De jacht op het monster
Rian Visser
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Clavis, 2008 |
JEUGD : VERHALEN ROOD (9-11 J.) : VISS |
31/12/2008
In dit boek gaan de tweelingbroers Lars en Wout, alias Stille en Spoetnik, bij hun grootouders op Camping De Deining logeren. Dat doen ze elk jaar, maar deze vakantie zijn er plots allerlei raadselachtige verdwijningen. Lars, de dove ik-figuur, moet noodgedwongen alleen op onderzoek uit, want zijn broer heeft het te druk met meisjes imponeren. Als Lars een paar keer op verkenning betrapt wordt, brengt hij zichzelf in een lastig parket. Dat hij zelf verdacht lijkt, wordt nog versterkt door het feit dat hij weinig communiceert en door zijn omgeving dus als een "stille" wordt beschouwd.
Het verhaal mondt uit in een spannende whodunit in de traditie van populaire kinderdetectives. De personages zijn herkenbaar en de spanning wordt gaandeweg opgebouwd, al is de afwikkeling van de plotlijnen naar het einde toe soms wat uit de lucht gegrepen (letterlijk zelfs).
Zoals het een spannend verhaal betaamt, speelt de setting van het boek een functionele rol. Camping De Deining staat vol met leegstaande huisjes en overwoekerde muren en tuintjes. Een uitstekende plek om eigenaardige dingen te beleven. De ontknoping vindt bovendien plaats in een afgelegen villa in de duinen, die de illustrator tot het donkere coverbeeld inspireerde. Ook de andere zwart-wittekeningen in het boek zijn nogal somber. Ze beelden ongetwijfeld het spanningselement uit, maar helaas verzinken ze hiermee ook in een overdaad aan zwarte vlakken.
Een grote verdienste van dit boek is dat het thema 'doofheid' er een stem in krijgt. Je leest hoe Lars de wereld om zich heen begrijpt. Met rake beschrijvingen en de nodige humor wordt ingegaan op de manier waarop hij zich in zijn omgeving gedraagt, hoe hij praat en hoe hij de wereld om zich heen observeert (en soms niet kan begrijpen). Lars heeft ook een bijzonder eigenzinnige manier van waarnemen ontwikkeld. Zo beschouwt hij geluiden als beelden: "Mensen denken dat, als je niet kunt horen het altijd stil is in je hoofd, maar dat is niet zo. Als ik iets zie bewegen, weet ik dat er een geluid bij hoort en dat stel ik me voor als een beeld of kleur."
Het thema van de tweelingbroers zorgt ervoor dat dit boek ook een soort opgroeiverhaal wordt van een jongen die van kindsbeen af afhankelijk werd van zijn broer. De dove Lars vertelt hoe zijn broer voortdurend via gebaren vertaalde en in zijn plaats vaak communiceerde met andere mensen. Als Wout hem hierin meer en meer in de steek laat, beseft Lars dat hij zelf wat meer moet durven te praten en wat vaker rechtstreeks contact moet leren leggen met mensen. Hij begint nadrukkelijk te voelen dat hij op zichzelf is aangewezen voor het overwinnen van zijn handicap.
Bij dat alles is het boek een uitgelezen instrument om doofheid uit de sfeer van de handicap te lichten. Bovendien kan het daarbij zowel de doven als horenden bereiken. Een prijzenswaardig initiatief van auteur en uitgever, die de titel ook in gebarentaal op de cover liet drukken. [Sophie Willems]
K. Ghonem-Woets
In dit avontuurlijke verhaal vertelt de dove Lars (ik-figuur) over een bijzondere zomer met zijn tweelingbroer Wouter en hun grootouders op vakantiepark De Deining. Er vinden allerlei mysterieuze diefstallen plaats. Lars gaat met zijn broer en hun beider nieuwe vriendinnen op onderzoek uit. Dit verhaal is bijzonder vanwege het perspectief van de dove Lars. Dit perspectief maakt duidelijk hoe moeilijk het kan zijn om gesprekken te volgen, maar ook hoe veelzeggend lichaamstaal kan zijn. Taal speelt op andere manieren ook een rol in het verhaal, bijvoorbeeld via het overbrengen van codes met behulp van een vlieger. Het is meeslepend geschreven en spannend, omdat de dader van de diefstallen en zijn motief tot bijna aan het eind onbekend blijven. Enkele zwart-witillustraties die weinig aan het verhaal toevoegen. De auteur is grafisch ontwerper en heeft als jeugdboekenauteur zo’n 35 titels op haar naam staan, met name voor peuters, kleuters en beginnende lezers. Vanaf ca. 10 jaar.
Nele Janssen
ua/an/22 j
Vakantie, dat is logeren bij oma en opa op de camping. Maar dit jaar is alles anders: Lars lijkt er niet meer zo bij te horen als de andere jaren. Voor hem voelt het soms alsof hij een beetje uit de boot valt. Dat Lars doof is, maakt de situatie er niet beter op. Hij vindt het moeilijk om met onbekende mensen te babbelen, omdat hij een beetje vreemd spreekt. Dat houdt hem tegen om nieuwe vrienden te maken op de camping. Maar dat is niet het enige dat dit jaar anders is: er gebeuren vreemde dingen en voorwerpen lijken ineens verdwenen. Lars besluit op onderzoek te gaan. In de loop van het verhaal maakt hij kennis met Eline, een meisje dat hem niet zo anders lijkt te vinden. Samen gaan ze op zoek naar het mysterie achter de verloren voorwerpen.
Zoals een kinderdetective hoort te doen, eindigt ook dit boek met 'eind goed, al goed'. Ook al wil dit zeggen dat kinderen het werk verrichten van de meer dan doorsnee politieagent … Hier moet je tegen kunnen om in dit boek je gading te vinden. Het thema doofheid wordt in de verhaallijn verweven, er wordt niets groots van gemaakt, maar toch wordt op subtiele wijze wat info gegeven over wat het is om doof te zijn.
De zwart-witillustraties lijken met hun donkere tint de spanning in het verhaal te willen ondersteunen. Ze geven een kleine visuele ondersteuning voor degenen die dat nodig hebben, maar leveren verder weinig meerwaarde.
Een eenvoudige detective met het thema doofheid als extraatje.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.