Edith Piaf
Wim Zaal
Wim Zaal (Samensteller)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Meulenhoff, cop. 2006 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : POEZIE : THEMABUNDEL : DIEREN |
31/12/2010
Wie op zoek is naar Nederlandstalige dierenpoëzie heeft een hele kluif aan Wim Zaals Een leeuw is eigenlijk iemand. Zaal laat de meest en de minst voor de hand liggende diersoorten aan bod komen in zes afdelingen: 'honden en katten', 'andere zoogdieren', 'vogels', 'insecten', 'reptielen en amfibieën' en 'vissen en weekdieren'. De overgang tussen de verschillende afdelingen verloopt vlotjes en boeit doordat Zaal zgn. 'tussenspelen' voorziet: 'gemengd bedrijf' over uiteenlopende diersoorten binnen één en hetzelfde gedicht, 'uitgestorven en opgezet' waarin de iguanodons en de dodo elk hun plekje krijgen, 'fabeldieren, dierenfabels' over de sfinx en de Ogopogo (de Canadese tegenvoeter van het Monster van Loch Ness), 'bijbelse dieren' over o.m. de duif en het ezeltje en het laatste tussenspel dat integraal gewijd is aan Bruuns mislukte poging om de vos Reinaert naar het hof te brengen waar een vonnis over de snoodaard uitgesproken moet worden.
Bij zijn samenstelling heeft Zaal diverse criteria gehanteerd. Het belangrijkste criterium voor Zaal is dat de belevingswereld van het dier in de gedichten centraal geplaatst wordt. Zo schetst Rogi Wieg in 'Een kleine vogel' op een uitermate accurate manier de leefwereld van een vogel, en ook bij Albert Verwey, Jan Hanlo en Rutger Kopland laten zien hoe fascinerend de dierenwereld an sich wel is. Een ander essentieel criterium voor Zaal is dat de dichter zich via het dier uitdrukt of zich ermee identificeert. Zo verwerkt Hans Warren lijstergeluiden in zijn 'Aubade met lijsters', waardoor het lijkt alsof het dier rechtstreeks aan het woord komt. Ook Willem de Mérode valt in zijn pauwengedicht samen met het dier dat vertolkt wat hij als dichter zelf ondergaat: "Ik snelde aan eigen pracht voorbij, / Maar zwaar sleep ik haar achter mij, / Een schone en waardeloze last, / Mijn schril verleden houdt mij vast". De verhelderende inleiding van Zaal draagt ongetwijfeld ook bij tot een betere benadering en besef van de dierenwereld. In zijn geheel is Een leeuw is eigenlijk iemand een kwalitatief hoogstaande en verrijkende bloemlezing.
[Nicolas Verscheure]
Dick Welsink
Onder de aan de licht gewijzigde eerste regel uit het gedicht ‘De leeuw’ van De Schoolmeester ontleende titel heeft de zeer belezen Wim Zaal een zeer groot aantal verzen over zeer veel uiteenlopende dieren van een aanzienlijke schare dichters uit de Nederlandse literatuur van de middeleeuwen tot heden bijeengebracht. Hij heeft ze bovendien voorbeeldig ingeleid en gerubriceerd in afdelingen als “Honden en katten”, “Andere zoogdieren”, “Vogels”, “Insecten”, “Reptielen en amfibieën”, en “Vissen en weekdieren”. Tussen deze hoofdafdelingen staan kleinere: “Gemengd bedrijf” (verschillende diersoorten in een gedicht), “Uitgestorven en opgezet”, “Fabeldieren, dierenfabels”, “Bijbelse dieren”, en “Reinaert de vos”. Waar nodig heeft hij de gedichten van aantekeningen voorzien. Van de toppers Chris J. van Geel, Guido Gezelle en Paul Marijnis zijn zeven gedichten opgenomen, Trijntje Fop (Kees Stip) en Patty Scholten volgen met vijf. Achterin geeft Zaal een kernachtige persoonlijke kenschets van het werk van ieder van de gebloemleesden.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.