We hebben er een geitje bij!
Marjet Huiberts
Marjet Huiberts (Auteur), Philip Hopman (Illustrator), Paul Prenen (Muziek), Frank Groothof (Uitvoerder)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Gottmer, cop. 2008 |
JEUGD : KLEUTERGEDICHTEN, SPROOKJES EN VOORLEESVER HUIB |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Gottmer, cop. 2008 |
MAGAZIJN : SCHOOLCOLLECTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : HUIB |
31/12/2009
De dierenambulance is het resultaat van een samenwerking. De teksten zijn van de hand van Marjet Huiberts, auteur van vele liedjes voor Sesamstraat en vaste tekstschrijver van Frank Groothof, die voor de zang zorgt op de cd. De muziek is van Paul Prenen, die jarenlang samenwerkte met Drs. P en de illustraties zijn van Philip Hopman, een van Nederlands meest gerenommeerde illustratoren.
Humor primeert, zowel in de teksten als in de illustraties. Het titel- en openingsvers maakt dit meteen duidelijk. In de wij-vorm maken de helpers van de dierenambulance reclame voor zichzelf. Ze maken zieke dieren beter en sommen op voor welke kwalen je hen kunt oproepen. Aanvankelijk sputtert het vers door de goedkope rijmen, maar gelukkig krijg je al snel extra woordspel: "is het schaap voortdurend moe, / heeft de stier z'n kop gestoten, / zegt het kalfje nog geen boe, / heeft het geitje bokkenpoten, / krijgt de haan weer kippenvel: bel, bel de dierenambulance." Ook het slot van het liedje bevat een extraatje: "Wij zijn er trouwens niet alleen voor dieren. / Dus loopt je broertje weer te stieren, / doet je zus een apendans: / bel, bel de dierenambulance." De illustraties bij het gedicht versterken de humor: op een uitgerekt, paars varken staat een bokaal met een goudvis, een oude schildpad loopt met een looprekje, en op het dak van de ambulance ligt een tijger met tandpijn.
De bundel brengt een mix van fantasie en realiteit rond heel diverse onderwerpen: 'de keizer van cijferland', 'naar school', 'met mama uit winkelen', 'logeren', 'flauwe monsters', 'raar eten', 'verlangen naar de vakantie', 'een knuffel die graag snoept', 'een broertje of zusje willen' en 'gevaarlijke dieren'. Een belangrijk motief is de verhouding tussen kind en volwassene. In 'Kom nou, we gaan' trekt een moeder een kind voort dat overal wil blijven kijken. Wanneer mama echter een vriendin ontmoet, worden de rollen omgedraaid. In 'Mam, wat eten we?' heeft het kind kritiek op al die rare gerechten die mama klaarmaakt. De vreemde namen klinken grappig, alleen jammer van het voorspelbare en belerende slot. In 'Hé, wat gezellig' leert de ik hoe dieren kindjes maken, waarbij ze de redenering doortrekt naar haar ouders.
Enkele liedjes geven klassieke thema's een bijzondere draai. In 'Flauwe monsters' vindt de ik monsters flauw. Ze zou ze zo graag eens zien, dat gebeurt helaas nooit. 'Geloof ze niet' gaat tekeer tegen de verhalen over lieve, antropomorfe "beesten die je op de boekjes ziet." In verscheidene liedjes staan emoties centraal: in 'Naar school' probeert de ik zijn plaatsje te vinden in de klas, en verlangt hij hartstochtelijk naar vakantie op een druilerige dag. Verder voelt de kleine ik intuïtief hoe hij de buurvrouw wier man stierf kan helpen.
De illustraties van Philip Hopman zijn kleurrijk en speels, met grappige vertekeningen en beweeglijke kinderen. De verhouding tussen kind en volwassene versterkt hij door het gekozen perspectief, waardoor volwassenen vaak boven de kinderen uit torenen. Soms geeft hij in zijn tekeningen de liedjes nog een extra draai. Zo beeldt hij de moeder bij 'Mam, wat eten we?' af als een flamencodanseres, met pollepel.
Frank Groothof brengt de liedjes met enthousiasme en gevoel. De muziek is aangepast aan de inhoud: zo hoor je klavecimbel bij het liedje over de cijferkeizer en drukt een melancholische klarinet de verveling uit bij 'Ik wou dat het zomer was'. Meezingers zijn de liedjes echter niet, daarvoor is de muziek te moeilijk.
De dierenambulance is een vrolijk boek, in tekst, muziek en illustraties, al kleven er op sommige liedjes wel rijmpleisters of lopen ze ritmisch op krukken. [Jan Van Coillie]
G.J. Jolink
Stevig langwerpig boek met twaalf teksten van liedjes die op de bijgeleverde cd ten gehore worden gebracht door Frank Groothof. De teksten zijn geschreven door dezelfde auteur die veel liedjes voor Sesamstraat heeft gemaakt. Ze gaan over zeer herkenbare allerdaagse situaties uit het kinderleven: moeders die gerechten met onbegrijpelijke namen koken waar je helemaal geen trek in hebt, het verjagen van monsters uit je slaapkamer, uit logeren gaan bij ome Frans die een trekker heeft. Het grote gevoel voor de belevingswereld van kinderen blijkt behalve uit de tekst ook uit de goed bijpassende paginagrote zeer kleurrijke, expressieve illustraties waarin de teksten zijn opgenomen. Ook de muziek levert een overtuigende bijdrage met een voor ouders misschien herkenbare verwijzing naar Drs. P en gevarieerde uitstapjes naar jazz en klassieke muziek die de kinderwereld behalve herkenbaar ook nog een beetje groter maken. Om naar te luisteren en mee te zingen. Muzieknotatie is niet opgenomen. Ook heel geschikt voor een aanleiding tot gesprek in de eerste groep van de basisschool. Vanaf ca. 4 t/m 6 jaar.
Gert Broeckx
ua/an/22 j
Een boek met twaalf (grappige?) versjes geschreven door Marjet Huiberts en op muziek gezet door Paul Prenen. De illustraties van Philip Hopman zijn heel leuk en hedendaags. Vooraan zit de cd met de liedjes zodat je niet alleen het boekje kan voorlezen maar ook beluisteren. Ik vond de muziek te saai en de zang te eentonig. Alle melodieën leken op mekaar. De tekst werd al 'rappend' gezongen. Te weinig fris of pittig wat mij betreft.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.