De ontluistering van Amerika : een geschiedenis van het nieuwe Amerika van binnenuit
George Packer
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Meulenhoff, 2006? |
MAGAZIJN : NON-FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : IRAK 945.6 |
31/12/2007
De Britse hoogleraar Charles Tripp, Senior Lecturer aan de invloedrijke School of Oriental and African Studies in Londen publiceerde in het jaar 2002 ? toen de contouren van de tweede Amerikaans-Irakese oorlog zich aftekenden ? een visionaire geschiedenis van Irak (De Leeswolf, 2002, p. 672). De onheilspellende laatste zin van Irak: een geschiedenis luidde: "De strijd om de controle over het gebruik van de staat zal doorgaan, maar het is goed mogelijk dat bestaande privileges onder deze omstandigheden worden versterkt en dat de Iraki's er alle reden voor moeten hebben om bang te zijn, dat ze opnieuw onderworpen zullen worden aan een regime dat macht gelijkstelt aan geweld en oppositie aan verraad... Iedereen die de Irakese geschiedenis een nieuwe wending probeert te geven, moet rekening houden met de krachtige sporen uit het verleden die nog aan het werk zijn in het land". Een duidelijkere waarschuwing aan Amerika kon moeilijk worden gegeven. Het importeren van de westerse, pluralistische democratie in Irak was in de ogen van deze Irak-kenner een absurde illusie. Dit soort waarschuwingen en genuanceerde meningen paste echter niet in de hitsige sfeer die na 9/11 in de Verenigde Staten aanwezig was. Toen George Bush in het voorjaar 2003 Irak binnenviel, werd hij gesteund door de Amerikaanse publieke opinie en door cruciale opiniemakers en politicologen. Nu meer en meer blijkt dat de oorlog een monumentale vergissing is die eindeloos dreigt aan te slepen, is die steun en goodwill weg. De publieke opinie keert zich tegen hem en het aantal boeken over het failliete Amerikaanse Irak-beleid neemt alsmaar toe. Moedige journalisten zoals George Packer gaan ter plaatse de situatie bekijken en komen ontredderd terug. Hun ooggetuigenverslagen laten weinig aan de verbeelding over. Politieke analisten nemen het beleid en de strategie onder de loep en komen eensluidend tot de vaststelling dat er zware fouten zijn gemaakt. De toon van die analisten verhardt. Ex-medestanders worden harde tegenstrevers. De befaamde politicoloog Francis Fukuyama liet George Bush vorig jaar als een baksteen vallen. Bush wordt niet langer alleen afgerekend op zijn strategische blunders, maar meer en meer op zijn manipulatief gedrag. Onderzoeksjournalist Bob Woodward toont ten overvloede aan hoe de regering Bush het publiek, het congres en zichzelf beliegt. Zo zal het tijdperk Bush niet enkel de geschiedenis ingaan als een tijd van onnadenkendheid, falen en blunders, maar ook als een periode van desinformatie en leugens, waarbij de Amerikaanse publieke opinie bewust wordt gemanipuleerd. Intussen spreekt de democratische presidentskandidate Hillary Clinton klare taal: "Als de president weigert een einde te maken aan de oorlog, zal ik het doen".
De Amerikaanse neo-conservatieve politicoloog Francis Fukuyama heeft een merkwaardig parcours afgelegd. Hij werd in 1992 ? enkele jaren na de val van de Berlijnse Muur ? wereldberoemd met zijn uitdagende boek Het einde van de geschiedenis en de laatste mens (Contact), waarin hij zeer vooruitgangsoptimistisch aankondigde dat de liberale democratie als superieur systeem snel de wereld zou veroveren. De aanslepende problemen in het Midden-Oosten, maar vooral de opkomst van het moslimfundamentalisme met als hoogtepunt 9/11 haalden Fukuyama's theorie bruusk onderuit. De Huntington-theorie over de clash der beschavingen leek plots veel plausibeler. Aanvankelijk steunde Fukuyama een hardere aanpak van Irak. Zo ondertekende hij in 1998 een brief van het Project for the New American Century, die er bij de regering-Clinton op aandrong een strakkere houding tegenover Bagdad aan te nemen. Geschrokken door de blijvende chaos en het Amerikaanse onvermogen in Irak schreef hij in 2004 Het bouwen van een staat (De Leeswolf, 2005, p. 583), waarin hij het belang van nation-building benadrukte. Op militair vlak ("hard power") zijn de Verenigde Staten superieur, maar op het vlak van de nation-building ("soft power") staan ze nergens. Hij waarschuwde voor het gevaar dat de Verenigde Staten twee nieuwe failed-nations (Irak en Afghanistan) zouden achterlaten die er nog slechter aan toe zijn dan voor de invasie. Fukuyama maakt zijn bocht nu verder. In Na het neoconservatisme: waar rechts verkeerd afsloeg neemt hij afstand van Bush' politiek. "Ik ben tot de conclusie gekomen dat het neoconservatisme zich als politiek symbool én als gedachtegoed heeft ontwikkeld tot iets wat ik niet langer steun". Dat "verraad" wordt hem zwaar aangerekend in het Bush-kamp. Helder en met veel historisch inzicht ontleedt Fukuyama de grondslagen van het falen van het Amerikaanse Irak-beleid. Niet het neo-conservatisme als ideologie zit fout, maar Bush past de principes verkeerd toe. Fukuyama stelt als alternatief een "realistisch wilsonianisme" voor: een radicale demilitarisering van het Amerikaanse buitenlandse beleid en een accent op softere beleidsinstrumenten en op multilateralisme, zodat de Amerikaanse geloofwaardigheid hersteld wordt. De retoriek over een Vierde Wereldoorlog en over de wereldwijde oorlog tegen het terrorisme moet dringend stoppen. "De macht van Amerika is het meest effectief wanneer ze onzichtbaar is". Zonder het met zoveel woorden te zeggen, pleit Fukuyama in feite voor de Europese strategie van dialoog en begrip, die heeft geleid tot een hoog moreel gezag in de Arabische wereld. Aan het slot van zijn vlijmscherpe boek geeft hij Bush de doodsteek. De huidige regering heeft weliswaar goede bedoelingen, maar is niet verstandig en voorzichtig in het uitoefenen van zijn macht. De regering-Clinton daarentegen kon de leidende positie van Amerika versterken omdat ze "verder kon zien" dan andere volkeren.
