De grote mythen van de moderne geschiedenis
Jacques R. Pauwels
Jacques R. Pauwels (Auteur)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
EPO, 2006 |
De wereld rond WER |
31/12/2006
Hoewel Jacques Pauwels blijkbaar vooral een didactisch doel voor ogen stond -- hij betreurt het dat de oorsprong van topo- en etnoniemen geen plaats krijgt in de les geschiedenis --, is zijn boek al evenzeer een uitdaging van de 'Indo-Europese mythe', van de wijdverspreide en wetenschappelijk verankerde idee van de puurheid en het genie van de Indo-Europese volkeren en talen. Daartoe omarmt hij de 'Sahara-hypothese', die argumenteert dat emigranten van de grote, maar aan woestijnvorming ten onder gegane neolithische Saharacultuur uitzwermden naar het Oosten en het Noorden. Zij vormden er nieuwe volkeren en rijken, waaronder Kemit (het Oude Egypte), het Sumerische rijk, de Feniciërs, de megalithische culturen in Europa etc. De talen die deze volkeren spraken, worden als het 'Usko-Mediterraans' omschreven, een ruime taalfamilie waartoe ook de huidige Semitische talen zouden behoren. De mysterieuze Basken bv. zouden zo'n Saharavolk zijn dat nog steeds een 'Usko-Mediterrane' taal spreekt. Deze interessante, maar omstreden 'Sahara-hypothese' wint steeds meer aan bewijskracht, bv. dankzij het DNA-onderzoek van Antonio Arnaiz-Villena. Pauwels put echter vooral uit het nog controversiëlere werk van de Italiaanse filoloog Giovanni Semerano, die beweerde dat de Indo-Europeanen veel te danken hadden aan de oude Semitische talen en culturen uit het Oosten, maar ook uit het Westen, want de Oud-Europese volkeren waren volgens hem Semieten.
In de etymologie wordt de 'subtraattheorie' -- de stelling dat veel van onze woorden, in het bijzonder plaatsnamen, afkomstig zijn uit pre-Indo-Europese talen -- tegenwoordig algemeen aanvaard. Het wordt in het midden gelaten welke talen dat dan zouden geweest zijn, maar Pauwels geeft ze dus de naam 'Usko-Mediterraans'. Waar het Etymologisch woordenboek van het Nederlands voor 'aarde' noteert dat alle oude etymologieën niet kloppen, en het woord dus waarschijnlijk een subtraatwoord is, kan Pauwels beweren dat het afstamt van de Usko-Mediterrane wortel 'etr' ('land'), die we ook terugvinden in Etrusken, een volgens Semerano Usko-Mediterraans volk. 'Europa' zou afgeleid zijn van de stam 'ereb' ('zonsondergang', een naamgeving die aansluit bij de term 'Avondland'). Productieve Usko-Mediterrane wortels zijn bv. 'alb' ('berg in combinatie met water', zie in Alpen, Albanië of Elbe) en 'onna' ('water, rivier', zie in Garonne, Saône, en zelfs de Zenne!). Het verleidelijke, en wetenschappelijk zinvolle, aan deze etymologieën is dat ze zo eenvoudig en logisch zijn, omdat ze gebaseerd zijn op lokale geografische bijzonderheden, en geen beroep moeten doen op twijfelachtige eponymische etymologieën.
Zovele alternatieve etymologieën (af en toe blijft er wel eens een vertrouwde etymologie overeind) worden aan een hoog tempo geserveerd in een breed historisch en geografisch verhaal, van het Oude Egypte tot de Vikingen. Pauwels belooft ons een tweede boek, waarin hij de Indo-Europese 'naamkundige verovering' van de Oude èn Nieuwe Wereld uit de doeken zal doen. Hij schrijft onderhoudend en toegankelijk, maar toch moet je dit boek met mondjesmaat lezen, om de vele nieuwe informatie voldoende te kunnen verwerken. Wat ontbreekt is meer achtergrond over de aangewende theorieën. De leek zal er niet zo vlug informatie over vinden, ook niet op het web, en kan zich dus moeilijk een kritisch oordeel vormen over de 'revolutionaire' naamkunde van Pauwels. [Chris Bulcaen]
Redactie Vlabin-VBC
Overzicht van de historische achtergrond van aardrijkskundige namen in Europa, Noord-Afrika en het Nabije Oosten. Hoewel historicus Jacques Pauwels vooral een didactisch doel voor ogen stond (hij betreurt het dat de oorsprong van plaatsnamen geen plaats krijgt in de les geschiedenis), is zijn boek ook een uitdaging van de op het Indo-Europees gerichte etymologie. Puttend uit de interessante maar omstreden 'Sahara-hypothese', de 'Usko-Mediterrane taalfamilie' en de 'Europees-Semitische' theorie van Giovanni Semerano, geeft de auteur een concrete invulling aan de subtraattheorie. Hij biedt alternatieve etymologieën voor talrijke namen van plaatsen en volkeren, in een breed historisch en geografisch verhaal, van het Oude Egypte tot de Vikingen. Voor de periode na het jaar 1000 belooft Pauwels een tweede boek. Hij schrijft onderhoudend en toegankelijk, en heeft zijn tekst voorzien van talrijke illustraties en een (jammer genoeg onvolledige) index. Dit boek moet je met mondjesmaat lezen, om de vele nieuwe informatie te kunnen verwerken. Wat ontbreekt is meer achtergrond over de aangewende theorieën, waardoor de leek zich moeilijk een kritisch oordeel kan vormen over deze 'revolutionaire' naamkunde.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.