Wie schrijft onze geschiedenis : het dramatische verhaal van het verborgen archief uit het getto van Warschau
Samuel D. Kassow (Auteur)
Beschikbaarheid en plaats in de bibliotheek
ARhus - De Munt magazijn
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Balans, © 2009 |
MAGAZIJN : NON-FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : POLEN 945.3 |
Besprekingen
31/12/2009
Samuel D. Kassow, hoogleraar aan een college in Connecticut, verwerkte ooggetuigenverslagen van Joden in het getto van Warschau die de oorlog niet hebben overleefd. Ze schreven de verslagen als leden van een levende gemeenschap, terwijl ze de gruwelen beleefden, en verborgen hun schrijfsels onder de grond. De auteurs waren niet zeker of hun archief ooit gevonden zou worden. De wanhoop, de onzekerheid, maar ook de krachtdadigheid en de moed waarover deze Poolse Joden schrijven, maken van het lijvig geheel een historisch relict waar je heel stil van wordt.
Dit boek is voor een groot deel het verhaal van de Joodse historicus Emanuel Ringelblum. Reeds halverwege de jaren '20 was hij ervan overtuigd dat Poolse Joden meer aandacht moesten besteden aan hun geschiedenis: ze moesten worden aangemoedigd om allerlei materiaal te verzamelen om zo een geschiedenis van het alledaagse leven te kunnen schrijven. In de loop van het verhaal wordt duidelijk dat er onder de Poolse Joden veel tegenstellingen bestonden en dat je dus niet van een hechte eenheid kunt spreken. De keuze voor de Jiddische of Hebreeuwse taal toont een politieke tegenstelling. Ook leefde de vraag of Joden moesten assimileren of zich moesten voorbereiden op immigratie naar Israël. Was het Russische bolsjewisme na te volgen of juist te mijden? Ringelblum probeerde zo objectief mogelijk informatie te verzamelen van al deze Joodse belangengroepen, al kan hij niet ontkennen dat hij dit deed vanuit een links ontvoogdingsidee.
Een belangrijke kwestie, die als een refrein voortdurend terugkomt, is de vraag of de Joden zich niet al te gemakkelijk als schapen naar de slachtbank hebben laten leiden. Tezelfdertijd toont het boek hoe de Duitsers op zeer uitgekiende wijze de strop rond de hals van de Joodse gemeenschap in het getto van Warschau langzaam dichttrokken, zodat het al veel te laat was toen de Poolse Joden beseften dat de Duitsers hen werkelijk wilden uitroeien. En zo veranderde het perspectief vanwaaruit Ringelblum zijn historisch werk voortzette. Onder de codenaam 'Oneg Shabbat' probeerden professionele en amateurhistorici, door het verzamelen van materiaal over alle facetten van het Joodse leven voor en tijdens de oorlog, weerstand te bieden aan de uitroeiingspolitiek van de nazi's. Ze wilden niet dat de geschiedenis van 800 jaar Pools Jodendom vergeten raakte, maar verzamelden ook de allereerste getuigenissen van ontsnapten uit concentratiekampen. Ze slaagden erin deze getuigenissen tot bij de BBC te krijgen, die erover berichtten.
Het verstoppen van de archieven in melkbussen onder de grond in 1944 getuigt ervan hoe wankel op het einde van de oorlog de hoop was dat er één Poolse Jood zou overblijven. Kassow deed uiteindelijk een fantastische job door een halve eeuw later het 'Oneg Shabbat'-archief te ontsluiten en dit materiaal te redden. Het gevonden materiaal werd in een leesbaar chronologisch opgebouwd verhaal geordend. Kassow vertelt het verhaal vanaf de jeugdjaren van Ringelblum tot de fatale dag waarop ook hij in het concentratiekamp verdwijnt.
Het vraagt een zeker doorzettingsvermogen om dit zeer uitvoerige verslag, dat volgens de wetten van de historische kunst werd samengesteld (meer dan honderd pagina's appendices, bronvermeldingen en registers), helemaal door te nemen. Maar de lectuur van dit boek raakt je diep en stemt tot nadenken. Uiteindelijk is het de nazi's grotendeels gelukt; er schiet van het Poolse Jodendom nog weinig over. Daarom verdient het werk van Ringelblum en zijn collega's een belangrijke plaats op de boekenplank. Het is een sterk getuigenis van moeizaam verzet tegen een dodelijke ideologie. [Dirk Passchyn]
A.H.B. de Munnick
Zeer veel individuele joden legden hun ervaringen in de Holocaust vast in dagboek- en briefvorm of op andere geschreven wijze, maar geen groep mensen deed dat zo gestructureerd als Oneg Shabbat ('de blijdschap van de Shabbat') onder leiding van Emanuel Ringelblum. Deze organisatie legde gedurende de Tweede Wereldoorlog het leven in het getto in Warschau vast. Zeer gedetailleerd beschrijft de Amerikaanse historicus Kassow dit opmerkelijke en voor Europa unieke verhaal. Het was Ringelblum vanaf het begin (in 1940) speciaal te doen om een sociale geschiedenis te schrijven en het dagelijks bestaan vast te leggen, letterlijk om de vervolgde joden een stem te geven, eerst van wat zij meegemaakten aan gruwelijkheden onder Duitse bezetting, later, toen duidelijk werd dat vervolging óók moord betekende, om het joodse leven en cultuur niet te laten vergeten en verdwijnen. Kassow heeft met dit boek voor Ringelblum en zijn groep bijna letterlijk een monument opgericht, maar ook voor een gemeenschap die na de oorlog vrijwel geheel bleek te zijn vernietigd. Voor de niet-historische lezer wellicht soms iets te diepgravend, maar altijd goed leesbaar. Met enkele katernen zwart-witfoto's, eindnoten, een overzicht van bronnen en literatuur en een register.
Suggesties
Krijg een e-mail wanneer dit item beschikbaar is
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.