De Amerikaanse journalist George Packer steunde net als Francis Fukuyama aanvankelijk de oorlog tegen Irak. Packer is een "hawkish liberal", een "progressieve havik". Sinds de eerste Irak-oorlog volgt hij de situatie in dat land op de voet. Zijn artikels in 'The New Yorker' worden alom geprezen en leidden tot het monumentale De weg naar de hel: Amerika in Irak. Packer ging verschillende keren ter plaatse en interviewde tientallen getuigen. Hij sprak met Irakezen en met Amerikaanse soldaten en ondervond de actuele oorlog aan den lijve. Hij stelt dat "tussen abstracte ideeën en de concrete werkelijkheid een afstand gaapt die nog groter is dan de 13.000 kilometer die Washington scheidt van Bagdad." Ook hij moet deemoedig vaststellen dat deze oorlog volledig fout zit. Packers meer dan 500 bladzijden tellende standaardwerk koppelt politieke analyse en historisch inzicht aan verhalen van op het terrein. De vlotte verhalen en reportages leggen een complexe en chaotische werkelijkheid bloot, waarbij uiteindelijk iedereen verliest. De soldaten in Irak zijn helemaal niet voorbereid op hun taak en gaan ten onder in een land met een eigen geschiedenis, logica en dynamiek. De Irakese bevolking bestaat niet alleen uit opstandelingen die bommen gooien, maar vooral uit mensen die in vrede willen leven en die hopeloos op zoek zijn naar hun plaats in het bezette land. Packer slaagt erin de morfologie van deze slecht voorbereide en slecht aangepakte oorlog bloot te leggen. Zijn goede contacten in Washington met beleidsmakers en Irakese bannelingen (met als centrale figuur Kanan Makiya) laten hem bovendien toe ook de politieke achtergronden en beweegredenen in kaart te brengen. Hij beschrijft hoe de regering na de aanslagen van 9/11 leed aan groepsdenken en een tunnelvisie, waarbij geen plaats was voor afwijkende meningen en minister van defensie Rumsfeld ? intussen de laan uitgestuurd ? zijn gang mocht gaan. De weg naar de hel is geen zorgvuldig opgebouwde theoretische aanklacht. Packer laat de feiten spreken. Dankzij zijn literaire kracht en de knappe verhalencollage kan hij het wezen van de oorlog vatten. De uitkomst is dubbelzinnig: de oorlog blijft gerechtvaardigd (hij slaat dus geen mea culpa), maar de aanpak is dramatisch slecht. "Verwikkeld in abstracte ideeën, overtuigd van hun eigen rechtschapenheid, niet in staat tot zelfkritiek en zonder zich iets aan te trekken van verantwoordelijkheid hebben ze (= de Amerikaanse regering) een moeilijke onderneming veranderd in een nodeloos dodelijke. Toen het misliep gaven ze andere mensen de schuld. De Irakoorlog was altijd te winnen geweest, dat is hij nog steeds. Precies om die reden is de eigengereidheid van de mensen die hem zijn begonnen moeilijk te vergeven."
Ook de Amerikaanse democraat en ex-ambassadeur van Kroatië Peter W. Galbraith formuleert hevige kritiek op het Amerikaanse optreden in Irak. In Het einde van Irak huldigt hij een uitgesproken federalistische visie op het toekomstige Irak. De befaamde onderzoeksjournalist Bob Woodward neemt in Staat van ontkenning op microscopische wijze de intriges en machtsspelletjes in het Witte Huis onder de loep. Het is het derde deel in de trilogie na Bush in oorlog (De Leeswolf, 2003, p. 364) en Het aanvalsplan (De Leeswolf, 2004, p. 745).
[Gunter Bousset]
David Jaramillo Moreno
Als liberale journalist voor The New Yorker was de auteur voorstander van de oorlog in Irak. Dit boek geeft een eerlijk beeld over hoe die oorlog tot stand is gekomen: van het diplomatieke gekonkel in het Pentagon en Witte Huis tot aan de totale anarchie na de overwinning op Saddam. Duidelijk is te zien dat de bekende Irakese balling Kanan Makiya een grote invloed heeft gehad op het denken van de auteur. Packer geeft een onthullende kijk op de belangrijkste hoofdpersonen in deze oorlog zoals George Bush, Donald Rumsfeld, Paul Wolfowitz, Richard Perle, Elliott Abrams, James Woolsey en William Bennett. Dat de oorlog er zou komen, stond al begin 2002 vast. In de vier reizen die de auteur naar Irak maakte, geeft hij een beeld van individuele Iraki's en de problematiek van het land. Een goede analyse van de aanloop en gevolgen van deze oorlog waarbij de uitkomst vaststaat: het smadelijke vertrek van de Amerikanen. Het boek zou als een standaardwerk moeten worden gezien over de grootste Amerikaanse vergissing na Vietnam. Geschikt voor een breed publiek. Met bronnenopgave en een register.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.