo precies kunt kiezen, omdat er wat tijd verloopt voor bv. de automatische scherpstelling of de anti-rode-ogeninstelling. Maar al bij al begroet hij het digitale amateurtoestel als "de lichtzinnige basis voor een nieuwe fotografische werkelijkheid".
In zijn subjectieve, van de hak op de tak springende stijl behandelt de auteur na de technische keuken van de digitale fotografie de veranderde context van foto's: het overaanbod in kranten (een van de degelijkste hoofdstukken) en op het internet, het manipuleren van beelden, de fotomusea en het fotografieonderwijs. Iets minder op de praktijk gerichte beschouwingen wijdt hij in een derde deel aan ons geheugen voor beelden, de tijd die we voor het bekijken van foto's nemen, wisselende schoonheidsnormen (De Vos gelooft niet in goede smaak, laat staan in eeuwige schoonheid), het fotografische zwart (een erg rommelig hoofdstuk). De kenner geeft interessante beschouwingen ten beste ? over het fotograferen van schoenen bv. of over de manieren waarop men digitale foto's bekijkt ?, maar trapt ook veel open deuren in. Bijvoorbeeld als hij het heeft over het manipuleren van foto's: "In grote trekken gaat het als volgt: eerst wordt er een 'normale' foto gemaakt en daarna wordt die foto bewerkt." Dat is je doelgroep wel erg laag inschatten. De hoeveelheid taal- en spelfouten die de redacteur (?) in dit boek heeft laten staan, is ontstellend. Om positief te eindigen: in het slotdeel 'Elke foto is een uitzondering' doet De Vos wat hij het best kan, afzonderlijke, al dan niet toevallig gevonden foto's bespreken. De tien kleur- en zwart-witfoto's staan erbij afgedrukt; het betoog is dus controleerbaar. Dan merk je pas hoe scherp deze kenner kan kijken ? met wat voor een onbevangen, gedreven blik, ook voor het schijnbaar banale detail. Ruimdenkendheid, interesse voor foto's als beeld van het veelvormige leven en zachte anarchie, dat zijn de aanstekelijke kwaliteiten van de fotobeschouwer Johan de Vos, die de sloddervos achter Nerveuze pixels even doen vergeten. [Erik de Smedt]
Ria Warmerdam
Meditaties over de ingrijpende veranderingen in de fotografie sinds de komst van de digitale camera (1999). De auteur was docent fotografie en is lid van de Association Internationale des Critiques d'Art. Als fotografierecensent werkt hij onder andere voor De Standaard en de Volkskrant. Hij kan gezien worden als de Vlaamse Hans Aarsman. Een scherp observator met een filosofische inslag die naast foto’s ook de functie van beelden in het leven van de mens bespreekt. In ieder hoofdstuk wordt een aspect van de verandering behandeld zoals de fysieke omstandigheden waaronder foto’s genomen (niet meer via een tegen het oog gedrukte zoeker) en bekeken worden (met licht erachter). De democratisering van het medium (iedereen kan fotoshoppen) en het kiezen van het fotomoment, wat nu veel achtelozer gebeurt omdat zuinigheid misplaatst is. De verdamping van een ambacht (alle kennis van chemicaliën en fotopapier is overbodig), de verspreiding via internet (ook privé-kiekjes krijgen mondiale aandacht) en de daarmee gepaard gaande concurrentie voor persfotografen. Aansluitend vijftien kleurenfoto's, waarvan de beschrijvingen (à la Aarsman) aantonen dat elke serieuze foto een uitzondering is, zelfs op de meest complexe regels.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.