Slapen doen we later
Zsuzsa Bánk
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
De Bezige Bij, 2003 |
VOLWASSENEN : ROMANS : BANK |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
De Bezige Bij, 2003 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : BANK |
31/12/2003
Schrijfster (geb. 1956) is de dochter van Hongaarse vluchtelingen, maar leeft in Duitsland en schrijft in het Duits. Deze roman is haar debuut, dat met heel veel lof ontvangen werd en herhaaldelijk bekroond. Het verhaal speelt zich af in het Hongarije van na 1956, waar de opstand tegen de Russische bezetting zojuist is afgelopen, ofschoon de politiek alleen leeft tegen de achtergrond van het gebeuren in het beeld van een verarmd, stuurloos land. Door dat land trekt een vader, Kalman, met zijn dochtertje Kata, de ikvertelster, en zijn zoontje Isti. Hun moeder, Katalina, is op zekere dag zonder afscheid te nemen van huis weggegaan samen met een vriendin. Later zal de lezer haar relaas horen hoe ze naar Duitsland gevlucht is en er een karig bestaan opbouwt. Kalman verkoopt hun huis en trekt met zijn twee jonge kinderen in een rusteloze odyssee van het ene familielid naar het andere, zwervend door het hele land, onderhevig aan een zwaarmoedige lethargie, met allerlei klusjes iets bijverdienend om het hoofd boven water te kunnen houden. Ondertussen bouwen de kinderen hun eigen wereld op. Isti hoort wat de sneeuw, het huis, planten en stenen te vertellen hebben. Voor Kata spelen de mensen hun voor haar ondoorgrondelijke rol.
De rode draad door het boek is het water. De ogenblikken die Kalman met zijn kinderen zwemmend kan doorbrengen vormen voor het kleine gezin telkens hoogtepunten, het is een sacraal gebeuren dat voor de kinderen tot iets groots uitgroeit, een metafoor voor tijdloosheid. De kleine Isti zal er aan ten onder gaan. Het boek is geschreven in hoofdstukjes, die telkens de naam van een personage dragen, ieder hoofdstukje bestaat uit kleine alinea's impressies van de kinderen, die de wereld van de volwassenen proberen te doorzien en daar steeds minder in slagen. Het zijn vaak zeer poëtische impressies, die evenwel geen vaart in het verhaal brengen. De stijl is poëtisch-dromerig, betoverend melancholiek, en onderstreept de drukkende monotonie door zijn ongewone precisie. [Jos Van Damme]
Redactie
In het Hongarije van na de opstand van 1956 vertrekt Katalin op een dag met stille trom, daarbij haar gezin achterlatend. Ze vlucht naar Duitsland met een vriendin. Haar kinderen Kata en Isti en haar man Kálmán wonen daarna steeds op andere plaatsen, bij steeds andere families. De drie gezinsleden creëren ieder hun eigen wereld om niet stil te hoeven staan bij hun moeilijke lot. Via hun twee grootmoeders komen de kinderen stukje bij beetje de ware toedracht te weten van de vlucht van hun moeder en de relatie van hun ouders. Het verhaal wordt verteld door het meisje Kata en speelt zich af tegen de achtergrond van het communistische systeem in Hongarije. Naar de politieke gebeurtenissen wordt echter slechts summier verwezen, Kata beschrijft vooral de dagelijkse lotgevallen van haarzelf en de mensen om haar heen. Origineel in deze roman is dat het perspectief van de achterblijvers wordt belicht, niet dat van de gevluchten. Het bijzondere debuut van een schrijfster (1965) die het kind is van Hongaarse vluchtelingen in Duitsland. Ze gebruikt een heldere stijl die wordt gekenmerkt door eenvoudige zinnen en korte alinea's. De titels van de hoofdstukken zijn voornamen van mensen die een belangrijke rol spelen in het leven van de kinderen. Vrij kleine druk.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.