De ondergang van de Batavia
Mike Dash
Mike Dash (Auteur)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
De Arbeiderspers, cop. 2006 |
VERDIEPING 4 : BLAUWE TOREN : GESCHIEDENIS : INDIA 944.6 |
31/12/2006
Om de waarheid onder lagen vooroordelen, mythe, fictie èn postkoloniale kritiek vandaan te halen, dook Dash in de wetenschappelijke literatuur en de kilometerslange archieven van de East India Company, waaruit hij talloze correspondentie- en processtukken, getuigenissen van Thugs, tijdschriftartikels en méemoires opdiepte. Dash wil bewijzen dat de Thugs wel degelijk bestaan hebben als een sterk georganiseerde misdaadbende. Postkoloniale critici zoals Parama Roy hebben dat in twijfel getrokken, 'gedeconstrueerd' als een koloniaal amalgaam van gewone misdadigers en tegenstanders van de Britse bezetter. Dat die koloniale voorstelling heel wat uitvergrootte en fictieve elementen bevatte, toont Dash ook aan in zijn zorgvuldige reconstructie van de misdaden en vervolging van de Thugs in de eerste helft van de 19e eeuw.
Maar ze bestonden dus wel, deze bendes van moordenaars die over heel Indië actief waren, en met een griezelig efficiënte methode reizigers vermoordden en beroofden. De methode was erop gericht de overval zo snel en geruisloos mogelijk te laten verlopen, met nalating van zo weinig mogelijk sporen. Daartoe specialiseerden de bendeleden zich in bepaalde onderdelen. Sommigen bekwaamden zich in het lokken van de reizigers, bv. door hen net te waarschuwen voor boeven en moordenaars, en voor te stellen samen te reizen. Anderen waren helpers die, wanneer de bende het moment geschikt achtte om toe te slaan, de slachtoffers moesten vasthouden, waarop de bhurtotes, de 'wurgexperten', hen wurgden met een opgerolde doek (zie ill.). De lijken werden vervolgens begraven of in putten gegooid. De bedoeling was dat ze pas veel later ontdekt zouden worden, en er weinig aanknopingspunten op de misdaadscène zouden worden gevonden, opdat de bendes, die steeds ver weg van hun woonplaats opereerden, alle tijd zouden hebben om zich uit de voeten te maken. De heimelijkheid van hun werkwijze ligt aan de oorsprong van hun naam, want het woord Thug gaat in het Sanskriet terug op sthaga, 'verbergen'. In het zuiden van Indië werd het woord Phansigars gebruikt voor deze misdadigers, en op de Ganges waren de gespecialiseerde Rivier-Thugs actief.
De Thugs vielen niet alleen op door hun methode, maar ook door hun hechte sociale structuur (men zegt daarom wel eens dat ze een voorloper waren van de maffia). De leden kwamen uit verschillende kastes en gingen door een opleiding en initiatie. De verschillende bendes hadden onderlinge contacten, die meestal teruggingen op gedeelde familiegeschiedenissen. Het verleden en de ouderdom van de Thugs zijn niet helemaal duidelijk. De Thugs zelf spraken van zeven families uit Delhi die zich eind 16e eeuw over heel Indië zouden hebben verspreid, Dash houdt het op een geschiedenis van anderhalve eeuw. In het begin van de 19e eeuw kende deze 'gilde' een opmerkelijke groei. Het Indische platteland was, na de oorlogen die gepaard gingen met de val van het Mogolse rijk en de opkomst van de Maratha's en de Britten, vervallen tot een ellendige, anarchistische staat en nieuwe bronnen van inkomsten, hoe extreem ook, waren aangewezen.
Wanneer ze niet op rooftocht gingen, werkten de Thugs gewoon in het dorp als ieder ander. Als respectvolle leden van de gemeenschap stonden ze omwille van hun moed bekend, maar ook omdat ze een alternatieve bron van inkomsten verzekerden. In zekere zin stonden ze in dienst van de dorpsoverste, die altijd een flink deel van de buit opeiste. De Thugs zelf waren zich heel bewust van hun sociale status en putten trots uit hun bijzondere roof- en moordtechniek (zie citaat).
