Lynn!
Anke Kranendonk
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Zwijsen, 2005 |
MAGAZIJN : SCHOOLCOLLECTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : KRAN |
31/12/2005
'Het leven van' is een boekenserie die wil inspelen op sociaal-emotionele onderwerpen waarmee lezers vanaf negen jaar geconfronteerd worden. Thema's zoals pesten, gescheiden ouders, migranten, vriendschap en afscheid nemen, gekwetst zijn komen aan bod. De boeken zijn up-to-date: de hoofdpersonages sturen moeiteloos een mailtje, chatten via msn en maken gebruik van hun 'mobieltje'. Zo komen we onmiddellijk bij een belangrijk struikelblok: het taalgebruik. De serie is is zo op maat van de Nederlandse lezer geschreven dat ze minder toegankelijk wordt voor Vlaamse lezers. In 'Ouders' praten Kiki en Sterre bijvoorbeeld over hun 'remedial teacher, het gymnasium, het vwo, de cito-toets' en 'groep 8'.
In elk boek staat één kind centraal, op de kaft wordt de levenssituatie van het hoofdpersonage geschetst: woont met; beste vriendin; hobby's; hekel aan; talent; erg; droomwens... Doorheen het verhaal komt het hoofdpersonage terug in evenwicht met zichzelf en neemt het vaak een belangrijk besluit naar de toekomst toe. In een aantal boeken gebeurt dit met hulp van een vriend(in). De verhalen zijn vlot leesbaar en blijven boeien tot op het einde.
Nu ben ik hier van Joke de Jonge gaat over Shirin, een Iranees meisje dat samen met haar ouders naar Nederland vluchtte. Na een lang verblijf in een asielzoekerscentrum zijn ze verhuisd naar een gewoon huis. De verhuis brengt mee dat Shirin van school verandert. Ze heeft het moeilijk om in de klasgroep te integreren, want ze wil geen vrienden maken, uit schrik voor weer een afscheid. Om alles wat ze meemaakt te verwerken, mailt ze naar haar Iraanse vriendin Maryam. Joke de Jonge werkt het personage Shirin niet diep uit, er is geen emotionele evolutie zichtbaar. Positief is het nawoord waarin de taalproblematiek van vluchtelingen wordt verduidelijkt.
Ouders van Annemarie Bon vertelt hoe Sterre het ook na de scheiding van haar ouders moeilijk heeft met hun geruzie. Gelukkig heeft ze geen contact meer met haar vader en woont ze gezellig bij haar moeder. Samen hebben ze het naar hun zin. Na een vakantiekamp, krijgt Sterre bericht dat haar moeder na een ongeluk werd opgenomen in het ziekenhuis. Ze wordt afgehaald door haar vader... Gelukkig kan Sterre op haar nieuwe vriendin Kiki rekenen.
Tijdens het vakantiekamp werkten de twee vriendinnen samen aan een website over dieren. Heel leuk is dat er voor elk hoofdstuk één van hun tekstjes staat. Het boek bevat een aantal moeilijke woorden die nergens verklaard of verduidelijkt worden. Annemarie Bon laat het hoofdpersonage een duidelijke evolutie meemaken. Aanvankelijk staat Sterre zeer negatief tegenover haar vader, maar in de loop van het verhaal vindt ze reden om daar verandering in te brengen.
Kapot! van Anke Kranendonk gaat over Storm. Hij houdt een dagboek bij waarin hij zijn beklag doet over zijn gegipste been. Beetje bij beetje vertelt hij hoe hij in het gips belandde: Samen met zijn ouders en vier broers verhuisde hij naar de andere kant van Rotterdam. Daar maakte hij nieuwe vrienden, allen met dezelfde passie: skateboarden. Storm blijkt een snelle leerling te zijn, al gauw beheerst hij enkele toffe trucs met zijn board. Samen met zijn vrienden trekt hij geregeld naar Skateland, waar iedere skateboarder zich kan uitleven. Op een dag loopt het mis op de 'poolcorner', Storm wordt met de ambulance weggevoerd.