Omwille van hun bijzondere modus operandi duurde het lang voor de East India Company doorhad dat er een systematiek zat in de grote aantallen onverklaarbare moordzaken. Een aantal magistraten stelde rapporten op, maar het was pas William Sleeman die de zaak grondig aanpakte, en daartoe de nodige steun kreeg. Hij ontwierp een specifieke ondervragingstechniek, een informantensysteem en een gedetailleerde database van de bendes en hun leden. Dit liet hem toe om snelle arrestaties te verrichten, en voldoende bewijsmateriaal (vooral getuigenissen) te verzamelen om Thugs veroordeeld te krijgen. De 'Sleeman machine' werkte zo goed dat er tegen 1840 omzeggens geen Thugs meer actief waren. Enkele 'opvolgers', zoals de Megpunna's en Tusma-Baz-Thugs, kregen nooit de tijd om eenzelfde efficiëntie als de Thugs te ontwikkelen.
Sleeman voedde terzelfdertijd ook de Thug-mythe, omdat hij bepaalde aspecten overdreef, zoals de erfelijke lijnen, de grote aantallen slachtoffers, de moed van de Thugs en vooral de verering voor Kali, de hindoe-godin van energie, tijd en vernietiging. Op al die aspecten pikten journalisten en romanciers gretig in om een steeds sensationeler en romantischer beeld van de Thugs als religieuze sekte te fabriceren. Dash vermeldt een paar namen en titels, maar besteedt verder geen aandacht aan de latere ontwikkeling van de mythe. Droogweg schrijft hij dat ze voortkwam uit het onbegrip van de Britten voor de hindoe godsdienst en samenleving, en dat er in de archieven maar weinig sporen terug te vinden zijn van de zgn. Kalicultus. Wanneer die er wel zijn, zoals in de transcripties van gesprekken met Thugs, spreken die elkaar tegen. Dash klasseert de verering voor Kali onder de Thugs als folklore: Kali werd aangeroepen als beschermvrouwe, zoals bij ons heiligen patroneerden over bepaalde beroepen. In een bijlage relativeert Dash ook de cijfers: waar Sleeman en andere Britse ambtenaren spraken van miljoenen slachtoffers, berekent Dash heel realistisch dat het aantal eerder rond de 50.000 zal gelegen hebben.
Mike Dash wordt allang geprezen als een van de beste non-fictionschrijvers, met boeken als Tulpengekte (1999) en De ondergang van de Batavia (2002). In Roofmoordenaars toont hij opnieuw zijn kunde om een merkwaardig stuk geschiedenis boeiend naar voren te brengen. Hij wisselt geschiedenis en analyse af met verhalende stukken over specifieke aanslagen en beroemde Thugs. Maar echt vlot leesbare non-fictie wordt het ditmaal niet, omdat er zoveel te beschrijven valt, en Dash ook behoorlijk wat contextuele informatie over het toenmalige Indië moet inlassen. Dash had af en toe wat afstand moeten nemen van zijn materiaal om dieper in te gaan op bepaalde zaken. Het religieuze aspect bv. redeneert hij al te vlug weg. Het feit dat gelovigen elkaar tegenspreken, ligt gewoon in de aard van de zaak en is nog geen reden om aan te nemen dat er geen sprake is van een cultus. Ook had Dash kunnen putten uit de discipline van de antropologie van geweld en kwaad, die onderzoekt hoe bijzondere, georganiseerde vormen van misdaad en geweld verklaard kunnen worden vanuit de socio-economische realiteit. Het zou misschien kunnen uitwijzen dat de Thugs toch niet zo'n uitzonderlijk fenomeen waren. [Chris Bulcaen]
Redactie
De Thugs in India vormden een wijdvertakte geheime roversbende die de noordelijke streken van het land op grote schaal vele jaren lang (geschat wordt twee eeuwen) onveilig maakte. Nietsvermoedende reizigers werden door leden van de Thugs aangeklampt, waarbij deze zich als reisbegeleiders voordeden. Op een afgelegen plaats werden de reizigers vervolgens door rituele wurging met een strop om het leven gebracht en verminkt. Duizenden mannen, vrouwen en kinderen zijn zo verdwenen. De Britten in India - in het bijzonder William Sleeman (1788-1856) - maakten een einde aan de praktijken van de Thugs. In dit boek het verhaal van de Thugs, de roof- en moordpraktijken, vervolging, aanhouding en veroordeling. Het is gebaseerd op drie jaar onderzoek in materialen uit het bezit van de East India Compagne die zijn opgeslagen in archieven in Londen, Delhi en Bhopal. Met kaarten, een katern met zwart-witafbeeldingen, lijst van Indiase woorden, noten en bibliografie. Een uitermate boeiend, goedgeschreven en gedetailleerd portret van een roversvolk. De auteur (1963), een Engelse historicus, schreef eerder 'De ondergang van de Batavia' en 'Tulpengekte'. www.mikedash.com.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.