Het boek bevat veel skate-terminologie, dit vormt echter geen hinderpaal voor skate-leken omdat de ikpersoon er vanuit gaat dat de lezer niets van skaten kent. Alle termen worden verklaard en ondersteund met tekeningen.
Help, Katman! Help! Marcel van Driel portretteert Maryn een striptekenaar en dromer. Hij is de bedenker van Katman, een superheld die pestkoppen een lesje leert. Pestkoppen zoals Tommy, want die maakt Maryn het leven zuur. Tegen zijn ouders wil Maryn niks zeggen, hij veranderde al van school om van een pestkop verlost te zijn. Toch loopt het niet zoals Maryn verwacht, hij gaat zo op in zijn droomwereld dat hij zelf gewelddadig wordt. Hij lijkt heel even de dupe van alles te worden, tenzij hij zijn medeleerlingen zover krijgt om samen tegen de pestkoppen in te gaan.
Via het dromen en het tekenen verwerkt Maryn de pesterijen. Na het incident moet hij van de directie een tijd thuisblijven, eerst berust hij hierin, maar wat later besluit hij tot actie over te gaan. Enig zoekwerk op internet leidt Maryn naar een site over pesten met een vijf stappenplan. Dit stappenplan is heel duidelijk en heeft aandacht voor alle betrokken partijen: de pester, de zwijgende meerderheid, leerkrachten, ouders en tenslotte het slachtoffer. Vervolgens werkt Maryn ook nog een pestactieplan uit voor de school uit. Door al deze informatie vormt dit boek een mooie aanzet om op school rond pesten te werken.
En ik dan? van Dirk Nielandt gaat over Jonas. Hij is anders dan zijn broer Tom, want hij houdt niet van voetbal, hij blinkt uit in schilderen en tekenen. Zijn vader vindt dat iets voor meisjes, voor hem draait de wereld rond voetbal. Jonas' broer betekent alles voor vader. Na de zoveelste ruzie besluit Jonas om zijn tekengerief weg te gooien en te gaan voetballen. Maar door de druk verliest hij zijn beetje zelfvertrouwen en hij stort in.
In dit verhaal is de rol van de vader belangrijk, ook zijn houding tegenover zijn zoon evolueert. Nielandt brengt dit realistisch, het is geen rozengeur en maneschijn en ook al verandert er iets in vaders aanpak, ze hebben nog een lange weg af te leggen.
In Vita en ik van Annie van Gansewinkel vertelt Lara haar verhaal vanuit de ikpersoon. Na groep 8 (het zesde leerjaar) ging ze naar een andere school dan haar beste vriendin Vita. Ze heeft het moeilijk en mist haar vriendin. Terwijl iedereen zich moet voorstellen in de nieuwe klas droomt Lara weg en vertelt ze hoe ze bevriend raakte met Vita en wat ze samen allemaal meemaakten. Na haar verhaal maakt Lara kennis met haar buurjongen op de schoolbank, misschien komt alles goed. [Katrien Van Grimberge]
Jos Weinberg
In dagboekvorm leven we mee met de vier maanden dat de 11-jarige Storm vol ongeduld in het gips ligt te verlangen naar de dag dat hij weer op zijn skateboard mag staan. Het dagboek is doorschoten met flashbacks waarin we lezen hoe een en ander zo gekomen is. Storm is verhuisd naar een andere buurt van Rotterdam, waar hij van buurtjongens leert skateboarden. Hij wordt er heel handig in. Door een ongelukkige botsing krijgt hij een gecompliceerde enkelbreuk. Tot zijn teleurstelling moet hij ervaren dat hij zijn vanzelfsprekende lichamelijke soepelheid heeft verloren en zijn skateboarddromen moet opgeven. Deze verhaalstructuur geeft dit een E-niveau op een schaal van A t/m H, de literaire ervaring die een lezer vanaf groep 6 voor een goed begrip nodig heeft. De eveneens ooit aan haar enkels geopereerde auteur weet met veel empathie en in een eenvoudige taal het gevoelsleven en de zorgen om toekomst, uiterlijk en kleding van de (pré-)puber te beschrijven. De enkele grote en diverse kleine illustraties in inkt en potlood verhelderen het frequent gebruikte skatersjargon. Vanaf ca. 9 jaar.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.